Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Gereformeerde Amerikaan.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Gereformeerde Amerikaan.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onder redactie van de heeren Beuker, Van Hoogen en Ten Hoor, broeders in heel Nederland bekend, is bij Hulst te Grand-Rapids een nieuw tijdschrift verschenen, dat den titel draagt van De Gereformeerde Amerikaan.

Over de moeilijke quaestie hoe het proces te leiden, waardoor de Nederlandsche natie in Amerika een integreerend bestanddeel van het Engelsch sprekend Amerika kan worden, laat de redactie zich in dezer voege uit:

Wat het doel en de strekking van dit maandschrift betreft — wij stellen er prijs op dat men dit wete — het is ons voor alle dingen te doen, dat we, ook in Amerika, hebben en houden éene werkelijk Gereformeerde kerk. Natnurlijk dat deze de eerste jaren noodzakelijker wijze nog van Nederlandsch, maar op den duur van echt Amerikaansch type behoort te zijn, zonder zich ook dan-nog hare herkomst te schamen of hare relatie met de Gereformeerde kerken in 't Moederland op te geven. Het zal tevens ons streven zijn, om alle Gereformeerden van Nederlandsche afkomst, zooveel woonplaats en taal dit gedoogen, in zulk een Gereformeerd kerkverband samen te brengen.

Om dit ideaal te bereiken, zal men zich voor twee, onzes inziens even gevaarlijke, uitersten dienen te wachten.

Vooreerst zal men moeten afzien van de dwaze poging, om een klein Nederlandje in 't groote Amerika te grondvesten, wat zeer onprofijtelijk zou blijken, gesteld eens dat het mogelijk ware. God heeft ons in Amerika geplant, dat wij vrijwillig als ons tweede vaderland hebben aanvaard, nu moeten wij ook, zooveel in ons is, ons als trouwe zonen van dit Vaderland openbaren. En nu heeft het God behaagd, om het »Nieuw-Nederland" van weleer, door wapengeweld van den Brit, in een »New-England", en het i> Nienw Amsterdam" van toen in het sNew York" van thans te doen overgaan. Het is dus zijn aanbiddelijk bestel, dat de landstaal van Amerika niet is de Nederlandsche maar de Engelsche.

Van de andere zijde zal men zich moeten wachten voor het te haastig Amerikaniseeren van ons Nederlandsche volk, dat zich gedurende de laatstverloopen 50 jaren in de bosschen van Michigan en Wisconsin, op de prairiën van Illinois en lowa, en waar niet al, heeft neergezet. Die in deze zaak te snel wil voortgaan en in stede van een natuurlijke, eene min of meer broeikastachtige ontwikkeling bevordert, zal niet slechts ons volk zijn taal, zijn zeden en gewoonten, maar tevens zijn degelijk karakter en straks veel van zijn godsdienst doen verliezen. Alle overhaastige en onnatuurlijke overleiding van een volk in een geheel andere natie, moet zich wreken door gebrek aan degelijkheid en aan diepte van levensrust. De ervaring, opgedaan bij het eerste en tweede geslacht van velen onzer Hollandsche settlers is ten deze bijzonder leerrijk, tenzij men moedwillig de oogen sluite. Haastige veramerikaniseering bleek in de meeste gevallen met verwildering en verwereldlijking volkomen gelijk te staan. Wij zullen, tijdelijk althans, twee talen moeten leeren.

De natuurlijke gang is deze:

a. Die uit het oude vaderland hier komen denken en spreken Hollandsch, doch leeren enkele woorden en termen overnemen, om zich bij de Amerikanen, die meestal zeer welwillend en behulpzaam zijn, wat helaas van Engelsch-sprekende Hollanders niet altijd kan gezegd worden, te kunnen redden.

De kinderen dier settlers denken in hun moedertaal, hetzij zuiver Nederlandsch ot in het Groningsch, Friesch of Zeeuwsch dialect; doch spreken, vooral als ze hier geboren zijn, liefst Engelsch; te meer, als ze zich hun dialect scha men en 't Hollandsch niet machtig zijn. Als ze zich niet schamen, b. v, wanneer ze in de een zaamheid bidden, (gesteld dat ze dit doen) dan doen ze het in 't Hollandsch.

