Het besluit van den

Het besluit van den Amsterdamschcn Gemeenteraad, om toch weer een Stadsschouwbtirg te doen verrijzen, zal nawerken.

Door dit besluit toch is partij gekozen voor het genot tegen het recht; voor de zinlijkheid tegen de zedelijke verheffing; en niet minder voor een kleine schare van welgestelde genotzuchtig en tegen de breed e schare der minderbedeelden en der ernstiger lieden, die van geen stadskoniedie weten willen, deels omdat ze er niet van profi.eeren, maar voor een deel ook omdat ze in beginsel tegen alle komedie zijn.

Toch is het geen wonder, dat ook nu weer de oude neiging om de komedie tegen de „fijnen" uit te spelen heeft gezegevierd.

­Amsterdams komedie heefc haar historie.

Op haar tooneel is van de dagen der Dordsche Synode af, het Calvinisme gehekeld, tegengewerkt en uitgefloten. Libertijnen en Roomschen hebben elkander daarbij de hand gereikt. En scherp was oudtijds de tegenstelling tusschen de mannen van den schouwburg en den Gereformeerden kerkeraad die saamkwam op den Dam.

Vandaar dat de stadskomedie, onder allerlei wijziging in vorm en verhouding tot de stedelijke Overheid, eerst er nauwe­ l lijks officieel mee in contact, en later geheel onder haar auspicie opgetreden, zoo diepen historischen wortel in zekere kringen der burgerij dreef.

Amsterdams schouwburg was en bleef het toevluchtsoord der blijgeestigen; en het bolwerk van waar uit ze „de fijnen" bestookten.

En wat nu ook te Amsterdam veranderd zij, die tegenstelling der geesten niet.

Het hoort nu eenmaal zoo dat Amsterdam zijn komedie hebbe.

De oude hiftorische komedie van Amsterdam mocht niet ten grave dalen; en wat opmerkelijk is, ook nu werkten de Libertijnen met de Roomschen hierbij saam.

Slechts één ding is anders geworden; de mannen namelijk die voor den schouwburg zijn staan thans op bijster goeden voet met de geestelijke heeren op den Dam.

Als het op stemmen voor den Gemeenteraad aankomt zijn er geen ijveriger verkiezingsagenten voor de coterie dan juist de mannen, die zich als opvolgers van Smout en Trigland aanstellen.

Zoo kan het verkeeren, zei Brederoó.

Zoo kan het verkeeren, zei Brederoó. Zekere politie heeft aan deze heeren goede diensten gedaan voor kerkelijke veiligheid in zake de Doleantie; en uit dank hiervoor steunt men nu zijn beschermers.

Vreemde verhoudingen toch.

Ook de heeren van den Dam zullen in beginsel tegen de komedie staan; zelfs er tegen prediken.

Maar in stee van nu met mannenmoed bij den Raad er op aan te dringen, dat althans van stadswege geen officieele komedie worde onderhouden, zwijgen de heeren stil.

Zoo komt de komedie er weer.

En als straks een groot deel der burgerij er op uit zal gaan, om deze pleitbezorgers van de komedie in onzen Gemeenteraad rekenschap van hun stem te vragen, dan zullen de heeren van den Dam voor deze pleitbezorgers der komedie weer het vuur uit de sloffen loopen.

Men wilde wel anders. Men voelt wel, dat h; .t anders zijn moest. Maar men eindigt met te berusten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen