Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het is een verblijdend teeken,

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het is een verblijdend teeken,

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is een verblijdend teeken, dat de belangstelling in den Heidelbergschen Catechismus bij ons volk zoo merkbaar herleeft.

Een oogenblik scheen het, alsof het aan de Synodale organisatie gelukt zou zijn, de gehechtheid aan den Heidelb. Catechismus te doen uitslijten. Toen deze uitnemende Catechismus van de scholen gebannen, uit de catechisatiën geweerd, en zijn prediking op den kansel facultatief gesteld was, kwam ons volk bijna nimmermeer met den Heid, Catech, ia aanraking, en wierd door gemis aan ontmoeting met dezen keurigen onderwijzer allengs van zijn taal en belijdenis vervreemd.

Maar toch is de Helde van ons volk voor dit practisch Christelijk handboek weer opgegloord.

De Christ. Gereformeerden brachten hem weer in eere én in eigen kring én bij de velen uit anderen kring, met wie ze in aanraking kwamen. Een klein aantal orthodoxe predikers, die onder de organisatie bleven, predikten hem uit voorliefde. Prof. Doedes lei een kostbare uitgave van zijn eerste editie ter perse. Door de uitgave der „Drie Formulieren van eenigheid, " nu in reeds 40.000 exemplaren, ontstond voor gansche kringen de gelegenheid om den Catechismus in behoorlijk formaat te lezen, zonder zich langer te behelpen met een bijna onleesbaren afdruk achter het dikke kerkboek. Van Oosterzee waagde het een stel Catechismuspredikatiëa aan zijn vrienden aan te bieden. En na de Doleantie is het gebruik van den Catechismus op catechisatiën, scholen, en in den kring der Doleerende kerken op den kansel weer sterk toegenomen.

Kortom, scheen het een tijdlang, alsof de uitvaart van onzen Catechismus stond gevierd te worden, thans mag dankbaar het feit geconstateerd, dat een aanmerkelijk deel van ons volk weer bij den Catechismus opgroeit, hem verstaan leert, en er zijn troost uit i^eeneemt voor leven en voor sterven.

Een nieuw bewijs hiervoor biedt thans én de Biblotheca reformata én Ds. Hoekstra van Utrecht, beide door den heer Wormser als editoriaal orgaan.

Men kent de Bibliotheca reformata.

Toen bij het herleven der Calvinistische Theologische studiën het gebrek aan oude degelijke werken steeds grooter bleek, waren eenige mannen van professie er op bedacht, in goedkoop formaat een herdruk van eenige der uitnemendste auteurs te leveren. Deze collectie noemden ze Bibliotheca reformata, d. i. Gereformeerde bibliotheek, waarin nu reeds hoogst belangrijke werken van Junius, Voetius en Zanchius verschenen zijn.

En deze Bibliotheca reformata heelt, naar we met zekerheid melden kunnen, thans ter perse gelegd: De exegemata op den Heidelbergschen Catechismus van Ds. Jeremias Bastingius; en wel in de Hollandsche vertaling, bezorgd door Ds. v. d. Cornput. Een vertaling niet nu pas gemaakt, maar reeds voor den aanvang der 17de eeuw in twee uitgaven hier te lande verschenen.

Over dit kiezen van een Nederlandsch werk verbaze men zich niet al te zeer. Het

Latijn, eens aller geleerden gemeenzame taal, wordt thans coor vele godgeleerden niet meer zoo vlot verstaan. Men tobt soms reeds met het classickLatijn, en heeft nog meer moeite met het scholastiek Latijn der theologische scholen. Voetius in het lat ij n te lezen, is voer velen thans een stud'e.

Meer dan e'én gaf het dan ook op, en zond bericht, dat hij van verdere poging, om dit Latijn door te worstelen, afzag.

Daarom was het niet zoo kwaad gezien, dat de Bibliotheca reformat a deze exegemata op den Heid. Catechismus van Baslingius thans niet in het oorspronkelijk, maar in het schoone Hollandsch van v. d. Cornput ter lezing biedt.

Wie dit uitnemende werk bezitten wil, haaste zich dan ook, zich bij Dr. F. L.-Rutgers vo^r een exemplaar43ij intekening aan te melden. D.m kost het slechts / S, terwijl de prijs in den handel aanzienlijk hooger komt.

Men wete namelijk, dat deze uitlegging van Bastingius niet rnaar een der gewone toelichtingen op den Catechismus is, maar als men zoo wil, de officieele uitlegging die door onze kerken in de i6e eeuw in het licht wierd gezonden.

Op de Middelburgsche Synode van 1581 was namelijk door Zaid-HoUand en Zeeland gevraagd:

»Oft het nyet goet en ware, dat de homolien D. Bastingü op den catechismum gediuct worden mits gevisiteert te voren, oft eenige andere exegemata voirde aencomelingen tsy in forme van corte homilien oft anders te maecken etc." (Ned. Syn. Acta, blz. 418).

