Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

WOELIGE DAGEN.

XVIIL

Janowitz vond zijn heer in diepe gedachten verzonken, en waagde het niet hem daarin aanstonds te storen. Al spoedig vernam hij, dat er brieven voor zijn meester waren gekomen en hij vermoedde aanstonds, dat de inhoud het onderwerp was der overpeinzingen van den hertog. ( — A j

Daarin bedroog hij zich niet. Heer Ulrich had namelijk een schrijven ontvangen van zijn broeder George. Deze meldde, dat er in Wurtemberg en de aangrenzende landen een groote volksbeweging was ontstaan, waarvan hij echter nog 't rechte niet wist, doch die wellicht aanleiding kon geven, dat de oude regeering weder werd hersteld. Twee andere brieven kwamen rechtstreeks uit Wurtemberg en waren door oude, beproefde vrienden van den verdreven vorst geschreven. Ook in deze brieven werd gemeld van den opstand der boeren, en de schrijvers geloofden, dat indien de hertog zich gelijk andere ridders tot een aanvoerder der boeren stelde, hij met hun hulp gemakkelijk zijn rijk zou kunnen herwinnen, temeer wijl zeer velen hem terugwenschten, en het landvolk gehecht was en bleef aan zijn ouden vorst.

De hertog was nog altijd nadenkende over hetgeen hij gelezen had, en wat hem te doen stond, toen Janowitz weder binnentrad, om te zeggen dat het avondeten gereed stond. Zwijgend zette zich de hertog een oogenblik later met zijn dienaar aan tafel. Toen de maaltijd ^as afgeloopen sprak heer Ulrich ernstig:

„Mijn lieve Janowitz, we gaan denkelijk spoedig vertrekken? " „Keert uw genade dan naar den Elzas terug? " „Dat niet vriend, maar toch gaan we Zurich verlaten. Ik zou daar toch niet langer wenschen te blijven, nu ik er niet van dienst kan zijn; maar wij gaan naar Wurtemberg."

„Naar Wurtemberg!" riep Janowitz, verbaasd en verblijd tevens, „naar ons vaderland. Heeft uw Genade....

„Ik heb brieven ontvangen", was het antwoord, „die mij melden van een groote omkeering in heel Zwabenland en het kon goed zijn zijn dat ik mij daar nu bevond."

Nu was het de beurt van Janowitz om te spreken, en te vertellen wat hij op straat had gehoord. De hertog luisterde aandachtig en sprak toen: „Dat werpt op de zaak weer een gansch ander licht. Het best ware dat ik eens zelf den brief las, dien de smid gekregen heeft. Maar het zou opspraak verwekken als ik er om vroeg. Gij moest eens zien Janowitz, of gij dien brief niet kondt te lezen krijgen."

Reeds den volgenden dag ging de edelknaap er op uit, wat trouwens volkomen naar zijn hart was, dat van verlangen brandde om zijn vaderland weer te zien en evenzeer om zich op een of andere wijs te onderscheiden, 't Viel hem niet moeielijk bij den smid, die meermalen voor den ridder iets verrichtte, een genegen oor te vinden, toen Janowitz vertelde dat hij zelf een Wurtemberger was en daarom groot belang stelde in den brief, waarvan hij, op straat zijnde, iets had hooren lezen.

„Welnu", vroeg de hertog zijn bediende den volgenden avond, „zijt ge al iets wijzer geworden ? " „Ik heb den brief zelf gelezen en overgelezen ook", sprak Janowitz een weinig verlegen, „maar ik begreep hem niet best. Er staat in van een profeet, die de overste is der boeren en hen beschermt. Ook heeft Dr. Maarten Luther hen gewaarschuwd, maar die profeet — hij heetMunzer geloof ik — zegt dat Luther het met de groote heeren houdt en dat men allen moet verdrijven die over het volk heerschen willen.

Dan heb ik nog veel gelezen van gevechten en brandstichting, maar ik kon de plaatsen, waar alles is gebeurd, niet onthouden, en ook de namen van de menschen zijn mij vreemd. Ik had den brief willen meebrengen, maar....

Hertog Ulrich begreep, dat zijn dienaar gedaan had wat hij kon en zei daarom: „'t Is genoeg Janowitz, ik dank u. Ik zal ook schrijven en hoop weldra meer te vernemen. Als die profeet, zooals gij zegt, wijzer wil wezen dan Dr. Luther, zou ik vreezen dat hij een slechte zaak voorstaat, maar ik kan er niet recht over oordeelen. Het best is, dat wij zelf, zoodra ik antwoord heb, de reis aanvaarden. Ons vaderland ligt niet zoo ver van hier."

Drie weken lang wachtte de hertog vergeefs antwoord op de brieven die hij gezonden had.

Dit is lang, zal de lezer zeggen, thans kan men in dien tijd wel tienmaal heen en terug schrijven tusschen Zwitserland en Wurtemberg. Dit is ook zoo. Maar ge moet niet vergeten, vrienden, dat er destijds voor vele plaatsen nog geen eigenlijk gezegde brievenpost bestond. Met de groote handelssteden stond het wat beter, maar overigens moest wie een brief wilde verzenden of een bode betalen of wachten tot zich een gelegenheid ter verzending opdeed. Eerst langzamerhand is dit anders en beter geworden. Maar zelfs nog honderdvijftig jaar na de tijden waarvan we nu spreken kreeg onze raadpensionaris Jan de Wit, die ook eens vergeefs op brieven uit Oost-Europa wachtte, ten slotte dit wel wat kluchtig bericht (ik meen van onzen Zweedschen gezant). „De brieven zijn niet aangekomen, welke UEd. zond.

Doch is de post excusabel (te verontschuldigen) alzoo hem de Polen in Achter-Pommeren 't hoofd hebben afgehouwen."

Of nu den bode van hertog Ulrich iets desgelijks was wedervaren, zoodat hij „excusabel" was, of hoe ook, genoeg, de hertog werd ten slotte het wachten moe, en maakte zich tot de afreis naar Duitschland gereed, vol verwachting van de dingen die hij er vinden zou.

W. B. Het is met de namen bij andere volken al evenzoo gelegen als met die bij ons. Ze hebben van allerlei uit het dagelijksch leven hun A oorsprong. Zoo zijn dan ook de Engelsche namen Smith en Brown en White dezelfde als ons Smid, De Bruin, en De Wit en is Johnson of Williams, niet anders dan Janszoon, Willem-1 sen of Willems.

Op de vraag waarom de Protestanten in Frankrijk wel eens Hugenoten worden genoemd moeten we het antwoord schuldig blijven. Er zijn wel vele gissingen, zooals dat de naam is gegeven naar de legende van koning Hugo, die 'snachts spookte, of dat de naam een verbastering is van Ecdgenooten of Bondgenooten, maar dit al is zeer onzeker. Zulks is, vreemd genoeg, trouwens met vele namen van partijen 't geval.

Van waar b.v. komen de namen Hoehschen en Kabeljaaiiwschen in onze geschiedenis, of Tories en Whigs in die van Engeland? Eerlijk gezegd weet het totnogtoe niemand.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 21 augustus 1898

De Heraut | 2 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 21 augustus 1898

De Heraut | 2 Pagina's