Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Frankrijk.

Eene officiëele Synode gevraagd. — Twee stroomingen godgeleerd gebied. op

Een zevental z.g. Evangelische consistoriën der Fransche Gereformeerde Staatskerk hebben zich, op het voetspoor van dat van Pons, tot de regeering gewend, met verzoek om eene officiëele Synode saam te roepen. Deze officiëele Synode zou dan niets te zeggen hebben over zaken, de leer betreffende, maar enkel eene administratieve macht hebben. Vele Evangelischen of orthodoxen zien in dien stap een arbeid op een verderfelijken weg, die nood zakelijk eene scheuring moet te weeg brengen onder hen die voor rechtzinnig willen doorgaan en waardoor de officieuse synodale organisatie zal worden vernietigd.

Sommige Evangelischen 'W-'llen echter zulk eene officiëele Synode, om eene vereeniging met de liberalen en modernen tot stand te brengen. Men zegt: de officieuse synoden hebben toch geene macht. Wanneer deze een leeraar bijv. afzetten omdat hij niet overeenkomstig de Evangelische beginselen zijn kerk voorgaat, handhaaft de regeering den afgezette toch en wat baat dan de behandeling van tuchtzaken. Maar men vergeet dat eene kerkelijke vergadering allereerst eene zedelijke macht heeft en dat tuchtgevallen ook door vergaderingen die niet door den Staat erkend worden, zoo kunnen worden behandeld en dat de geestelijke belangen der kerken er door bevorderd worden. Daarbij zou zulk eene ofiicieele synode van liberalen en orthodoxen niets kunnen uitrichten tot Evangelisatie in die kerken, waar het ongeloof den boventoon heeft en kunnen de kerken ook niets doen om het licht der waarheid te laten schijnen te midden der Roomsche bevolking.

Maar er zijn toch dingen, zoo redeneert men aan de andere zijde, die de staat niet alleen kan of mag regelen, bijv. het benoemen van hoogleeraren in de godgeleerdheid aan de Protestantsche faculteiten-Daarom moet de Conseil Central worden hervormd, zoodat de leden van dat lichaam, hetwelk de kerk bij de overheid moet vertegenwoordigen, door de kerk verkozen worden. Dan zouden er 13 orthodoxe leden door 65 evangelische consistoriën, en 8 liberale leden door 39 liberale consistoriën gekozen vrorden.

Zoo meent men de scheuring onder de Evangelischen te voorkomen en de officieuse synodale organisatie te kunnen behouden. Doch men kan niet anders dan bedrogen uitkomen. Immers wanneer een deel van de z. g. evangelischen haakt naar vereeniging met de modernen, hoe kan dit zijn, dan wijl men de liberale denkwijze is gaan deelen. En hoe kan met zulke elementen eene synodale organisatie in stand worden gehouden? En hoe is het mogelijk dat een tweedrachtig gezelschap de belangen der kerken bij de overheid kan bepleiten.

Er is voor de Fransche Gereformeerde kerken slechts één redmiddel. Terugkeer tot de Gereformeerde belijdenis en kerkenorde en diensvolgens losmaking van de band die kerk en staat verbindt.

Er is een strijd ontbrand tusschen de hoogleeraren der Protestantsche faculteit van Montauban.

Sedert jaren werd door drie hoogleeraren dier faculteit, nl. de heeren Bois, Monod en Wabnitz, een tijdschrift geredigeerd onder den titel van Hevue Théologiqtu.

De hoogleeraar Bois, sedert overleden, zag in December 1890, dat dit tijdschrift zich niet zou kunnen handhaven tengevolge van financieele moeilijkheden, wanneer niet de hulp werd ingeroepen van de hoogleeraren Bruston en Doumergue. In de plaats van den bejaarden professor Bois zou diens zoon Henri Bois komen. Doch daartegen kwam de hoogleeraar Monod in verzet. Hij wilde dat zijn collega Leenhardt ook deel zou uitmaken van de redactie der Revue. Toen zijn medeleden hem daarin niet wilden ter wille zijn werd eene Revue novelle in de wereld gezonden, waarvan vier hoogleeraren der faculteit redacteurs zij Waarom wilde men den heer Leenhardt niet in de redactie van het nieuwe tijdschrift nemen? Wijl men bevreesd was voor de negatieve critiek van dezen hoogleeraar.

Het is niet te ontkennen dat er in de Faculteit van Montauban, die altijd in Frankrijk voor het bolwerk der rechtzinnigheid werd gehouden, gelijk die van Parijs geldt voor de vesting van het liberalisme, — twee stroemingen openbaar waren, waarvan de eene zich individualist en onafhankelijk noemt, terwijl de andere gezegd wordt aan de traditie vast te klemmen en zich te buigen voor het gezag, hetwelk wel niet anders beteekenen kan dat zij zich wenscht vast te houden aan Gods Woord.

Zeker is het dat men begint te gevoelen, al is het nog zeer zwak, dat wanneer men voortschrijdt op de» \ie: g door de moderne critici ingeslagen, dit de doodsteek voor de godgeleerdheid zou zijn. Wij hopen te mogen zien, dat de nieuwe Revue haar woord zal richten tegen de Schriftleer die reeds velen voorstaan, welke men tot hiertoe voor evangelische of rechtzinnige mannen hield.

Niet dat wij kunnen opmerken dat de hoogleeraar Wabnitz principieel tegenover zijn ambtgenooten heeft positie genomen.

Het komt ons voor, dat hij van meenig is, dat te zeer aan de critische richting zou zijn toegegeven als men ook den hoogleeraar Leenhardt in het gild der redacteurs had opgenomen. Doch men schijnt toch iets te speuren van de schadelijkheid der critische leer, waardoor men er niet toe kon besluiten deze te veel te laten medespreken.

De heer Leenhardt tracht de richting, die hij voorstaat vrij te pleiten van de beschuldiging, dat zij tot liberalisme of modernisme zou leiden, door er op te wijzen, dat het liberalisme nooit velen heeft gewonnen of de slapenden heeft wakker geschut, terwijl juist de Vinets, dePressensés, Rabuts, Monods. Wollands, mannen waren of zijn van de Réveil. Maar de heer Leenhardt vergeet, | dat een Vinet de geestelijke vader werd van Edmond Scherer en van Sabattier, en dat in de zielen waar waarlijk eene geestelijke ontwaking plaats greep, men den Bijbel als Gods Woord leerde liefhebben en eeren.

Schoon genoemde hoogleeraar Leenhardt zijn leedwezen te kennen geeft dat er een twistappel in de kerk geworpen is, op een oogenblik waarop de Geest Gods blaast over de kerken, en zelfs een réveil onder de studenten van Montauban zich openbaart, stellen wij daartegen dat het heerlijk is, wanneer het mocht blijken dat de Heere zijne kerken in Frankrijk uit haar kwijnenden toestand wil opheifen en zich daarbij tevens reactie openbaart tegen de richting, waarin sinds jaren de godgeleerdheid in Frankrijk is beoefent.

Het komt ons voor, dat eene leer, gelijk die thans bijna door alle Evangelischen in Frankrgk gedreven wordt, door een Reveil, gelijk die in 't begin van deze eeuw gezien werd, zou geoordeeld worden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 juni 1891

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 juni 1891

De Heraut | 4 Pagina's