Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het rijke leven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het rijke leven.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

VII. (Slot.)

Voor zoover dit een vreemdeHng gegund s, heeft schrijver dezes zijn indrukken van et Amerikaansche kerkelijk leven, zeer eknoptelijk, in de voorafgaande artikelen ezer reeks weergegeven.

Het krachtige en schoone, maar ook het arocque en bedenkelijke van deze kerkeijke levensuiting werd in het licht geteld.

Toch zou dit alleen den titel dezer reeks niet gerechtvaardigd hebben, en die titel toont dan ook dat deze reeks op een verder gelegen wit mikte, dat we dan ook in dit slotartikel hopen te treffen.

Wie altoos thuis zit, en zich schier uitsluitend in één enkelen, engeren kring be­ weegt, went er op kerkelijk gebied zoo licht aan, zich dien bepaalden vorm, waarin het leven van zijn eigen kerk optrad, als den eenig goeden, bruikbaren, soms zelfs eenig denkbaren, voor te stellen.

De absolute idee, die alleen aan de objectieve Waarheid toekomt, glijdt dan over op den vorm onzer belijdenis van de Waarheid, en nogmaals van den vorm onzer belijdenis naar den vorm van ons uitwendig kerkelijk leven en van onzen eeredienst.

leven en van onzen eeredienst. Daarom is het overgeplaatst worden in een geheel andere wereld, zoo heilzaam en leerrijk.

Ge vindt dan dezelfde kerk van Christus terug, maar missende o, zooveel, van wat gij als onafscheidelijk van haar wezen hadt begroet, en daarentegen behept met o, zooveel andere dingen, die op zichzelf u onvereenigbaar schenen met haar wezen.

Uw eerste neiging is dan ook, al dat vreemde te veroordeelen.

Maar dat wordt gestuit, zoodra uw consciëntie geraakt wordt, d. i. zoodra ge krachten en neigingen ziet werken, stemmingen en gezindheden ontmoet, en vruchten en uitkomsten voor u ziet, die, zij het ook op altoos gebrekkig menschelijke wijze, toch onmiskenbaar het stempel van Christelijken oorspiong vertoonen, en Christelijke oorsprong wil hier zeggen, dat een en ander zijn oorsprong in Christus zelf vindt, in zijn macht, in zijn persoon, in zijn werk, in de uitstraling van zijn Geest.

En dit nu is in Amerika metterdaad het geval.

Lang niet bij allen. Bij veel slechts zeer ten deele. Maar toch kunt ge, om oprecht en eerlijk voor God te staan, evenmin ontkennen, dat onder al die vreemde vormen en geheel afwijkende wijzen van uiting, zich een kracht des Koninkrijks beweegt, die u weldadig aandoet, u geestelijk aantrekt, en u ten deele zelfs ontegenzeggelijk beschaamt.

Voor onze Hollandsche kolonisten, die meest uit streng-Gerèformeerde kringen derwaarts togen, was dit niet aanstonds zoo doorzichtig.

Meest toch waren deze kolonisten lieden die weinig meer dan de Lagere school bezocht hadden, en van geschiedenis of vergelijkend kerkelijk leven weinig afwisten. Het laat zich dan ook ten volle begrijpen, dat hun hoogste ideaal was, eenvoudig ons kerkelijk leven op Amerikaanschen bodem over te planten, en dan liefst in dien bepaalden vorm, waarin zij dit leven hier te lande in hun ergeren kring gekend hadden.

Wie daarentegen de geschiedenis van Christus' kerk in haar breed en lang verloop kent, en op de hoogte is van de veelvormigheid, waarin Christus' kerk zich onder velerlei natiën vertoont, vindt het" interessant zulk een afwij kenden levensvorm in het leven zelf van een ander volk te bestudeeren, en diens hart leeft op, om de geestelijke v/erking er van op te vangen, te wegen en te waardeeren.

En dan moet het wel treffen, hoe het rijke leven, dat in Christus' kerk schuilt, juist door zulk een geheel afwijkende openbaring op boeiende wijze uitkomt.

Ge ziet het toch voor oogen, hoe het leven dat ge waarneemt, niet de wereld is, maar dat het waarlijk Christus' kerk is, die zich aan u vertoont, en ge tast hef als met handen, hoe die kerk van Christus ook in die geheel andere vormen toch de spontaneïteit behield, om energieke geestelijke werkingen voort te brengen. Niet alleen de zonde en ongerechtigheid te bestrijden, de zieken te troosten, de wedergeborenen tot bekeering te leiden, ontferming en barmhartigheid aan te kweeken, maar ook om de waarheid hoog en heihg te houden, en haar in tegenstelling met de leugen der wereld, te bezegelen.

