Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De martelaren.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De martelaren.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

CCXVX.

THOMAS HAUKES.

Onder de martelaren, welke in de maand Juni van het jaar isss den dood ondergingen om hunne belijdenis van den Heere, was ook een jonkman met name Thomas Haukes. Hij was geboortig van Essen en stamde uit een adellijk geslacht, dat aan het koninklijk hof verbonden was. Hij was schoon van gestalte en bezat groote gaven, die hem veler vriendschap deed verwerven. Van zijne jeugd af had hij overvloed gekend. Doch met al deze heerlijkheid zou hij ellendig geweest zijn, zoo hij niet den Heere had leereu kennen als zijnen redder. 'Van harte was hij de beginselen der Hervorming toegedaan en zijn leven was in overeenstemming met zijne belijdenis. Zoolang koning Eduard VI leefde was hij aan het hof in dienst van den graaf van Oxford en stond bij dezen in blakende gunst. Doch nauwelijks had Eduard de oogen gesloten en was Maria hem opgevolgd, of de graaf van Oxford keerde terug tot de Roomsche kerk. Toen verliet Haukes hem en_ trok zich terug in zijn eigen huis, om er den Heere vrij te kunnen dienen. In dien tijd werd hem een zoon geboren, wiens doop hij drie weken lang uitstelde, omdat hij zijn kind niet in het Pausdom gedoopt wilde hebben. Dit bemerkten zijne tegenstanders, die hem bij den graaf van Oxford aanklaagden van verachting der sacramenten. De graaf zond hem met de aanklacht naar bisschop Bonner. Lenigen tijd hield deze bisschop hem bij zich in huis, terwijl hij beproefde hem van de waarheid af te trekken.

Haukes heeft de pogingen, bij hem aangewend, om hem tot herroeping te breng^ïi, zelf beschreven.

Den 24en Juni 1554 kwam dan onze Haukes bij Bonner. Nadat deze den brief, die zijn aanklacht bevatte, gelezen had, gaf hij dien aan Haukes, die hem ook las. Daarna ontspon zich een gesprek, waarbij de bisschop hem vroeg, om welke reden hij zijn kind den doop had onthouden. Vrijmoedig antwoordde Haukes, dat hij den doop als instelling des Heeren eerde, maar daarom te meer bezwaar had tegen de bijvoegselen, die de Roomsche kerk aan het Sacrament gehangen had, zooals het zout, het exorcisme (de duivelbanning enz.) »Verwerpt gij dan wat iedereen, dus ook uwe voorouders, hebben goedgekeurd? " vroeg de bisschop, waarop Haukes weer antwoordde, dat hij niet had te vragen, wat iedereen goedvond, maar alleen wat Jezus Christus had bevolen. »De Katholieke kerk heeft het toch geleerd" zeide Bonner weer. Maar de martelaar antwoordde, dat de Katholieke kerk de verzameling der geloovigen was, over de geheele aarde verstrooid, wier hoold Christus is. Daarna merkte de bisschop op, dat hij blijkbaar behoorde tot die menschen, welke in de kerk niet anders willen toelaten dan de Heflige Schriften. ïDaar zijn er nog meer zooals gij, " ging bij voort. sKent gij Knight en Pigot (martelaren) ? Welke predikanten hadt ge in Essen ? " Toen Haukes hem geantwoord had, dat hij Knight wel gekend had, maar Pigot niet en ook van de predikers geen één kende, vroeg de bisschop weer, of hij zekeren Baget kende. Op zijn bevestigend antwoord werd Baget binnengeroepen. Daar stond hij, de man, die eens ook de waarheid had beleden als Haukies, maar nu afvallig was geworden. Bonner's voornemeR was, om door dezen man' invloed uit te oefenen op de; a marttlaar; hij vroeg hem dus naar zijn gevoelen omtrc'nt de noodzakelijkheid des doops in de Roomsche kerk, . Hierop gaf Baget echter eerst een ontwijkend antwoord. Later evenwel toonde hij zich eens met den bisschop, die hem; tegemoet voerde: ïGij dwaas, waarom hebt gij niet dadeïijk uw laatste antwoord gegeven, want nu hebt gij dezen man (wijzende op Haukes) in de war gebracht. > o Neen, " riep toen Haukes, smijn geloof rust niet op hetgeen een mensch zegt, maar op het eeuwig en onveranderlijk Woord van God." »Ja, ik weet wel, dat gij een halsstarrige rebel zijt, " voerde hem toen Bonner tegemoet.