De kindskinderen daarentegen verstaan over 't algemeen, jawel, nog 't Hollandsch, doch denken en spreken in 't Engelsch.

d. De achterkleinkinderen verstaan in den regel geen Hollandsch meer, tenzij ze er door iets extra's toegebracht worden. Zij zijn gewone Amerikanen en hebben dan meestal de valsche schaamte voor hun af komst met de eigenaardige onhebbelijkheden der swould be" Amerikanen, overwonnen. Natuurlijk dat er op dezen regel uitzonderingen zijn. Bij studeeren dan b. v. gaat dit proces vaak veel sneller; en bij een plattelandsche bevolking menigmaal nog langzamer. Doch de uitzonderingen bevestigen den regel. Zorgen nu de ouders dat hunne kinderen, vooral op godsdienstig gebied, goed in 't Hollandsch leeren denken en hunne gedachten leeren uitdrukken, en worden zij in de leer der waarheid goed onderlegd, dan zullen zij vele van bovenbedoelde gevaren van oppervlakkigheid en godsdienstloosheid voorkomen. En als dan de tijd komt, dat ze hun geloofs-en gedachteninhoud geleidelijk in de hun reeds eigen geworden Engelsche taal dienen over te leiden, dan zal er iets zijn om overgeleid te worden en de eigenaardigheid van hun Nederlandsch karakter zal deels behouden blijven, en zich deels op geleidelijke wijze aan den bloedsomloop van 't Amerikaansche volk hebben medegedeeld. Op die wijze kan, onzes erachtens, alleen rq^t grond worden verwacht, dat zich in den wild bruischenden stroom van 't Amerikaansche leven eene werkelijk Gereformeerde kerk, die hoewel van Hollandsche afkomst, tevens echt Amerikaansch is, zal stand houden.

In het algemeen is dit juist opgevat.

Geen Nederlander willen blijven, als men eenmaal Amerika als zijn tweede vaderland aannam, maar ook niet terstond na overkomst zijn Nederlandsch type minachtend wegwerpen, om te poseeren als Amerikaansch parvenu.

Er moet een tijd van overgang zijn, die van geslacht op geslacht het werk derassimüeering doet voortgaan, en ons bij die assimilatie toch het talent niet uit het oog doet verliezen, dat wij aan Amerika hebben te brengen.

Duurzaam kan het Nederlandsch zich ook in de prediking niet staande houden, maar twee, drie geslachten moet dit stelsel nog aanhouden, om, gelijk de redactie opmerkt, én niet te spoedig het verband met Nederland te verliezen, én nog een tijdlang de inwerldng van wat hier gist, te kunnen ondergaan.

Dit alles is uitnemend gezegd, en hoe zuiverder in dit Tijdschrift deze beginselen beleden en bepleit worden, hoe vruchtbaarder het orgaan zijn zal.

Toch blijft het helaas, een feit, dat de moeilijkheid hier minder in het opzetten der theorie, dan in haar toepassing op de practijk gelegen is.

En juist daarom hadden we wel gewild, dat er in het Voorwoord ook nadruk was gelegd op aansluiting aan de Gereformeerde elementen in andere Amerikaansche kerken. Toch straalt ook dit door in een tweede stuk over Verscheidenheid Q.n Eenlieid waarin we deze schoone beschouwing vinden:

Ook wij als Gereformeerden uit Nederland hebben hier eene roeping. Zullen wij daaraan beantwoorden, dan moeten wij ons wachten voor twee eenzijdigheden, die men tot heden niet altijd vermeden heeft. Sommigen meeneny dat wij verloochenen moeten en ophouden te zijn, wat wij als Nederlandsche Gereformeerden zijn, om in de Kerkelijke en Theologische wereld van Amerika ingelijfd te worden en het stempel van ïAmerikaansch" te ontvangen. Anderen willen absoluut blijven wat zij zijn, en in geen enkel opzicht eenigszins anders en iets meer worden. Zij willen hier een Nederlandsche Gereformeerde Kerk en Theologie hebben en houden, en stooten daarom alles wat Amerikaansch is met weerzin van zich af. De eene verloochent wat hij is, en wordt daardoor niets. De ander wil niets meer worden dan hij is, en — versterft. Beide snijden de ontwikkeling af. Wie zichzelf als Nederlandsch Gereformeerde verloochent en wegwerpt, wordt geen Gereformeerde Amerikaan; en wie niets anders wezen wil dan een Nederlandsche Gereformeerde, wordt nooit een Gereformeerde Amerikaan.

