Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De hoogleeraar Bolland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De hoogleeraar Bolland.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Veel is er, vooral van Roomsche zijde, te doen geweest, toen, op voordracht van minister Van Houten, de heer Bolland van Batavia tot hoogleeraar in de wijsbegeerte te Leiden werd benoemd.

Van Roomsche zijde ontleende deze geprikkelde polemiek haar scherpheid vooral aan BoUands renegaatschap en aan zijn verhouding tot den pastoor te Batavia. In zoover er onzerzijds aan werd deelgenomen, ging die polemiek alleen uit van de algemeene stelling, dat het niet aangaat, van Rijkswege de studeerende jongelingschap van een Christelijke natie, op 's Lands kosten, in de theorieën des ongeloofs te doen inleiden.

Thans nu de hoogleeraar zijn ambt aanvaardde schijnt het intusschen, alsof van zijn ongeloof te veel is gezegd.

Immers zijn inaugureele oratie was harder noot om te kraken voor onze gewone Dageraadsmannen en zelfgenoegzame Rationalisten die zich steeds op de wetenschap als op het volkomen zekere en toereikende beriepen, dan voor »de mannen des geloofs" die tegenover het dorre intellectualisme het goed recht des mystieken levens staande hielden.

Prof. Bolland toch is volstrekt geen philosoof uit de periode van dat aanmatigend, zelfgenoegzame intellectualisme, dat nu zoo lange jaren ook in Leiden oppermachtig was. Integendeel tegen dat intellectualisme met hooge borst stelt hij zich te weer. Hij komt er voor uit, dat de hooge pretentiën van dit koel en onteeder intellectualisme eenvoudig belachelijk zijn. En in strijd met de dusver bij onze liberalisten meest gangbare opiniën verklaart hij, dat hetgeen onze denkende rede doorgluren en doorgronden kan, slechts een klein wereldje in de groote wereld is, en dat onder, boven en om dat kleine denkwereldje een eeuwige, oneindige wereld 'Hgt, waar ons menschelijk denken eenvoudig niet bij kan, waar het geen orgaan voor bezit, en waarmee nochtans de mensch, naar het diepst van zijn ik, in levend, ten deele zelfs bevifust, contact staat.

Met die groote wereld, waarin onze kleine denkwereld als besloten hgt, geeft z. i. niet de rede, maar alleen het geloof gemeenschap.

Hij erkent dan ook, dat alle weten geloof achter zich heeft, en weer in geloof moet uitvloeien.

De oud-kerkelijke leuze van het credamus ut intelligamiis, d. i.: Laat ons beginnen met te gelooven, om op die wijs tot weten te komen, wordt dan ook krachtig door hem voorgestaan.

Tegenover het dorre, pretentiëuse »intellectualisme" stelt hij, en handhaaft hij, de rechten der warme, schuchtere mystiek.

Formeel bestaat dan ook het verschil tusschen hem en ons alleen hierin, dat hij, de armoede van het denken erkennende, zich niet dan met zeker leedwezen genoodzaakt ziet, het goed recht der mystiek toe te geven; terwijl wij van onze zijde het vallen van de valsche pretentie van het intellectualisme met vreugdej gadeslaan, en ons in het herstel van de mystiek in haar goed en deugdelijk recht van harte verblijden.

Hij schreit, waar wij lachen.

Hem vervult weemoed, waar ons blijmoedigheid de ziel doortintelt.

Hij is teleurgesteld, waar wij onze verwachting vervuld zien.

Hij zou, o, zoo gaarne meer weten, waar wij met hetgeen God ons én eenerzijds in de denkwereld én anderzijds in de wereld des geloofs schonk, voor dezen aardschen levenskring dankbaar en voldaan zijn.

Korter gezegd: Hij is met den toestand, gelijk hij erkent dat die feitelijk is, ontevreden.

Ons past ze bij de aspiratiën van onzen geest.

Vandaar dat hij wel de rede als souverein van het heelal onttroont, om haar het diadeem slechts voor een enkele provincie van onze mensehelijke existentie toe te wijzen, maar o, hij wenschte zoo van heeler harte, dat hij het niet behoefde te doen.

Wij daarentegen, die steeds tegen deze geusurpeerde heerschappij der rede geprotesteerd en gereageerd hebben, constateeren niet zonder voldoening, dat haar aanspraken opnieuw valsch zijn bevonden, thans zelfs door een man als Prof. Bolland.

Formeel kan geen man ons dan ook gewenschter op den Leidschen katheder zijn dan Prof Bolland.

Doch'l verder gaat de overeenstemming dan ook niet.

Immers Prof. Bolland laat zijn kleinen denkkring als een oliedrop op den mystieken oceaan drijven.

Tusschen zijn kleine denkwereld en zijn mystiek heelal bestaat voor hem geen gemeenschap.

Ze zijn hem eerivoudig heterogeen. In zijn kleine denkwereld blijft hij actief, maar in zijn groot mystiek heelal is hij louter passief; en dit verleidt hem, om a priori elke openbaring van het mystiekoneindige, voorzoover die binnen zijn kleine denkwereld zou plaatsgrijpen, uit te sluiten.

In die denkwereld blijft de denkende mensch heer en koning. Daarin wordt aan de mystiek elk binnenkomen ontzegd. Den machtigen factor van de zonde ontwaart hij daardoor niet.

En evenmin gevoelt hij neiging om den nóg machtiger factor der Verzoening in zijn dusgenaamde ^redelijke" wereld op te nemen.

Dit nu plaatst ons materieel tegenover den man, met wiens formeel bescheid we principieel kunnen instemmen.

Doch juist daardoor staat Kij dan ook tegenover de Christelijke kerk over, wier optreden op het erf van zijn > redelijke" wereld op hem den indruk van een fictie en daardoor van een aanmatiging moet maken.

Naar inhoud zal alzoo zijn onderwijs strekken tot afbreking van het geloof gelijk de Christelijke kerk dit verstaat.

En in dien zin blijven we tegen zijn optreden, niet op particulier terrein, maar ia naam der Overheid en op 's Rijks kosten, aan de openbare Universiteit van een Christennatie protestecren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 4 oktober 1896

De Heraut | 4 Pagina's

De hoogleeraar Bolland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 4 oktober 1896

De Heraut | 4 Pagina's