Teruggekeerd op eigen erf heeft men zoodoende scherper oog voor de slechts relatieve waarde van den vorm van eigen kerkelijk leven, en men gevoelt zich verrijkt en gelukkig, dat men de veerkracht en de hoogheilige beteekenis van de kerk van Christus in allerlei veelvoud van vorm te rijker heeft zien schitteren.

Niet. dit versta men wel, alsof de eigen vorm daa'"om gering moest worden geschat, en akof men den vreemden vorm moest gaan nabootsen.

Het tegendeel is waar.

Men ontwaart veeleer dat die onderscheidene vorm op het nauwst samenhangt met het onderscheid van nationale levensgewoonte, met de in onderscheidene landen heerschende usantiën en zienswijzen, en in niet geringe mate beheerscht wordt door geheel andere levensconditie en geheel ander verleden.

En dit nu juist leidt tegelijk tot tweeërlei: Ten eerste in eigen land tot den wensch om zijn eigen kerkelijk leven te zuiverder iti overeenstemming met eigen levensmilieu te ontwikkelen. Maar ook ten andere om wat elders anders optrad, niet enkel omdat het in ander kleed voor u treedt, aanstonds te veroordeelen.

Beide nu heeft tot uitwerking, dat ge het kerkelijke conservatisme met alle kracht zult bestrijden.

Zoolang ge toch slechts met één enkelen vorm van kerkelijk leven als mogelijk, bruikbaar en denkbaar rekent, stoort ge u niet aan beginselen, vraagt ge niet naar critiek, en is al uw streven er op gericht, om wat is te houden, en wat uitsleet weer in aiouden historischen vorm te herstellen.

Ge kent dan maar twee vragen: Hoe is het? en voor wie iets dieper gaat: Hoe ivas het?

Maar rekent ge in de realiteit met meerdere bestaansvormen, dan leidt dit er u vanzelf toe, om die verschillende bestaansvormen te vergelijken, door den éénen ci'itick op den anderen te laten uitoefenen, en zoo wordt ge ter wille van die critiek vanzelf teruggedrongen naar de beginselen.

Ge staat dan voor de vraag, v/at het in alles gelijke en identieke moet zijn, en wat de eigenaardige plooi is, die verschil van nationaliteit en levensconditie aan dat overigens identieke geven mag en moet.

Het inve is dan niet meer goed, omdat het er is, en wat in den vreemde bestaat is dan niet meer slecht, omdat het anders is, maar als rechter boven beide bestaansvormen zit de heraut der beginselen.

Het bekrompen, het angstvallig, het krampachtig zich vasthouden aan het bestaande heeft dan afgedaan. Ge zijt vrijer in uw oordeel geworden. En juist ter wille dier vrijheid onderwerpt ge u aan de heerschappij der beginselen, en der beginselen alleen.

Dit geldt natuurlijk over en weer. Zoo voor Amerika als voor ons. En beiden kunnen we niet alleen van elkander leeren, maar ook beider zelfstandige kerkelijke levensformatie moet ons hier, evengoed als onze broederen in Amerika, nopen en dringen om van het bestaande op de critiek der beginselen terug te gaan.

Zelfs op de nog steeds voortdurende scheiding tusschen de twee deelen van onze Hollandsche kolonisten zal dit een gezegende uitwerking kunnen hebben.

Nu stuiten ze. Dan zullen ze ineenvloeien. Maar toch is wat we beweerden niet alleen op onze Hollandsche kolonisten toepasselijk.

Veeleer hebben we daarbij het oog op alle Presbyteriaansche en Gereformeerde kerken in de Vereenigde Staten en in Canada.

Met wat waardeerend oog men toch het loven dier kerken moge gadeslaan, de kenner kan zich niet verhelen, dat hier waterloten uitschoten die om het snoeimcs vragen, en wilde takken uitkwamen, die om te buigen zijn.

Op de beginselen zal men dan ook in Amerika veel meer dan dusver hebben terug te gaan. De historie dier kerken zal zijn op te slaan. Haar verleden moet onderzocht worden. Haar kerkrecht moet systematisch opgebouwd. Haar Liturgie moet met haar Belijdenis in overeenstemming worden gebracht. Kortom, het geheel van haar kerkelijk leven moet uit de onbewuste practijk tot een bewust leven uit de beginselen herleid worden.

Laat ons inmiddels voortgaan, dezelfde dege studie hier te lande op onze eigen kerken toe te passen.

Ook bij ons is het op verre na niet alles goud wat er blinkt, en er is volstrekt geen reden denkbaar, waarom de Amerikaansche broederen, in de gemeenschap der heiligen, ook onze kerken niet zouden verrijken kunnen met veel wat zij hebben, en wat hier wordt gemist.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 februari 1899

De Heraut | 4 Pagina's

Het rijke leven.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 februari 1899

De Heraut | 4 Pagina's