Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

BEDROGEN GODEN.

in.

De Schrift zegt ons van de heidenen dat zij, zich uitgevende voor wijzen, dwaas zijn geworden en dat is, gelijk ge ziet, ten volle waar van de Chineezen, die zich zelf voor een volk houden boven vele andere, en toch zulke uitzinnige dingen doen. Nog sterker blijkt dit wel hieruit, dat de Chineezen blgkbaar gelooven, dat ze hun goden te slim af kunnen wezen, en hen als 't ware kunnen foppen.

Eenige jaren nu geleden, heerschte te Kanton in China een zware pestziekte. Alles werd in 't werk gesteld om de goden te bewegen die plaag weg te nemen. Er werden velerlei offers gebracht, men hield schitterende optochten, en deed al wat men maar kon bedenken. Doch 't bleef bij 't oude; de ziekte woedde voort.

Nu kwam men op de slimme gedachte de goden, die niet schenen te willen luisteren, een poets te spelen. Gij moet weten, dat volgens Chineesch geloof, de goden tegen Nieuwjaarsamen de lotgevallen der menschen voor heel het volgend jaar bepraten en vaststellen. Op Nieuwjaarsdag is dan voor een elk de lijst klaar, en wat daarop staat wordt zijn deel. Nu dachten de Chineezen: Wij moeten de goden zien wijs te maken, dat het oude jaar al om is. Voor dat jaar hebben zij de pest bepaald en die houdt dan meteen op, als het jaar uit is. Zoo gezegd zoo gedaan.

Schoon 't nog lang geen tijd was, werd er dadelijk Nieuwjaarfeest gevierd, en wenschte men elkaar veel heil en zegen. Maar jawel, de goden lieten zich niet beet nemen en de pest duurde voort. Doch de Chineezen gaven het ook niet op. Een tweede feest dat anders veel later valt, werd nu eveneens vervroegd, om de goden nog meer met den almanak in de war te sturen, 't Hielp echter evenmin, en de pest woedde nog geruimen tijd voort.

Dat een volk eigenlijk weinig eerbied en evenmin veel liefde kan hebben voor goden, die het zelfs tracht te foppen en dien het te slim wil wezen, is duidelijk. Hoe geheel anders is het bij hen, die den Heere Christus kennen en Hem volkomenlijk vertrouwen. Zij bevelen hun getrouwen Zaligmaker heel hun lot en leven, en verblijden zich dat te mogen doen. Ook weten zij, dat Hij alleen Weet wat goed is en vinden rust in Zijn wil, dien ze niet door allerlei nuttelooze offers pogen te veranderen. Toch zijn de Chineezen, juist als de apostel Paidus van de heidensche Atheners getuigde, alleszins als «zeer godsdienstig. Maar ook evenals de Atheners kennen zij God niet. Godsdienstige feesten hebben zij vele, en die worden algemeen gevierd, temeer daar het tevens volksfeesten zijn. In 't geheel heeft men er elk jaar wel zestig, evenals men in de Grieksche en de Roomsche kerk een groot aantal dagen van heiligen enz. heeft. Maar ook weer evenzoo zijn niet al die hoogtijden even gewichtig.

Nieuwjaar is een der grootste feesten. Dat vieren de Chineezen echter niet gelijktijdig met ons, maar een maand later, te weten in't begin van Februari. Gaan bij ons aan Nieuwjaar de blijde Kerstdagen vooraf, in China kent men die helaas niet. Veeleer is 't vóór Nieuwjaar een tijd van treurigheid, die verscheiden dagen duurt. Want, zeggen de Chineezen, de laatste dagen van 't jaar zitten we zonder goden. Die zijn dan alle (gelijk hierboven is gezegd) naar den hemel getogen, om daar te bepraten wat er al in 't volgende jaar moet gebeuren, en dat af te spreken. Maar op Nieuwjaarsdag is de Groote Raad uiteengegaan en komen de goden uit den hemel terug. Tot hun eer wordt er dan feest gevierd, zelfs wel vijf dagen lang.

Wie echter, gelijk de zendelingen zulk een feest bijwoont, heeft moeite er iets godsdienstigs in te ontdekken, 't Lijkt veeleer op een uitgaansdag of op een kermis. Aan offers en gebeden tot de goden wordt niet gedacht, maar des te meer aan allerlei vreugd en pret. Niemand blijft thuis. Allen trekken hun mooiste pak aan, en schikken zich zoo veel mogelijk op, om aldus uitgedoscht naar de pleiziertuinen en; theekraampjes te gaan, waar men voor zijn geld zich kan vermaken en laven. De rijke menschen geven den armen geschenken; dat doen eigenlijk allen die 't kunnen elkaar. Men past ook op, dat de booze geesten de vreugd niet in de war sturen, en.... steekt daartoe voetzoekers af! Aan de voorouders, die men in China hoog eert, worden offeranden gebracht. Het slot van heel het feest is een groote verlichting met lampions, op den feestdag der bloemlantarens. Overal, aan de huizen, de tempels, de schepen branden de lichtjes in de sierlijke lantarens. Men heeft uitgerekend dat er des 's avonds in heel het rijk twee honderd millioen lantarens branden, met allerlei kleu-, ren en in de wonderlijkste vormen. En toch — het Licht der Lichten ontbreekt er.

{Wordt vervolgd.)

AAN VRAGERS.

Sommigen zeggen als zij in den Bijbel lezen: iNaaman de Syriër"-^ anderen lezen het: de Sy[iëi. Wat moet men zeggen?

Om dit te beantwoorden — ook mij zijn beide uitspraken weleens voorgekomen — dienen we er op te letten, dat het land heet Syrië, en dat de r of er daar een persoonsnaam van vormt, net als Nederlander komt van Nederland. Het is dus duidelijk dat van Syrië moet komen Syriër, gelijk van Indië Indiër, van Armenië Armeniër, enz.

Nu is echter in den loop der tijden van w sommige dier zoo gemaakte woorden een ver­ m keerde uitspraak ontstaan, doordat men uitsprak i als ware die ie één klank, even als in de uitgangen van kruidenzVr en barb/Vr, die heel iets anders zijn, en eigenlijk in onze taal niet thuis behooren. Uit die verwarring kwam voort, dat V men ten slotte algemeen sprak van BatawVr en Kx2.bier. Dat is nu kwalijk meer te veranderen, doch het deugt niet. De Duitschers zeggen trouwens nog altijd terecht Batavier, en tot in onze eeuw toe sprak men hier ook van Araliérs, en het is zeer goed dat nu nog te doen. Geen mensch zal uitspreken: Vadier, H Axm& iier en zoo is ook de uitspraak Syriër bepaald niet goed, vooral niet als men dan nog 2 de y als i; uitspreekt. (Een y en een ij zijn twee verschillende teekens; het laatste komt in geen enkele taal ter wereld voor dan in de onze, '.oodat we bijzonder rijk zijn.)

CORRESPONDENTIE.

L. de V. te 'sH. 't Is wel > vele zaken in een i-.urt bestek." Maar we zullen ons best doenu de gevraagde antwoorden te geven.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 22 augustus 1897

De Heraut | 2 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 22 augustus 1897

De Heraut | 2 Pagina's