Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Tot de eenigheid des geloofs .”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Tot de eenigheid des geloofs .”

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Totdat .wij allen zullen komen tot de eenigheid des geloofs en der kennis van den Zone Gods, tot eenen, volkomenen man, tot de mate van de grootte der volheid van Christus. Efese 4:13a.

De Reformatie was geen uitvloeisel van beraamd overleg, maar vrucht van gewetensdrang. Men had, ervaren dat de eenheid der zichtbare kerk de geestelijke eenheid der geloovigen niet bevordert maar belemmert; dat ze den weg versperde om de diepere geesteseenheid te vinden met den Heere. Als zoodanig verraadt de Hervorming het bewustzijn der kerk, dat eenheid der uitwendige gemeente niet vereischt, onhoudbaar zelfs en schadelijk is.

Ze brak de eenheid der kerk, niet ondanks den gewetenseisch, maar uit conscientiedrang. Ze stichtte niet ééne enkele kerk in stee van de verworpene, maar kwam in de verschillende landen tot eigen formatie, en ze heeft de latere pogingen om deze verschillende kerken ineen te smelten met bewustheid weerstaan.

De Hervorming was alzoo een verkondiging van het groote beginsel: dat de eenheid die we wachten beter door tijdelijke splitsing, dan door gedwongen uitwendige eenheid wordt vooriereid. Zelfs toen de felle krijg der 17de eeuw het Protestantisme met ondergang bedreigde, week ze, ondanks haar behoefte aan nauwere aaneensluiting, van dat beginsel niet af.

Door de Reformatie was derhalve tegen Romes stelsel een ander stelsel over geplaatst. Eischte Rome de eenheid der zichtbare als vorm voor de onzichtbare kerk, zij vond de groote gedachte, dat ontwikkeling in verscheidenheid van vormen juist door de toekomstige eenheid der verheerlijkte kerk werd geëischt, t

I Toch werd de ommekeer, waartoe dit beginsel leiden moest, niet op eenmaal volbracht. Wat wonder? Rome gebruikte voor de afronding vaii haar stelsel een zevental eeuwen. De Hervorming is pas een drietal eeuwen oud. Het werk der Reformatie, vergeten we het niet, is door onze vaderen begonnen, door onze vaderen in uitnemende richting geleid, maar nog steeds staan we verre van de voltooiing.

Er moest zelfs een periode van stilstand komen. Het lag in den aard der zaak, dat op de overspanning der zestiende eeuw in het eind der zeventiende een periode van uitputting volgde, die bedenkelijk werd. De valsche eenheid der Kerk was wel gebroken, maar het splitsingsproces was nog slechts ter halverwege volbracht. In twee groepen lag het Protestantisme gedeeld: de Luthersche en Gereformeerde kerken, en elk van deze was op hare beurt naar eisch der verschillende nationaliteiten gespUtst. Dat het beginsel nog sterker ommekeer eischte: splitsing ook naar geestesrichting in een zelfde land, kon zich eerst later openbaren.

Vandaar dat in deze landskerken met heur groot zielental en vergespreide ligging de behoefte aan organisatie, die zich gevoelen deed, op verkeerden weg bevrediging zocht, en men, bij de wegsterving van den Reformatori schen geest, op de kerken der Hervorming in eigen boezem te kwader ure het stelsel der Roomsche kerk ging toepassen, om door ge dwongen eenvormigheid alle landzaten zooveel doenlijk in een zelfde kerk te vereenigen.

Vooral de Luthersche kerk ging daarin ver, Het t Cuius regio., ejus reügio" *) was de hybridische enting van de Roomsche loot op Protestantschen wortel, Intusschen, dit was natuurlijk onhoudbaar. Romes eenheid zonder geloof aan een onfeilbare autoriteit en de hulpe van een dwingend gezag te willen handhaven, was een al te stout bestaan. Zulk een gekunstelde eenheid moest springen, en in de geesteloosheid der i8de en de ten toppunt gestegen verwarring der 19de eeuw heeft het Protestantisme dan ook zeer bitterlijk voor het prijsgeven van zijn beginsel geboet.

Toch vergiste zich wie daaruit den ondergang van het Protestantisme profeteerde. Veeleer kwam na de geesteloosheid der i8de eeuw het Réveil., en ontwaakte uit de verwarring onzer dagen met frissche kracht een nieuw en beter kerkelijk bewustzijn.

Edoch, de herleving des geloofs werd niet aanstonds op den voet door deze kerkelijke beweging gevolgd.

Veeleer was de Réveilm. haar eerste levensjaren tegen de kerkelijke zij van het Christelijke leven fel gekant. Dit bevreemde u niet. De verkeerde kerkelijke inrichtmg met het kerkelijk wezen zelf verwarrend, moest-ze wel vijandig tegenover een kerk staan, aan wier schuld ze met recht de versterving des geestelijken levens kon wijten. Die kerk was haar tegen de borst. Die kerk bood geen bedding aan den stroom van haar leven, o, Gewisselijk, ook zij gevoelde behoefte aan eenheid, maar langs geheel anderen weg dan dien der kerk heeft ze die gezocht, Was eenvormigheid weer het euvel der kerk geworden, uit reactie zocht zij veeleer 'va. onverschilligheid jegens eiken vorm der geloovigen heil.

Haar jeugdig leven gevoelde zich aangetrokken door het beeld der Jeruzalemsche gemeente; in haar embryonisch leven, dat nog geen vormen ontwikkeld had, vond ze het ideaal dat haar bekoorde.

