Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Psalmen en het Calvinisme.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Psalmen en het Calvinisme.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

IV.

David's harp zweeg met den dood van Clément Marot. Calvijn deed zelfs geen poging om een opvolger te vinden, die den arbeid van Marot, zoo droef afgebroken, zou voltooien. Hij wist, dat een dichter niet gezocht maar geschonken wordt. En God de Heere schonk op zijn tijd waar Calvijn en heel Gods kerk om smeekte, den voortzetter van Marot's werk in Theodorus Beza, Calvijn's trouwsten vriend, zijn geestelijken zoon en opvolger tegelijk.

Theodorus Beza, afkomstig van Vezelay in Bourgogne, een kwart eeuw jonger dan Marot, is een der schitterendste en beminnelijkste gestalten uit het heldentijdpei k der Reformatie. Hij was van adel niet alleen door recht van geboorte maar ook par droit de coeur. Hij muntte uit op ieder gebied; hetzij hij optrad in de gehoorzaal om de diepten der Schrift te ontsluiten aan een jongelingschap, die aan zijn lippen hing; hetzij dat hij ten aanhoore van heel het Fransche hof de waarheid Gods verdedigde tegenover de fijn gesponnen drogredenen der Roomsche scholastiek; hetzij dat hij in de bloedige religie-oorlogen de leidsman en raadgever der Fransche Hugenoten was, altoos staat hij voor ons als de met rijke gaven van geest en hart door God gezegende. Men heeft Beza den Melanchthon van Calvijn genoemd. Er is menige trek van verwantschap tusschen den boezemvriend van Luther en den jonger van Calvijn. Maar in één opzicht wint Beza het verre van den altoos weifelenden Melanchthon. Beza paarde aan groote beminnelijk­ heid in den omgang een vastheid van wil, een onverzettelijkheid van beginsel, die bij Melanchthon tevergeefs werden gezocht. Beza hoorde bij Calvijn.

Beza had van nature een dichterlijken aanleg. Reeds als jongehng gaf hij een bundel erotische verzen uit, die algemeen werden bewonderd en geëerd. Ook later heeft hij aan den haast overstelpenden arbeid tijd ontwoekerd om deze natuurlijke gave te gebruiken in den dienst van Gods kerk, hetzij dat hij de offerande van Abraham als versterking van het geloof voor de oogen der gemeente schilderde, of de tegenstanders van Gods kerk striemde met den geesel der .satyre. Zelfs toen hij door de pest aangegrepen elk oogenblik den dood nabij waande, stortte hij in een aangrijpend lied zijn klacht en vertrouwen op God uit. Zoo hoog als Marot ging de vlucht van zijn dichtgave niet, maar dichter door Gods genade was hij toch.

Toen Beza in 1548 na zijne bekeering naar Geneve vluchtte en Calvijn hem straks een plaats bezorgde als hoogleeraar aan de Hoogeschool te Lausanne, vermoedde Calvijn nog niet, dat deze gave aan Beza geschonken was. De minnedichten van een student las Calvijn wel niet.

Ook hier is het Gods leiding, die Calvijn's vurige bede om voortzetting van de psalmberijming vervulde. l'Zens toen Calvijn, kort voor Beza's vertrek, zijn woning bezocht en hem niet thuis trof, zag hij op diens schrijftafel een kladpapier met Fransche verzen liggen. Het was een proeve van berijming van den i6en psalm. Calvijn werd getroffen door de schoonheid van het lied, nam de proeve van den jongen dichter mede, liet haar lezen aan zijn ambtgenooten en deze proeve viel zoo in aller smaak, dat straks aller bede zich tot hem richtte om Marot's werk te voltooien.

Beza heeft de opdracht aanvaard, maar schoorvoetende. Eerst in 1551 op de dringende beden van Calvijn zond hij wat hij vervaardigd had, 34 p.salmen nl. psalm 16, 17, 20, 21, 26, 27, 28, 29, 30, 31, 34, 35, 39, 40, 41, 42, 44, 47, 72< 90, 119. 120, 121, 122, 123, 124, 125, 126, 127, 129, 131, 132, 133 en 134, welke terstond door Calvijn werden uitgegeven. In 1554 kwamen hier zeven nieuwe p.salmen bij, psalm 52, 57, 63, 64, 65, III en 6y en eerst acht jaar later, in 1562 waren alle psalmen berijmd en verscheen de eerste volledige psalmbundel bij Antoine Davodeau en Lucas de Mortière te Geneve.

De bijval, dien deze uitgave vond, kan het best worden afgemeten naar het aantal uitgaven. Alleen in 1562 verschenen vijf en twintig nieuwe edities, negen in Geneve, drie in Lyon, zeven in Parijs en zes elders. Maar ook daarmede was de behoefte niet vervuld. In het volgende jaar moesten veertien uitgaven, in 1564 tien en in 1565 dertien uitgaven ter perse. In vier jaar beleefde de psalmberijming 62 edities, zoover men thans kan nagaan. Wel heeft Douen recht, wanneer hij opmerkt, dat geen enkel boek, zelfs de meest gezochte roman van onze dagen niet, zulk een aantal uitgaven heeft beleefd. Het was een lawine, die van Zwitserland's bergen afdaalde en F"rankrijk en Nederland overstroomde bij tien duizende exemplaren. Wel een bewijs hoe hoog de kerk van Christus Beza's arbeid heeft ge-.schat.