Voor dien morgen werd het gesprek afgebroken. Het was etenstijd. Doch daarna begonnen de aanvallen van priesters en monniken op onzen martelaar opnieuw. Bij die gelegenheid riep een der bezoekers Haukes, die een Nieuw Testament in de hand had, toe. dat hij niets duldde nevens dat boek. tDenkt gij dan niet, dat dit voldoende is tot zaligheid? " vroeg Haukes. »Ja, wel voldoende tot zaligheid, " was het wederwoord, smaar niet genoeg tot onderwijzing." »Nu", hernam de martelaar, »het is mij niet om uw onderwijs te doen, maar om de zaligheid." Daarop begaf Bonner zich naar buiten in den tain, waar de beschuldigde hem moest volgen. Een nieuw gesprek begon over het sacrament des doops. Dit duurde tot aan den zoogenaamden vespartijd, toen de bisschop zijn gevangene noodigde met hem ter kerk te gaan. Haukes verzocht, hem daarvan te verschoonen, daar hij er geen stichting vond. Na den avonddienst kwam het gesprek over het Avondmaal. De andere dag was een Zondag. Bonner was naar Londen, om bij de inv.'ijding tegenwoordig te zijn van Fehnam als deken. Haukes bleef te Fulham en werd door de dienaren van den bisschop ultgenoodigd, om meê naar de mis te gaan. Doch ook dit wees hij af. Des anderen daags bond Bonner opnieuw den strijd tegen Haukes aan. Nu twistte hij over de noodzakelijkheid des doops, daar deze de erfzonde wegnam. De gevangene hield zich vast aan Gods Woord en verwierp elk beroep zelfs op menschen als Crainner, Satimes en Ridley, in die dagen mannen van naam in de kerk der hervorming.

Op eenen anderen d: ig bracht Bonner Haukes in kennis met eenen John Bud, die als bisschop gehuwd was onder de regeering van Eduard VI. Maria's regeering ech­ ter zette hem af en Bad boog het hoofd voor Rome, zond zijne vrouw van zich en verloochende het Woord des Heeren. Toen hij Haukes zag vermaande hij hem'toch zich te onderwerpen aan de instelUngen van Rome. Op den martelaar maakte dit woord des afvalligen geenen indruk.

Andere bestrijders van onzen martelaar waren de reeds genoemde dekens Fehnam en Chaduy, de kapelaan van Bonner. Met dezen twistte hij over de Latijnsche taal als taal der kerk, de beteekenis der algemeene Synoden, de aanbidding der heiligen.

Toen het onder al deze aanvallen bleek, dat Haukes standvastig bleef, zond Bonner hem naar den kerker te Newgate. "l^aar bleef hij tot den eersten October, waarna men hem naar de woning van den bisschop van Lorden bracht. Daar ontbrak het hem weer niet aan aanvallen van allerlei aard, met name van afvalligen. Maar hij weerstond allen en alles met (Jods Woord, ook de verzoeking van Bonnér, om een geschrift te onderteekenep, waarbij hij zijne belijdenis herriep, waarna hem de vrijheid zou gegeven worden. Toen keerde hij naar zijnen kerker terug, waar liij verscheidene maanden bleef. Daarop volgde het doodvonnis, dat in Essen moest volvoerd worden. Lord Rich werd belast met de voltrekking van dit vonnis. Met Haukes zouden nog .anderen sterven, wie hij onderweg tot troost was. Aan zijn verlangen, hen in den dood voor te gaan, werd voldaan. Hij had zijnen medestrijders beloofd, hun een teeken met zijne handen te geven, of het vonnis Hjde-• lijk of onlijdelijk was, en of hij zijn denkvermogen en standvastigheid behouden kon.

Hieraan dacht hij, toen hij, aan den paal vastgehecht, lang in de vlammen had gestaan. Hij hief zijne beide handen omhoog. Toen vielen zij neer; de martelaar boog zijn hoofd en stierf. Dit geschiedde te Coggeshall, den loen Juni 1555.

DB GAAY FORTMAN.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 augustus 1896

De Heraut | 2 Pagina's

De martelaren.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 augustus 1896

De Heraut | 2 Pagina's