Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Een kwaad dat krankheid aanbrengt.”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Een kwaad dat krankheid aanbrengt.”

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Want wie weetl wat goed is voor den mensch in dit leven, gedurende het getal der dagen van het leven zijner ijdelheid, welke hij doorbrengt als eene schaduw? Want wie kan den mensch aanzeggen wat na hem wezen zal onder de zon? Pred. 6:12.

In het Paradijs, dat stemt ge als bij instinct toe, zou ziekte en krankheid even ondenkbaar zijn geweest, als^lichaamssmart of pijn. Uw Jezus, gedurende den tijd, dat hij op aarde onder ons vertoefde, ziek te bed liggende, is een gedachte, die ge met zijn naam niet verbinden kunt. En dat er op de nieuwe aarde, als de heerlijkheid des Heeren het alles doordringen zal, nog artsen zouden zijn, om ons hun medicijn toe te dienen, is u een contradictio in terminis, dat is een denkbeeld dat zich zelf weerspreekt.

Bij dieper inzicht moet ge daarom zelf wel tot de slotsom komen, die de Heilige Schrift u voorlegt, en erkennen, dat alle krankheid en alle pijn samenhangt met het droeve feit, dat er zonde in ons hart schuilt, en dat we saam een zondig geslacht zijn.

Zonder zonde geen dood ; maar als ge zondigt, al is het ook maar eens, dan komt de dood zeker en gewis, dan moet ge den dood sterven.

Zonder zonde, dan drupt op deze aarde niets dan Goddelijke zegen, neer; maar na de - eerste zonde heet het aanstonds: Het aardrijk is vervloekt om uwentwil, en de smart zal u tot in het kinderbaren najagen.

Alle ziekte, alle pijn is een teeken van die zelfde vernielende macht, die eens in uw sterven voleind wordt.

En daarom is het niet genoeg te erkennen, dat uw sterven met de zonde in verband staat.

In gelijk verband met de zonde staat eveneens én ziekte én pijn,

Niet natuurlijk, alsof van eiken aanval van pijn of ziekte ware uit te maken, dat u zulks om die bepaalde zonde of ter oorzake van deze ongerechtigheid overkwam.

Wat ge te belijden hebt, is alleen, dat door de zonde vloek en dood in de wereld en over ons geslacht kwam, en dat diensvolgens ook gij nooit pijn kunt hebben of ziek kunt zijn, of ge ondergaat een deel van het lijden dat over ons geslacht kwam, ter wille van die zelfde zonde, waarvoor gij mede verantwoordelijk staat; waarmee gij zelf hebt geheuld; ja, waarvan ge de zaden nog omdraagt in uw eigen hart.

Soms treedt dit rechtstreeks aan het licht, als iemand zich een ziekte op den hals haalde door onmatigheid, of door onvoorzichtig zijn gezondheid te wagen, om nu van die vreeselijke ziekten, die achter drankzonde en ontucht komen aansluipen, niet te gewagen. Maar dit zijn uitzonderingen.

Gemeenlijk ligt het verband tusschen ziekte en zonde niet zoo duidelijk bloot. Dan is het er wel, maar het is verborgen.

Maar dat het er dan toch is, merkt ge wel bij zware pestilentiën, als de conscientiën in het gemeen met verschrikking worden aangegrepen, en duizenden bij duizenden, die aan hun God ternauwernood meer dachten, opeens bekommerd worden vanwege hun zonde.

Ge merkt het bij krankheden als Mirjams melaatschheid, waarvan uitdrukkelijk gezegd werd, dat ze als een plage en straffe haar overkwam.

En ge merkt het ook, zoo dikwijls. Jezus bij de genezing der kranken absolutie schonk, en er bijvoegde: »Uw zonden zijn uvergeven."

En wilt ge ook de proef uit het heden, let er dan maar op, hoe juist zij die de teederste kennis van hun eigen hart hebben, ook bij gewone krankheden, zich in de conscientie geraakt gevoelen en naar verzoening dorsten, terwijl alleen de ongeestelijke en oppervlakkige personen op hun ziekbed zonder geestelijke bemoeienis voortdommelen.

Toch is het zaak, dat ge op dien samenhang tusschen krankheid en zonde nog nauwer let.

Niet om te zeggen, dat een gezond mensch braaf is, en dat een, die veel tobt en sukkelt, een zondaar of zondaresse in het verborgen moet zijn.

Laat die valsche toepassmg toch aan Jobs dolende vrienden over, en denk toch aan het zeggen van Jezus over den blindgeborene, dat die blindheid geen straf was voor wat die jongen of zijn vader zondigde, maar een lijden waaruit verheerlijking van Gods naam moest rijpen.

Die personeele toepassing voegt u niet, tenzij God die personeele toepassing maakt in uw eigen conscientie.

Maar evenmin moogt ge daarom zeggen, dat er nooit oorzakelijk verband bestaat tusschen de overtreding van Gods gebod en een ziekelijke aandoening in uw gestel.

Immers de apostel schreef zoo stellig aan de kerk van Corinthe, dat ze Gods verbond in het heilig Avondmaal ontheiligden, en »dat er daarom onder hen zoovele kranken en zwakken waren en sommigen aireede gestorven".

En ditzelfde verband nu, dat de apostel aldus legt tusschen geestelijke overtreding en uitwendig lijden, was ook reeds aan Salomo bekend.

Ook hij toch schreef dat het gevoel van afgunst, innerlijken wrevel en nijd, waarmee allerlei ervaring op geldelijk gebied soms ons hart vervult, yeen^kwaadis dat krankheid aanbrengt.''