De critiek der letterkundigen van vroeger en later tijd heeft dat oordeel niet onderschreven. De berijming van Marot werd hoog verheven, die van Beza even laag geschat. Terwijl Calvijn Beza's arbeid une perle, un vrai trésor noemde schreef een criticus dit spottend vers:

Donne a Marot Ie laurier précieux, A Bèze quoi ? — De Midas les oreilles.

Geef aan Marot den lauwerkrans der overwinning. Aan Beza de ezelsooren van koning Midas. Ka al is het oordeel niet zóó scherp, zelfs Douen heeft weinig lof voor Beza's vertaling over.

De gebreken, die Beza's arbeid aankteven, behoeven door ons niet te worden ontkend. Beza gebruikt veel stopwoorden; menige psalm verraadt den haast waarmede de berijming is geschied; er komen zeer triviale en platte verzen in zijn berijming voor zooals Ps. 31 je suis un pot cassé en Ps. 17 De tes biens leur farcis la panse.

Maar men doe daarom Beza geen onrecht aan. Vooreerst had Marot de eerste keuze en kon hij die p.salmen berijmen, die voor een dichterlijk talent de meeste aantrekkingskracht bezitten, terwijl Beza zich met het overgeblevene tevreden stellen moest. En voorts, al heeft Beza zwakke oogenblikken, er staan tegenover andere psalmen, die tot de meest .schoone uit heel den bundel behooren. Psalm 68, „de Marseillaise der Hugenoten, " is van Beza afkomstig. De aanvang is een krijgszang, zooals alleen op een slagveld kan gezongen worden:

Que Dieu se monstre seulement, Èt on verra soudainement, . Abandonner la place Le camp des ennemis, espars, Et ses haineux de toutes pars, Fuir devant sa face.

En wat voor de gemeente zeker boven alles gaat, al bezat Bezat niet de hooge vlucht van Marot, al beschikte hij niet over diens rijkdom van rhythmus en versificatie, Beza heeft de psalmen berijmd uit dien heiligen aandrang, die in Gods kunstwerk geen speeltuig voor het hof, maar de rijkste gave voor Gods kerk zag.

Toen Clément Marot in 1543 te Geneve zijn psalmen uitgaf, ging vooraf een opdracht aan de dames te Parijs, waarin Marot aldus dichtte:

O vous, dames et damoyselles, Que Dieu feit pour estre son temple, Ét faictes, soubz mauvais exemple Retentir et chambres et salles De chansons mondaines ou salles, Je veulx iey vous presenter, De quoy sans offence chanter, Et sachant que point ne vous plaisent Chansons que de l'amour se taisent. Celles qu' icy presentez i'ose Ne parlent certes d'autre chose, Ce n' est qu' amour

„O Vrouwen en jonkvrouwen, die God gemaakt heeft om zijn tempel te zijn, en die verle.d door slechte voorbeelden, de kamers en zalen doet weergalmen van wereldsche en gemeene liederen, ik bied u hier aan wat ge zonder God te beleedigen zingen kunt. En daar ik weet, dat liederen, die over de liefde zwijgen, u niet behagen, daar spreken de zangen, die ik u waag aan te bieden, van niets anders dan liefde, n.l. liefde tot God."

Theodorus Beza heeft zijn psalmen opgedragen „a l'Eglise de no, stre Seigneur, " de martelaarskerk van Christus in die dagen. Vous, zoo zingt Beza haar toe:

Vous, enferrés, qui en prisons obscures Pour verité portes peines tant dures. Et qui souffrés pour tant iuste querelle La mort, helas, extremmement cruelle, Vous tairés-vous en ces affictions? Vos corps sont prins, mais l'isprit se deliure; Le corps se meurt, l'esprit commence k viure. Sus done, amis, chantés-moy ces complaintes, Faites ouir ces prieres toutes sainctes, Fendant le feu d'une voix de louanges, Qui sont tesmoing, deuant Dieu et ses Anges, De voitre saincte et vertueuse estude Contie le monde et son ingratitude; Que si la langue on contraint de se taire Face le coeur ce qu'elle ne peut faire. S'il faut seruir au Seigneur de tesmoins Mourons, mourons, louant Dieu pour le moins Au departir de ces heus miserables!

„o Gij, die in ijzer geklonken en opgesloten in donkere kerkerholen een zoo harde straf draagt, voor de waarheid en die helaas een dood, zoo ontzaglijk wreed moet ondergaan ter wille van een zoo rechtvaardige twistzaak, zult gij in uwe droefenissen het .stilzwijgen bewaren? Het lijf is gevangen, de ziel wordt bevrijd. Plet lichaam sterft, de geest begint te leven. Komt dan mijne vrienden, zingt mij uwe klachten, laat hooren uwe heilige gebeden, terwijl uwe lofzangen de vlammen van den brandstapel doorboren en getuigenis afleggen voor God en zijne engelen, van uw heilig en ernstig streven tegen de wereld en haar ondankbaarheid; dat, al dwingt men uw tong om te zwijgen, het hart voortga met te doen wat de tong niet meer kan. Moeten wij dan den Heere dienen als zijn bloedgetuigen, laat ons ten minste sterven, God lovende bij het scheiden uit dit jammerdal!"

Wie deze beide opdrachten vergelijkt, zal het ons toestemmen: Marot moge rijker gave van geest hebben bezeten, Beza heeft alleen het hart der psalmen verstaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 22 januari 1899

De Heraut | 4 Pagina's

De Psalmen en het Calvinisme.

Bekijk de hele uitgave van zondag 22 januari 1899

De Heraut | 4 Pagina's