Waarop door de Synode besloten werd:

»Hieremias Bastingius ende classe van Walcheren sullen maecken exegemata ouer den catechismum onser kercken" (Ned. Syn. Acta, blz. 371).

Welk besluit der Synode toen in de antwoorden op de particuliere vragen, welke aan de ketken zouden worden medegedeeld, aldus geformuleerd is:

»Oft niet goet waere, Eenighe Exegemata (uytlegginge) op den Catechismum, in forme van corte hómelien (predicatien), ofte anders, voor den aencommelijnghen te maecken ? Is gheandwoordt dat Jeremias Bastingius, ende de classe van Walcheren haer bedencken ende aerbeydt op den Catechismum onser kercken, tsaemen brenghen, ende daer wt, niet Homilias, maer Exegemata stellen sullen, De welcke vande dassen van Erabandt ende Walcheren doorsien zijnde wtghegeuen sullen werden.'' {Ned. Syn. Acta, ed. Dr. Rutgers blz. 438; in de vroegere uitgaven van die particuliere vragen art. 58 of 59; waar het antwoord echter aldus verkort is: »Jae: ende is eenigen last daer toegegeven").

Inzage van dit werk doet dan ook terstond zien, dat men hier niet te doen heef t met Catechismuspredikatiën, maar met een bondige, klare, heldere uiteenzetting van den inhoud, en dat wel in de zuiver Gereformeerde lijn, en in gespierden bezielden toon.

Geen twijfel dan ook, of dit werk zal zijn weg vinden.

Thans moet men voor een exemplaar van dit werk, in zeer onooglijken druk, een echte oogenbederver, soms meer dan / 15 betalen, en vindt het zelfs tot dien pi ijs nog ternauwernood.

Daar echter de uitgave zich naar het getal der zich aanmeldenden regelen moet, zal men wel doen, door zijn inteekening niet uit te stellen. Geen Gereformeerd theoloog kan er buiten.

Naast deze uitgave van Bastingius komt nu de arbeid van Ds. Hoekstra te staan, die iets heel anders bedoelt.

De Catechismuspredikatiën van Van Oosterzee hebben onder, ons Calvinistisch volk geen weerklank gevonden, omdat ze niet Calvinistisch, ja, hoe schoon ook in den vorm, te onbeslist van standpunt waren.

Juist op de belangrijkste punten, die van het hoogste gewicht zijn, liet deze reeks predikatiën onbevredigd en stelde te leur.

Liever behielp men zich dan nog met een oude uitlegging uit den beteren tijd.

Thans echter, nu er veeltijds ook predikatiën over den Catechismus in de kerken gelezen worden, leverde dit bezwaar op.

Niet ieder verstond de oudere taalmeer. De stijl was voor het hoóren te gewrongen. Zelfs het lezen ging daardoor minder vlot.

De arbeid van Ds. Hoekstra voorziet dus in een onmiskenbare behoefte. En daar deze predikatiën kort, zaakrijk en helder gesteld zijn, zullen ze ontwijfeld haar weg vinden.

En toch schijnt zelfs daarmee de behoefte aan lectuiir over den Heid, Gat. nog niet uitgeput.

Althans aldoor ontvangt onze redactie aanzoek, om de artikelenreeks die we zelven aan de toelichting van den Heid. Cat. ten beste gaven, in afzonderlijke uitgave verkrijgbaar te stellen.

Zelfs uit Amerika werden we herhaaldelijk daartoe aangezocht.

Toch kan aan dit verlangen dit jaar nog niet voldaan worden.

Al gelukt het ook in den jaargang Sept. 1890—Sept, 1891 de Zondagen over de Sacramenten, de Sleutelen des hemelrijks en de Bekeering ten einde te brengen, dan Wijven nog de twee groote stukken van het Gebod en het Gebed over, die ligt elk een jaargang vorderen zullen ; te meer daar juist deze stukken den laatslen tijd het minst behandeld zijn. Na aftrek van de feeststofifen kunnen we niet meer dan hoog stens 40 artikelen per jaargang geven, en in minder de inleiding op de Wet en elk der tien geboden af te doen, is onmogelijk.

Waarschijnlijk zal dus onze toelichting op den Catechismus, zoo de Heere wil, eerst in Juli 1893 gereed komen; en in verband hiermee gaat het niet aan, de uitgave dezer artikelen in afzonderlijke bundels vóór Sept. 1891 te beginnen.

Ze zullen dan een inhoud hebben ongeveer drie-a viermaal zoo groot als Het werk van den Heiligen Geest, en dus over drie a vier jaar in uitgave loopen moeten.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 oktober 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Het is een verblijdend teeken,

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 oktober 1890

De Heraut | 4 Pagina's