Ook uw artsen zeggen het u wel, dat er allerlei slepende ongesteldheden zijn, die haar oorsprong in mijmeringen en ongezonde stemmingen van uw innerlijk wezen vinden.

Door inwerking op de, ziel het lichaam te genezen is soms de toeleg, waarop ze afgaan.

Bij krankzinnigen willen ze dan door het lichaam op de ziel werken, maar bij deze ontstemde personen door de ziel op het lichaam.

En in beide ligt de erkentenis, dat uit den band, die ziel en lichaam saambindt, ook zeker verband tusschen zonde en ziekte ontstaat.

De onderzoekingen op dit terrein zijn nog van weinig beteekenis en haar uitkomst bijster schraal; maar erkend wordt dan toch, dat hier nog een verborgen schat van kennis ligt, die van hooge beteekenis voor de genezing van onze kranken kan worden. '

Thans trekt de microbe en baccil schier alle aandacht tot zich. Maar gesteld al, dat men metterdaad in dezen vorm de gemeene stalte van alle krankheid op het spoor was, dan is men er toch nog niet. Dan komt toch daarna nog de tweede vraag: Vanwaar die microben ? Vanwaar heeft de eene deze, de andere die kracht? Hoe komen ze zoo plotseling op, om dan weer te verdwijnen? Waaraan danken ze haar aanzijn ? En bovenal hoe staan ze in verband met 's menschen persoon ?

Is alle ziekte en dood om de zonde, dan kunt ge niet rusten, eer de gemeenschappelijke wortel van alle ziekte tot in de zonde is nagespeurd. Een naspeuring die ons misschien nooit gelukken zal, maar die toch niet mag verwaarloosd worden.

Dat iemand, door zijn drift bot te vieren, zich een beroerte op den hals kan halen, die hem zijn leven kost, is maar al te dikwijls gezien.

Dat ontkent dan ook niemand. Maar de vraag is, of er nog niet dieper liggend verband bestaat, ook waar de meesten er niet op letten.

Om op dien opvliegenden, drifiigen mensch terug te komen, heeft zulk een driftkop niet door jarenlang aan zijn drift toe te geven, in stee van die drift in te toornen, het kwaad dat in zijn bloed hem prikkelt, verergerd? Bij een driftig mensch is iets in zijn bloed, dal de trage van geest mist. Nu kan dat kwade iets in zijn bloed gevoed of gestuit. Gestuit door zelfbedwang, of gevoed door aan zijn drift toe te geven. En als iemand er nu jarenlang aan toegeeft, en zoo het kwaad in zijn bloed voedt, is het dan niet begrijpelijk, dat het bloed hem ten slotte te machtig wordt, en het op een beroerte uitloopt, en hem zijn leven kost?

Heeft nijd en wrok, dien we opkroppen, niet even nadeelige uitwerking op ons gestel? De Heere verbiedt u eenig mensch te haten. Ge zult uw broeder zevenmaal zeventigmaal vergeven, en uw vijand liefhebben, en zegenen die u vloeken.

Doe dat nu, doe het oprecht, doe het van ganscher harte, en een blijde, vroolijke stemming van overwinning komt over u, en het bloed stroomt u frisch door de aderen. Maar ook, sla dit stellig gebod van uw Heiland in den wind, zoodat de zon over uw toorn ondergaat, en ge boozen nijd of wrok of haat tegen allerlei personen in uw hart blijft omdragen, ja, dat ge in veete soms met broederen leeft, dan natuurlijk vergiftigt die afgunst en die nijd en die booze haat uw bloed, uw hart krimpt ineen, uw innerlijke gelijkmatigheid wordt verstoord, en straks komt in allerlei ongesteldheid en krankheid het heilloos gevolg uit van uw liefdeloos bestaan.

Zoo menschen, die altoos op geld zitten te turen. Die zijn altoos met dat geld bezig. In huis, bij den arbeid, op den weg, zelfs op hun legerstede. Het is altoos een saamtrekken van hun hart en hun persoon op dit ééne punt. Daar lijdt natuurlijk heel het persoonlijk bestaan onder. En dat doet dan weer het gestel aan.

Hoe een onregelmatig leven de gezonde kracht verwoest, behoeft geen aanwijzing. Deze lieden zijn als een klok, waarvan men de wijzers telkens eenige uren achteruit en dan weer vooruit omdraait, tot eindelijk heel het uurwerk door dien onregelmatigen loop stuk gaat.

Hoe melancholie, d. i. booze somberheid en zwartgalligheid schatten van levensmoed en levensvreugd vernield heeft, zien we nog telkens om ons heen; en natuurlijk ook die melancholie is zonde. Een zonde waar men dan eerst aan toegeeft, tot men er ten leste niet meer tegen worstelen kan, en er het slachtoffer van wordt. 'O, De ziel werkt zoo op allerlei wijs op ons broos en teeder lichaam in.

En dit nu zult ge indenken, niet natuurlijk om voorts te zeggen: »Dan zal ik tegen die zonde strijden, om mijn lichaam te beveiligen, " alsof anders die zonde er meê door kon, maar nu dan ter wille van uw gezondheid moest gemeden.

Neen, maar opdat een iegelijk bij slepende en bij aangrijpende krankheid in zijn binnenste leere intreden, om zich voor Gods aangezicht de vraag te stellen: Bestaat er ook rechtstreeksch verband ?

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 juni 1892

De Heraut | 4 Pagina's

„Een kwaad dat krankheid aanbrengt.”

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 juni 1892

De Heraut | 4 Pagina's