Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ziekenverpleging.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ziekenverpleging.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam, 6 Mei 1898.

Amsterdam, 6 Mei 1898.

Gelijk we reeds vroeger opmerkten is een hospitaal ons niel het ideaal van ziekenverpleging.

Het huisgezin behoudt ook hier de eerste rechten, en de eerste plichten zijn ook hier aan het huLsgezin opgelegd.

Dit punt laten we echter voorshands rusten, om nu alleen de vraag te stellen, of wij Gereformeerden het zonder een eigen zieken-oi krankenhuis van meer algemeenen aard doen kunnen.

En dan luidt ons antwoord, dat we o. i. zulk een krankenhuis niet ontberen kunnen, en dat wel om de navolgende redenen: i". Omdat de heelkundige operaliën gebleken zijn, zulk een inrichting en zulk een voorzorge te behoeven, dat alleen in een opzettelijk daarvoor ingericht lokaal zulk een operatie van eenigszins ernstigen aard mag ondernomen worden, wil men niet in strijd handelen met het 6e gebod, dat ons verbiedt, ons in eenig gevaar te brengen van ons leven, waar dat te mijden is.

Zulk gevaar voor ons leven nu levert een operatie aan huis metterdaad op, en alleen in een ziekenhuis zijn die inrichtingen te vinden en die voorzorgen te nemen, die dit gevaar, zooveel aan ons staat, kunnen afwenden.

2". Omdat er vele personen zijn, die niet in een gezin, maar op kamers wonen, en alzoo bij ziekte verzorging missen.

iX 3". Omdat veler woning, helaa.s, nog zoo beperkt en hygiënisch slecht ingericht is, dat men het lijden van den kranke verhoogt, door hem te midden van zulk een drukte en zulk een atmosfeer te laten liggen.

En 40. omdat ook bij verpleging in huis vaak hulp van ziekenverpleegsters of ziekenverplegers noodig is, en deze alleen in een degelijk ziekenhuis de noodige oefening en ervaring kunnen opdoen.

Komt men nu tot de tweede vraag, of voor dit alles juist een Gereformeerd ziekenhuis noodig is, zoo beantwoorden wij ook die vraag bevestigend, en beginnen daarbij met te verwijzen naar wat Ds. Hulsebos onlangs sprak, en waarin vooral het onderstaande de aandacht verdient.

„Wij hébben nu met de roeping der Gereformeerden met het oog op de ziekenverzorging te doen.

Maar, zoo zal men zeggen: Is dit nu eene speciaal Gereformeerde roeping? Is de ziekenverzorging niet eene algemeen christelijke, laat staan menschelijke roeping?

Wij antwoorden: Welk Gereformeerd leerstuk of welke Gereformeerde roeping is ten slotte niet algemeen christelijk of moest eigenlijk niet door alle menschen worden erkend ? Het is dan ook juist het zuiver-christelijke en onder en door de wonderen der genade zuiver-menschelijke, wat wij in het Gereformeerde zoeken en vinden en prijzen.

Gereformeerd te zijn, zegt dan ook nog al iets.

De roeping der Gereformeerden met het oog op de ziekenverzorging is in den grond niet anders dan de roeping van den christen, en, weiverstaan, de regel, dien God de Heere in zijn Woord het menschenkind stelt. Doch allen verstaan dat niet en weten dit niet, of nog niet.

En de Gereformeerden, de belijders van de gezuiverde Belijdenis der Waarheid, zijn in de eerste plaats (welk een voorrecht en eere!) verwaardigd deze roeping te betrachten en aan het licht te brengen.

Maar, is er dan waarlijk onderscheid ? Het zal wel blijken, als wij het een en ander opmerken. Voor het oppervlakkige moge er veel gelijk zijn, in het wezen en in den wortel is er verschil. Ook hier geldt het: duo cum faciunt idem, non est idem, d. i.: wanneer twee hetzelfde doen, daarom is het nog niet hetzelfde. Neem b.v. de beschouwing van den kranken mensch. Wat is krankheid ? Wat leert hier het Gereformeerd beginsel ?

De mensch, de naar Gods beeld geschapene in ware gerechtigheid en heiligheid, door den zondeval van die oorspronkelijke gerechtigheid en heerlijkheid beroofd, is een kind des toorns, liggende midden in den dood, prooi van geestelijken, natuurlijken, eeuwigen dood. De doorwerking van het proces des doods evenwel wordt door God hier in dit heden nog in zijne algemeene genade gestuit. De ziekte is eene openbaring van dien dood, waaraan de naar ziel en lichaam van God afgevallen mensch is overgegeven. Voor wie in Christus is, is de staat en dies de verhouding anders. De prikkel des doods is uit zijn lijden door den Borg weggenomen.

Terwijl nu de barmhartigheden des Heeren bij de verzorging middellijk moeten worden toegepast in eene onbekrompene, verstandige, nauwlettende verpleging en verzorging, moet de kranke, onder blootlegging van zijnen staat, geroepen worden tot b e k e e r i n g, tot bekeering, die alleen het werk van vrije genade, het werk des H. Geestes zijn kan. Is de kranke een wedergeborene, dan is de krankte: bezoeking .... tot meerdere ontdekking, tot beproeving des geloofs, tot meerdere heiliging. Hier is noodig de vaak zeer ternedergedrukten te onderwijzen aangaande de kenmerken des geloofs, aangaande de onveranderlijke trouw Gods, hen op te wsls& itn tot belijdenis van zonden, hen te wijzen op de borggerechtigheid van Christus. Bij beiden is noodig het gebed overeenkomstig hunnen staat, om uitkomst uit de zondaarsnooden en, zoo het kan bestaan met Gods raad, ook om herstelling en uitredding des lichaams. Aan de eene zijde zal men hier dus vinden de nauwkeurigste zorge, een winste doen met de vorderingen der wetenschap, en wel, omdat het hier geldt den eisch des Heeren tot naastenliefde, omdat het is zijn schepsel; aan de andere zijde de rechte, niet ziekelijke of eenzijdige geestelijke verpleging.