Evengoed als de Gereformeerden uit Engeland en Duitschland, hebben de Gereformeerden uit Nederland in Amerika eene roeping te vervullen. Ja, wij durven zeggen, vooral de Gereformeerden uit Nederland. Dit is niet een door ons opgeworpen los denkbeeld. Het is in de geschiedenis van Amerika gegeven. Nu ook de wetenschap in ons land zich hoe langer hoe meer begint te ontwikkelen, komt er ook in toenemende mate meer zin voor historische studie. Dit is een gunstig verschijnsel, een voorwaarde van gezonde wetenschap. Een volk en eene kerk, die niet naar hun verleden vragen, maar dat vergeten, hebben geen toekomst. Deze historische studie heeft in de laatste jaren duidelijk doen uitkomen, welk een invloed de Nederlandsche Gereformeerden in Amerika reeds hebben uitgeoefend. Doch als de Nederlandsch Gereformeerde zichzelf overboord! werpt, kan hij als zoodanig geen invloed meer uitoefenen, en kan hij ook door God niet gebruikt worden als een samenstellend element voor een toekomstige, meer karakteristieke Amerikaansche Gereformeerde Kerk en Theologie. Hij begint dan met niets te zijn, en kan dus tot niets gebruikt worden. Hij breekt den ontwikkelingsgang af; hij snijdt den band met het verleden door; wat God hem gegeven heeft, werpt hij weg, wat God hem gemaakt heeft, wil hij niet meer jijn; hij is ondankbaar, hoogmoedig, eigenwijs. In de Gereformeerde wereld van Amerika is hij niets, wordt hij niets en doet hij niets. Ook dit is in de geschiedenis van vele Nederlanders in Amerika al duidelijk uitgekomen. Alle Gereformeerden, die in Amerika hunne afkomst verloochenen, hebben als Gereformeerden geene toekomst, en beantwoorden hier niet aan hun goddelijke roeping.

Terwijl wij ons dus voor deze eenzijdigheid moeten wachten, zij ons oog echter even wijd geopend voor het gevaar, dat ons van de andere eenzijdigheid dreigt. De Nederlandsche Gereformeerden, die slechts willen blijven wat zij zijn, en niets meer willen worden, begrijpen ook niet hunne goddelijke roeping in Amerika. Zij willen in Amerika op zichzelf blijven staan. Zij willen een Gereformeerde Kerk en Theologie in een eigen afgesloten kring. Zij willen eigenlijk van Amerika een tweede Nederland maken. Zij zijn het eigenlijk niet eens met den Heere, die hier een zelfstandige, een eigen Ainerikaansche natie heeft gevormd. Zij willen doen alsof zij nog in Nederland waren. Dit is eene groote vergissing. Zij zijn in Amerika, Alleen in Nederland kan een volk en een Gereformeerde kerk zijn met een Nederlandsche type; in Amerika is dit voor de toekomst onmogelijk. Wil men dat toch, dan is men niets meer dan een emigrantenkerk, die uitsterft, wanneer en waar de emigratie ophoudt. Zij is dan slechts een doorgangshuis, om het Gereformeerde volk aan de eene zijde binnen te laten, en na korter of langer tijd het eerstvolgende of het tweede geslacht aan de andere, zijde er weer uit te zien gaaii Amerika in.

Van deze gezonde beginselen uitgaande, komt ge, mits de practijk u niet in den steek late, ver.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 maart 1897

De Heraut | 4 Pagina's

De Gereformeerde Amerikaan.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 maart 1897

De Heraut | 4 Pagina's