Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Leelijke namen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leelijke namen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De redacteur van de Bazuin stelde zich den laatsten tijd, althans in één opzicht boven de partijen, en keurde het af, eenerzijds dat sommige snel-pratende broederen in verband met Dr. Kuypers geschriften van Pantheïsme hadden gesproken, maar ook anderzijds dat deze bedenkelijke Doctor zelf in verband met anderer uitlating gesproken had van fDoopersch", ^Methodistisch enz."

Hij houdc ons ten goede, dat we over deze zijn critiek iets op het hart hebben, en dit niet op ons hart smoren.

We stellen ons daarbij eerst op het standpunt, waarop Ds. Gispen zichzelven plaatst, en nemen nu eens aan, dat het gebruik van al zulke namen uit niets dan driftige ketterjacht opkomt, een demonischen bijsmaak heeft, en, als dèn huisvrede in Gods kerken storende, hooglijk is af te keuren.

Welnu, op dat standjjunt valt de anders zon billiikp rerla'~t'=: ur. V"!' r'il bf*' vf-K "-•"tcii locoti-iuuicu, iijcr wei cenigszma uit ziju billijke rol.

Of h het niet al te onbillijk, indien men het in Christus' kerk gelijk stelt, als A zijn broeder B verklaart tDoopersch", en zoo B zijn broeder A verklaart •^Pantheïst" te zijn?

Een Pantheïst toch is iemand, die buiten den Drieëenigen God staat, geen deel heeft aan de Christelijke religie, en, van alle genade en alle licht ontbloot, wegzinkt in natuurvergoding of in zelfaanbidding.

Een Doopersche daarentegen is iemand, die den Drieëenigen God aanbidt, in Christus het heil ten eeuwigen leven zoekt, doch misgaat bij het verband tusschen natuur en genade.

Staat dat nu gelijkr Is dat nu om 't even? Kan hier van lood om oud ijzer sprake zijn ? En als er nu, altoos op het standpunt van Ds. Gispen, twee leeraren in onze kerken zijn, waarvan de één tot zijn broeder zegt: »Vriendlief, ge riekt ietwat Doopersch", en de ander antwoordt hem: »En gij lijkt wel een Pantheïst", is de publieke verkettering die in deze beide uitspraken ligt, dan ook maar in één adem te noemen ? Nog altijd weten we niet, of Ds. Gispens vriend te Jeruzalem van de eigenlijke beteekenis van zulke namen het rechte afweet, maar is dat zoo, dan moet dunkt ons, die vriend wel bij zich zelven gedacht hebben: Een tik met den stok of een schot door het hart is toch niet eender.

Toch wane geen onzer lezers, dat we dat roepen van Pantheïst als een schot door ons hart gevoeld hebben.

Integendeel, we zijn het met heel dit standpunt van Ds, Gispen niet eens.

Op dat standpunt zou de oordeelveller zich alleen dan mogen plaatsen, als metterdaad iemand, wie ook, van Dr. Kuyper gezegd had: Hij IS Pantheïst, of ook wanneer Dr. Kuyper van een lecraar in onze kerken publiek gezegd had: Gij ZIJT een Doopersche, een Methodist enz.

Maar is dit geschied?

Ahhans niet met ons weten.

Noch in de waarlijk niet korte vertoogen van de HH. Ten Hoor en Bos, noch in de 5a^K^'M-epistelen, die oorzaak zochten, hebben we ook maar iets gelezen, dat op zulk een aanklacht leek.

En omgekeerd, kwam ons nooit ter oore, dat de booze //«'««^redacteur iemand, wien dan ook, onder de leeraren onzer kerken in beschuldiging gesteld heeft, als ZIJNDE Doopersch of als ZIJNDE Methodist.

Al wat over en weer geschied is, bestaat hierin, dat men bij een der broederen, hier of daar in zijn beweringen en geschriften enkele sporen of trekken heeft gemeend te •ontdekken, die naar het Gereformeerde lood niet waterpas liepen, maar thuis schenen te hooren hetzij in de Pantheïstische school, hetzij bij de Doopersche sekte.