Wien veel gegeven is, van dien zal veel geeischt worden. Er is een tijd geweest, de ouderen onder de vroeger christelijke Gereformeerden weten het nog wel, dat van Gereformeerde zijde wel eens aldus werd geredeneerd: Wij, Gere formeerden, hebben al zooveel te doen met onze kerk te onderhouden, dat wij veel van die zoogenaamde christelijke werkzaamheid maar moeten overlaten aan de mannen van het genootschap, die slechts enkele centen voor wat zij hun kerk noemen, hebben te offeren. Maar die stemmen zwegen weldra. De Gereformeerde religie is eene firma, die letterlijk in alles handelen moet en, wij voegen erbij, ook reeds in zeer veel met succes handel drijft. Zij heeft er ook het kapitaal toe in de beloftenissen Gods.

Wij hebben roeping tot op politiek gebied toe.

En dit alles moet niet in menschelijke hoogheid maar in christelijke bescheidenheid en gehoorzaamheid worden aanvaard, naarmate het de Heere oplegt, want ook hierin is orde.

Eerst de kerk, daarna de school, voorts de zending, dan de verpleging der ellendigen van allerlei aard. Telkens scheen het, alsof het in het aan de orde komende nu ook alle kracht zou opgaan. Maar neen... nieuwe nooden, nieuwe werkkringen doen zich gelden, maar ook nieuwe hulpbronnen worden ontsloten door goddelijke Majesteit. Nu is het de Gereformeerde ziekenverpleging, die het geloof tot vernieuwde inspanning noodigt, en weest er verzekerd van, het zal hierbij nog niet blijven.

Reeds hoorden wij van het hospitaal te Djocjocarta, van den arbeid onder de visschers op de Noordzee, van een kerkschip ! Nog eens ... meer dan roekeloos, dit alles in eigene kracht te aanvaarden, maar, als onze God het ons op de schouderen legt, dan is het tot blijdschap en eere!

De kleine groep van Calvinisten is in de zestiende eeuw door den Heere gebruikt, om op ieder gebied van ons volksleven den stempel te drukken van zijn Woord; als diezelfde God dat nu weder mocht willen doen, zal het u dan te veel zijn, wanneer Hij u tot zoo veelvoudigen arbeid roept ? Hij bekwaamt toch en de zaak is zijns, wiens is het goud en zilver..."

Natuurlijk moet dit punt nader uitgewerkt worden, en ook uit medisch oogpunt worden beschouwd, maar op zich zelf ligt er voor ons voldoende oorzaak in de omstandigheid, dat wie gevaarlijk krank is, niet enkel als een „ziek lichaam", maar als een „krank mensch" te beschouwen is, en dat het eisch is van het hart, om onder zulke toestanden in een omgeving en geestelijke atmosfeer te verkeeren, die in overeenstemming is met de gewaarwordingen van het hart.

Wel geven we toe, dat dit beste lang

niet voor oen ieder te bereiken is; dat velen in hun dorp of kleine stad wel met huislijke verpleging vrede moeten nemen; dat anderen geen ander hospitaal ter beschikking vinden, dan van algemeenen aard; en dat er in den eersten tijd niet aan te denken valt, om anders dan in zeer groote steden onzerzijds een eigen hospitaal te verkrijgen.

Eisch toch van het Gereformeerde beginsel is het, dat zulk een hospitaal niet een behulpsel zij, maar in alle opzichten de vergelijking met andere hospitalen kunne doorstaan.

Amsterdam is daarom stellig de eerst aangewezen plaats, maar we betwijfelen zeer, of Amsterdam in staat zal zijn, een groot hospitaal van zoo volledige en uitnemende inrichting als locale stichting in het leven te roepen.

Door veel trouwe liefde en toewijding bezit men thans te Amsterdam reeds een Gereformeerde Ziekenverpleging, die plaatselijk en voor vele gevallen, vol.staan kan. i\iaar zal ze als een centrale inrichting voor heel het land kunnen werken, en aan ons ideaal beantwoorden, dan zou Ze niet een kleine 30, maar minstens een 150 bedden moeten hebben, en niet in een gewoon huis moeten gevestigd zijn, maar haar intrek moeten kunnen nemen in een afzonderlijk daarvoor gebouwde stichting. En dit nu gaat zeer stellig de kracht te boven van een gemeente, die toch reeds verre boven haar kracht belast is.

Toch is het zaak, om allengs ook dezen nood van ons leven in te gaan denken, om niet maar onhandig een wild plan op tafel te werpen, maar allengs tot klaar en helder inzicht te geraken, tot jui.ste kennis der behoefte, alsook tot ontdekking van de middelen, en alzoo met langzamen maar vasten tred op het doel af te gaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 8 mei 1898

De Heraut | 4 Pagina's

Ziekenverpleging.

Bekijk de hele uitgave van zondag 8 mei 1898

De Heraut | 4 Pagina's