Waartoe ook die onderscheidingen, die scherpe afronding der begrippen, die vastgeijkte vormen, geheel die kerkelijke toestel ? Kwam het dan op het leven niet aan ? Was het leven niet beter dan de vorm ? Stond wedergeboorte niet hooger dan stiptheid in het belijden ? Was gemeenschap met Jezus dan niet meer dan alle vormen waard ? Het deed er immers niet toe, of men Luthersch of Gerefomeerd, Anglicaan of Doopsgezinde heette. Er was toch maar één Heiland en maar één hemel waar hij allen plaats bereidde!

Als men maar Christen was. Dddrop kwam het aan. Dit was de hoofdzaak !.... en door dit Idealisme, of wilt ge liever door die eenzijdig spiritualitische richting verleid, waande men te goeder trouw voor altijd de oude geschillen begraven te hebben, de vormen ter zij te kunnen zetten, en juist door die vormeloosheid eenheid te zullen bevorderen onder allen wien het hart klopte voor den Heere.

Zoo zocht men door het zwevende, het algemeene, het omtreklooze en onbepaalde een uitweg naar die teedere eenheid der geesten, die Jezus' kerk steeds had gezocht, maar nog nimmer had gevonden.

Tegen bepalingen eener geloofsbelijdenis gevoelde men een onverwinlijken afkeer. Zelfs bij het Sacrament werd het kerkformulier overbodig gekeurd. Een formuUergebed kon men niet meebidden.

Het dieper indringen in de heilsmysteriën meed men bij instinct. Dogmatisch onderwijs werd voor het tegendeel van Christelijk gehouden. Een uitlegging aan het kind op den tast af door een min kundige gegeven, zou minder schaden dan een volzin uit den Catechismus. En werd men gedrongen, moest men zich uitspreken, dan redde men zich liefst met het naspreken van een Bijbelwoord, zonder te beseffen hoe diep dit beschouwen der Schrift als mozaiek haar organisch karakter miskende.

Verre van enghartig en bekrompen, was men eer mild en vrijgevig. Wie slechts sympathie voor de waarheid toonde, werd al spoedig alseen der, waren in den breeden kring opgenomen. Men zocht eenheid, door slechts aan datgeen te hechten wat allen gemeen was, en zoo kon het wel niet anders, of de liefde om er velen te winnen, deed den inhoud van dat ééne telkens minder worden. T> In necessariis unitas., in dubiis libertas., in omnibus charitas !" 2) bleef het wachtwoord, maar om den kring der iduhia" zich steeds te doen uitbreiden, al kromp die der inecessaria" steeds in.

Reeds nu is het begin van het einde voor deze richting zichtbaar.

In drie bestanddeelen lost ze zich op. Het krachtigst element zoekt weer de bedding van het kerkelijk leven en biedt ons in den kerkelijken strijd tegen Schriftverzaking den onwaardeerbaarsten steun.

Een ander deel, meer mystiek van aard, voleindt zijn loop door onder zwakker of sterker Darbistische neiging de kerk niet slechts voor onverschillig maar voor schadelijk te verklaren.

Terwijl de oude bondgenoote zich op eigen

') »Dat elk vorst den godsdienst voor zijn land bepaalt."

") In het noodige eenheid, in het onzekere vrijheid, liefde in alles. errein terugtrekt, om deels van hare hoop op een allengs voortgaande kerstening der geheele ereld te leven, deels over te vloeien in dat Christendom zonder Christus, dat ge als »Christendom boven geloofsverdeeldheid" kent.

De droom heeft uit, en niet licht zal de Christenheid hem weer droomen.

Want al moet erkend, dat de weerzin door het petrefact der i8de eeuw gewekt, tot zulk een richting moest leiden; al heeft ze ons te goeder ure aan de l verborgen eenheid en gemeenschap des geestes herinnerd, die, ook bij verschil van kerkvorm, de belijders van den éénen Christus verbindt; ja, al danken we haar voor de verbreking van zoo menigen vorm, waaruit het leven geweken was, — toch begeeren we zulk een eenheid niet.

De prijs dien ze ons afvergt is te hoog.

In stee van de skennisse van den Zone Gods" en de seenigheid des geloofs", die daarin rusten zal, ons nader te brengen, zou ze de voleinding eer tegenhouden. De Johanneskerk noemde men het. Na de Petruskerk van Rome, en de Pauluskerk van Calvijn, zou thans »de Apostel der liefde" op de kerk van Christus zijn stempel drukken.

En nu, we weten niet welk een indruk anderen van den Boanerg, van den Ziener van Pathmos, van den Adelaar onder de Evangelisten ontvingen, maar voor zooveel Gods kind den Discipel|kent, die »in Jezus' schoot aanlag", die den Antichrist onder eiken vorm vervolgde, die gebood den ketter niet in zijn huis te ontvangen, en dies het badwater meed waarin Cerinthus was afgedaald, tast elk geloovige vruchteloos naar een scherper tegenstelling, dan er tusschen zijn alles doorvorschende denkkracht, zijn peillooze diepte van opvatting, en zij» beslist breken met het innerlijk onzuivere, vergeleken bij dat zwevend-vage en denkschuwe streven, bestaat.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 mei 1894

De Heraut | 4 Pagina's

„Tot de eenigheid des geloofs .”

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 mei 1894

De Heraut | 4 Pagina's