Waar men nu bij een zijner broederen zoo iets op het spoor meent te zijn, kan men tweeërlei doen.

Men kan óf een breed betoog gaan voeren, om met punten en onderpunten het onjuiste aan te toonen, óf wel, kortaf, met een term, onder kenners terstond verstaanbaar, spreken van Pantheïstisch, Arminiaansch, Doopersch, Methodistisch, Ethisch enz.

Nu is men in de pers, en in gesprekken, steeds gewoon die laatste methode te volgen, omdat ze korter, doeltreffender is.

Zoo'n enkel woord zegt dan opeens wat men bedoelt.

Van het gebruik van zulke termen en namen wenschen wij dan ook volstrekt geen afstand te doen, en we hopen zeer, dat zij, die oordeelen, dat er door het kleed dat wij weven valsche draden loopen, ons den dienst zullen blijven bewijzen, om katoen katoen, wol wol, zijde zijde te noemen.

Laat ons toch niet zoo kittelachtig zijn. Ieder onzer warrelt op zijn beurt nog allerlei heterogene denkbeelden dooreen. Geen onzer ontkomt nog aan het gevaar, dat er contrabande in zijn bagage worde gevonden. Het zuivere, wel doorgedachte, uit één beginsel afgeleide Gereformeerde denken en leven was zoo schier ganschelijk weg, dat er nog heel wat sneeuw wit neervallen en vuil versmelten zal, eer we, hoofd voor hooid, zuiver op de graat zijn geworden.

Daarom is het best mogelijk, dat het aan eiken broeder op zijn beurt overkomt, welbezien contrabande bij zich te voeren, en dan doet, dunkt ons, de ééne broeder den anderen en doen allen saam aan de kerken een werkelijken dienst, zoo ze op die contrabande met helder wit krijt een P(antheïst) of een D(oopersch) of een A(rminiaansch) of een M(odist) zetten, den man die over de grenzen gaat ter waarschuwing.

Toen dan ook enkele broeders zoo vriendelijk waren op enkele stukken bagage, in den waggon: Encyclopaedie gepakt, zulk een P te zetten, heeft dit den magazijnmeester geen andere aanleiding gegeven, dan om die valiezen nog eens open te doen, nog eens stuk voor stuk wat er in zat, na te zien, en na afloop de P doodleuk weer van liet valies uit te vlakken, overmits hij bevond, dat de man die de P er op zette, zich omtrent den inhoud vergissende, overtollig gewaarschuwd had.

Toch bleef ook dit voor hem niét zonder leering.

Hij zag er uit, dat hij zich meermalen niet voorzichtig, niet duidelijk genoeg had uitgedrukt, en dat liefde tot broederen die in zulke studiën minder thuis zijn, hem had moeten dringen, om hier en daar zelfs elk verkeerd vermoeden af te snijden.

Zeker, er kan hier iets verkeerds, iets zondigs onder loopen.

Als de man met het stuk krijt, er de P of de D of de A of de M niet op zet ter vriendelijke waarschuwing, maar, zoodra de witte P er op staat, er een hoop andere reizigers bij roept, en hen met veel vertoon op die P doet staren, en dan nog eens met den vinger op den man wijst, wiens dat valies is, dan 7nu df' bropderliike lu-fi^f» ver^a-iV* n' worden ingediend bij de douanen.

Aan dit soort bedrijf willen we intusschen liefst vooralsnog niet denken.

En al had het er soms iets van, dan schrijven we dit nog meer toe, aan zekere min behoedzame manieren, die ons daarom niet verontrusten, omdat ze, zoolang Bazuin en Heraut op één aanbeeld slaan, steeds meer aan kracht in onze kerken zullen verliezen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 april 1896

De Heraut | 4 Pagina's

Leelijke namen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 april 1896

De Heraut | 4 Pagina's