Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uittreding.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uittreding.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Reeds vertelde het gerucht, dat Dr, Hoedemaker, die na de Doleantie zijn sterkte had gezocht in de Confessioneele Vereeniging, aan deze Vereeniging zijn scheldbrief had gezonden.

Een vlugschrift van zijn hand bevestigt dit gerucht, en licht het nader toe.

Uit dit vlugschrift wenschen we twee zinsneden aan onze lezers voor te leggen, die strekken kunnen, om het standpunt thans door den geachten schrijver ingenomen, toe te lichten.

De weg tot de verlossing is zóó eenvoudig. Terugkeer tot God en zijn Woord.

Hoe gemakkelijk.

Zoo gemakkelijk als het geloof.

Hiertoe is niets noodig dan het opgeven van eigen inzicht.

Maar wat er toe noodig is, geen mensch kan het bewerken, mijn woord allerminst; en niemand kan het zichzelven geven, want niemand haalt vrijwillig een streep door zijn verleden; ik heb dit ook niet gedaan, God is mij te machtig geworden. En niemand gaat in eigen kracht (fe« dood in, waarin het leven te vinden is.

Iets meer zegt deze ontboezeming:

Gods weg om die kerk zuiver te houden of te zuiveren is zoo eenvoudig, en ligt zoo voor de hand!

Het is de weg van de tucht., uitgeoefend eerst door en over de opzieners van eenzelfde gemeente, dan indien het noodig is en tot bescherming van de vrijheid der individuen wordt gevraagd, door de opzieners der genabuurde kerken, en straks in steeds ruimeren kring, totdat de meening, die men uitspreekt op de »raaniere van Dordt" is getoetst en onderzocht; ja zelfs, krachtens de eenheid van heel de Kerk ook in andere landen, waar het gewicht van de zaak dit meebrengt, ep een internationale samenkomst.

Dddr hebt gij de waarborg voor de meest volledige vrijheid, die onder menschen denkbaar is. De vrijheid van een groep om zich aan de Kerk op te dringen, of om andere groepen naar eigen meening te eeren en te weren, MAG EN KAN OP DEN DUUR NIET BESTAAN.

En toch zal het eerst gezegde, zoo God het niet verhoedt, in de Hervormde Kerk worden vertoond. De minderheden wenschen de partijorganisatiete brengen in en op te dringen aan de Kerk.

Het andere is in de Vrije Universiteit en ook in de Doleantie tot openbaring gekomen.

Geen recht voor allen^ slechts voor de enkele, voor de bovendrijvende richting, dat is de toepassing van het beginsel, dat de Kerk vanhaar karakter berooft, en hiervoor de partijschap in de plaats stelt.

Van het oogenblik af waarop ik dit zag, heb ik u en Dr. Kuyper in mijn hart vrijgesproken.

Het verst in aanwijzing van het gekozen doel gaat wat we op bladzijde 31 lezen:

Ik eindig. God heeft mij geroepen in het midden der gemeente zijn Woord te bedienen. Dit te doen is mijn lust en mijn leven, dit te doen met alles wat verder tot die bediening behoort.

Hij had mij in dit werk in ruime mate en boven verdienste gezegend.

En IK heb den weg, waarop Hij mij had gebracht, eigenmachtig verlaten.

Het lag niet aan de Vrije Universiteit als zoodanig, het lag aan de meening, dat men kon nalaten te zoeken.... neen zelfs te begeeren, dat de Kerk weder zichzelve zou zijn, het lag aan de raeening, dat men nu een surrogaat had voor de tucht, d. i. van den plicht dien God voor de voeten had gelegd.

Ik zie het nu.

Ik heb het weer ondervonden in de Confessioneele Vereeniging,

Hoe ik tot haar kwam, het doet er nu niet toe. Ik had geleerd.

Er stond, nog juister geformuleerd, eene belijdenis in de statuten op papier. Zij was èn voor de abnormale toestanden van het oogenblik berekend, èn gaf tevens het ideaal te zien, waarop men moest aanwerken. Uit die belijdenis was zelfs het staatkundig beginsel getrokken, dat de Revolutie naar de hartader stak.

Evenmin als in den kring van de Vrije Universiteit waren, wel is waar, alle leden van het zuivere beginsel doordrongen. Niet allen hadden het doorgedacht. Het was bij allen nog geen vleesch en bloed geworden. Maar, , , ., er zou studie van de beginselen worden gemaakt, ieder verschil zou nauwkeurig in de afdeelingen, op predikantenconferenties en door geschriften worden overwogen....

Ja wel! Zoodanige Vereeniging KAN in den abnormalen toestand, waarin de Kerk verkeert, geen kracht uitoefenen, geen eenheid vormen, of zij moet een partij in haar midden aan het woord laten komen.

Dat ligt niet aan de beginselen van de Vereeniging^ zij heeft eenvoudig de waarheid in hare statuten uitgesproken.

Met die waarheid blijf ik het eens.

Het ligt aan de verwachting om langs dezen weg te bewerken, dat de oogen open gingen voor de ware oorzaak van de eUende, waarin wij verkeeren, en voor het middel tot herstel.

De oorzaak mag ik hier aanwijzen.

Het middel tot herstel weet God.

Ik kan alleen zeggen, dat het in diepe verootinoediging is te zoeken, en dat die verootmoediging bij de belijders der waarheid moet beginnen!

Ons is het niet gegeven, in deze ontboezemingen ook maar ééne leidende gedachte voor de kerkelijke practijk te ontdekken, of het moest deze zijn: De kerk moet beginnen met weer de tucht te handhaven.

Ware dit nu de bedoeling, zoo konden we het verstaan. Maar wat dan, zoo de kerk dit niet doet ? Indien integendeel de tucht alleen gebruikt wordt, om wie voor de waarheid in meer dan woorden opkomt, uit de kerk te zetten?

En te minder gaat hier licht op, omdat de geachte schrijver, zelf ambtsdrager in deze kerk, ons niet merken laat, dat hij als zoodanig blijk geeft van ernstigen wU, om de tucht der kerk in de kerk waartoe hij behoort, ter hand te nemen.

Daarom blijft ook na aandachtige lezing van deze brochure de uitkomst voor ons geen andere, dan dat we nevelen voor ons zien optrekken, maar geen weg ontdekken die het punt waar men staat, verbindt met het punt waarbij men wenscht te komen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 mei 1897

De Heraut | 4 Pagina's

Uittreding.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 mei 1897

De Heraut | 4 Pagina's