Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

11de Centrale Diaconale Conferentie, GEHOUDEN 6 Juli 1899 te Amersfoort,

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

11de Centrale Diaconale Conferentie, GEHOUDEN 6 Juli 1899 te Amersfoort,

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

in het Kerkgebouw der Gereformeerde Kerk aan de Langegracht.

No. I van punt 7 en no. 3 van punt 8 worden niet behandeld daar de inzendster (Culemborg) per brief meedeelt, dat zij bereids antwoord op hare vragen ontving.

Aangaande No. 2 van punt 7. „Is het eene „Gereformeerde Diaconie geoorloofd arme lieden „uit te besteden in een stedelijk armhuis? Apeldoorn. Daar ook deze diaconie niet vertegenwoordigd was waardoor de bedoeling dier vraag niet kon worden toegelicht, wordt van derzelver bespreking afgezien.

Punt 8 No. I. „Is het geoorloofd om de gelden die door den arbeid der liefde en barmhartigheid voor de Diaconie ten behoeve harer armen zijn saamgebracht, anders dan tot dit doel te gebruiken ? " Zaandam, wordt door broeder Kerkhoven ingeleid — en de .reden waarom de Diaconie andermaal die vraag op het Agendum bracht, vindt haar oorzaak in eene zeer eigenaardige kwestie onlangs voorgevallen. Eene diaconie had namelijk een bedrag van pl., m. ƒ 200 als saldo over, en de kerkelijke administratie jui^t een te kort. Nu heeft men die ƒ 200 uit de Diaconale kas genomen, en die gestort in de Kerkekas. Zaandam vindt deze hande­ ling zeer onbillijk en vraagt mag dit? Naardien deze zaak niet op deze Verg. thuis behoort, maar inzonderheid tot de Kerkvisitatie of classis — wordt op dit punt niet verder ingegaan.

No. 2 van punt 8. „Mag eene Diaconie van hare gelden aan een Suppletiefonds geven, waaruit voornamelijk kinderen der gemeente worden gesuppleerd? Strijdt dit niet met de verantwoordelijkheid van de Diakenen voor de hun toebelrouwde gelden? " Zeist. Br. Balhuizeu van Zeist wijst op een plaatselijken toestand. Er is namelijk te Zeist eene school opgericht door eene schoolvereen. op Gereformeerden grondslag, waar niet alleen kinderen der gemeente, maar ook kinderen van andere godsdienstige Protestantsche gezindten op gaan. De Geref. diaconie draagt een groot aandeel bij in de kosten van het onderwijs, wat zij op finantieel gebied best doen kan, doch nu vraagt zij: Is zij daarmede verantwoord en mag zij het bestuur daarvoor gelden geven, hoewel zij in dit bestuur geen zeggingschap heeft, en geen controle kan uitoefenen?

Br. de Lange van Leiden, meent van ja, zoolang het bestuur aan de diakonie rekenplichtig is, terwijl br. C. Moll van Nijkerk aanraadt de kostende prijs te betalen, daar dit naar zijne opvatting voordeeliger zal zijn, en tevens de Diakonie van de verantwoordelijkheid ontheven wordt, langer subsidie uit te keeren. Br. Blankenberg wijst op eene synodale bepahng, aangaande het oprichten van scholen door de ouders zelven, en naar dien hij meent, dat voor de school door br. Balhuizen bedoeld, reeds vier malen gecollecteerd wordt, gaat het niet aan nog eens p. m. ƒ 300 subsidie te geven. Br. S. Zwart van Rotterdam sluit zich hierbij volkomen aan, en geeft den raad geene subsidie meer te geven. Ds. Donner zich het moeielijke van deze zaak voorstellende, wenscht dat Zeist van deze Verg. een antwoord mede krijge, waarop br. S. Zwart voorstelt de eerste vraag ontkennend, de tweede bevestigend te beantwoorden. Aldus wordt besloten.

Punt 9. „Wat is de beste wijze om de kas „der Diaconie (buiten de handreiking onder „den dienst des Woords) te sterken? Is het „verzamelen van gelden met inteekening op „een lijst ten behoeve der Diaconie in de Geref. „kerk geoorloofd.

Enschedé A.

De afgevaardige van Enschede's diaconie verhaalt hoe zijne diaconie in moeielijke omstandigheden gekomen is, door eene noodige uitgaaf voor een gezin dat wel met de gemeente meeleefde, doch feitelijk niet tot de gemeente behoorde, waarvan hij inmiddels de verklaarbare redenen opgaf. Nu heeft de Diaconie wel bij de gemeente aangeklopt, en deze heeft zich niet onbetuigd gelaten, doch bij de vele nooden van verschillenden aard die door de Diakonie te vervullen zijn, is de finantieele hulp niet voldoende; Nu vraagt Enschedé mag zij bij personen buiten de gemeente staande, gelden inzamelen. Enschedé wordt aangeraden dergelijke zaken met haren kerkeraad te overleggen, en wat het rondgaan met open lijst betreft, de Verg. meent dit te moeten afkeuren.

No. 2 van punt 9. „Hoe te handelen met „gegoede lieden die voortdurend weigeren voor „kerk en armen bij te dragen." Gouda — wordt niet in behandeling genomen daar deze Conferentie van oordeel is niet bevoegt te zijn deze vraag te beantwoorden omdat zij op den Kerkeraad thuis behoort.

Het lode punt. De Centrale Diaconale Conferentie bezorge aan alle Diaconiën de onderscheidene resoluties in hare Vergaderingen genomen. Assen — wordt door br. Beekman aanbevolen, doch na eenige discussie spreekt de Verg. uit dat het vooralsnog voor geene uitvoering vatbaar is.

Aangaande punt 11. „De Verg. spreke uit, of deze Centrale Diaconale Conferentie zal bestendigd blijven, zoo ja waar en wanneer zal zij weer bijeenkomen? —.Comité —neemt de Vergadering eenparig het besluit deze Conferentie te bestendigen, en nadat verschillende plaatsen van samenkomst worden genoemd, wordt de regeling daarvan aan het comité overgelaten. Voorts werden de broeders B. J. Lindeboom, W. Haaksma en C. F. von Meyenfeldt, die aan de beurt van aftreden waren weder herkozen, en op voorstel van Br. Nooteboom van Utrecht zal in het vervolg de verkiezing vooraan op de Agenda worden geplaatst.

Het Agendum afgehandeld zijnde neemt de Voorzitter het woord om namens de Verg. beide predikanten en de diakonie van Amersfoort dank te zeggen voor de hartelijke ontvangst en betoonde toewijding waardoor deze Conferentie zoo uitnemend mocht slagen •— en nadat een Psalmvers is aangeheven, wordt deze Conferentie gesloten, waarin Ds. Donner in gebed en dankzegging voorgaat.

C. F. voN MEYENFELDT,

Secretaris,

Amsterdam, Juli 1899.

(Slot.)

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 augustus 1899

De Heraut | 2 Pagina's

11de Centrale Diaconale Conferentie, GEHOUDEN 6 Juli 1899 te Amersfoort,

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 augustus 1899

De Heraut | 2 Pagina's