Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

AAN VRAGERS.

Onze lezer J. G. B. te M. zendt ons een paar nog al uitvoerige vragen. Ze komen hier op neer:

1. Wij lezen in den Bijbel, dat Kaïn, nadat hij zijn broeder Abel had doodgeslagen, naar een ander land ging en daar een vrouw had. Kaïn en Abel waren zonen van Adam en Eva, alzoo te zamen vier personen op de aarde. Hoe kwam Kaïn dan aan een vrouw?

Die niet aan den Bijbel gelooft, gebruikt die geschiedenis vaak tot een middel om den Bijbel te verwerpen, daar 't onmogelijk plaats kon hebben.

2. Zijn er ook besmettelijke ziekten, b.v. tering, ontstaan door zoogenaamde baccillen, waarvan men, voor zoover mij bekend, niet in den Bijbel leest?

Wat het eerste betreft, zoo blijkt uit Gen. 5 4, dat Adam ook dochters had. Wanneer Kaïn trouwde staat niet gemeld. Er is dus geen sprake van een onmogelijkheid daaruit ontstaande dat er maar vier menschen op aarde waren, Adam, Eva, Kaïn en Abel. Dat Kaïn een dochter van Adam en Eva, dus een zijner zusters ten vrouw nam, is duidelijk en kon niet anders. Later verbood Gods wet zulke huwelijken. Doch in alle geval blijkt, dat er niet vier, maar meer menschen op aarde waren, toen Kaïn uit hen zich een vrouw nam.

Omtrent de 2 e vraag zij opgemerkt, dat volgens t de wetenschap bacillen zijn planten, zoo klein, dat men ze slechts met het microscoop kan ontdekken, en oorzaken van besmetting. Dat de Bijbel niet van zulke dingen in bijzonderheden spreekt, is eenvoudig wijl hij een gansch andere bestemming heeft. De Bijbel is geheel waarheid, leidt in alle waarheid, maar niet alle waarheden zijn in dien Bijbel vermeld. Al wat op 'het aardsche, vergankelijke betrekking heeft, is in het boek van Gods openbaring bijkomstig. Het leert ons allereerst en bovenal, wat ter zaligheid noodig is.

Een volgende vraag is van H. N. te R. Men ziet 's Zaterdags vóór het Pinksterfeest, op verschillende deuren, muren enz. het woord: „Luilak."

Wat beteekent dit?

Wanneer is dit in zwang gekomen?

Mocht UEd. reeds vroeger deze vraag beantwoord hebben, och zoudt gij dan nog eens die moeite willen doen?

We hebben die vraag kort geleden, in een vergadering, behandeld en willen teruggeven wat we ten antwoord weten.

Er bestaat een uitlegging die hierop neerkomt:

In het jaar 1535, in Mei, beproefden d Wederdoopers, die hun „Zionsrijk" van Munster ook elders wilden vestigen, een aanslag op Amsterdam. Onder bevel van Van Gele en Goedbeleyt, namen zij des avonds laat het stadhuis in. Doch reeds den volgenden morgen had hun rijk uit, en moesten ze hun opzet duur bekoopen.

Des avonds toen de aanslag plaats had, lag een stadsdienaar half beschonken — er was op 't stadhuis gildefeest geweest — te slapen. Door 't geweld opgeschrikt, liep hij naar den toren en verborg het klokketouw. Dit deed hij of opdat het luiden (misschien van onraad) de burgers niet nog meer zou verschrikken of in zijn dronkenschap. Het luiden van de klok echter, was het teeken waarop vele Wederdoopers wachtten, om hun vrienden op het stadhuis ter hulp te snellen. Doch toen er niet geluid werd bleven zij weg, en zoo mislukte den aanslag.

Deze man nu heette Lak. En de burgemeesters, die met moeite 't gevaar ontkomen waren, hadden in den eersten schrik tot hem gezegd: „Lui Lak!" d. i.: Lak, luid de klok! Ot wel de Wederdoopers hadden hem dat bevolen. Doch 't gebeurde niet. Maar wegens het groot belang der zaak voor de stad bleef dat: „Lui Lak" of „luilak" in heugenis tot nu toe.

Dit is het verhaal. Wat is er van aan? Heel veel, maar van de Luilak-geschiedenis, geloof ik, niet.

Want I. staat nergens dat bedoelde man Lak heette; 2. ook niet dat de aanslag Zaterdag vóór Pinksteren plaats vond; 3. niet, dat hij bevel tot luiden kreeg; 4. is „Luilak" niet alleen te Amsterdam, maar ook elders welbekend, en de aanslag betrof alleen Amsterdam.

M. i. is de oorsprong dan ook een heel andere. Op vele plaatsen is het de gewoonte, vlak vóór Pinkster heel vroeg uit te gaan om bloemen te plukken of te koopen. Soms versiert men zich daarmee, en heeten meisjes zoo getooid „Pinksterbloemen." Te Haarlem b.v. wordt heel vroeg in den morgen bloemmarkt gehouden, en de liefhebbers trekken al in den nacht derwaarts. We moeten hierbij bedenken dat het Pinksterfeest, gelijk menig ander Christelijk feest, gevolgd is op een gelijktijdig heidensch feest onzer voorouders, de Germanen. Gebruiken uit dien ouden tijd bestaan er nog meer b.v. bij het Kerstfeest, 't Paaschfeest viel saam met het zomerfeest, 't feest van groen en bloemen.

Wie nu op den dag vóór het feest er niet op uit ging, maar als gewoonlijk bleef slapen, was dus, vergeleken met anderen, lui.

Nu zijn er in onze taal een aantal woorden, die een persoon aanduiden en op ik uitgaan. Alle hebben een ongunstige beteekenis, b.v. botterik, vuilik, stommerik. Zoo ook heette iemand die lui was een luilik. Dit „luilik" verbasterde tot luilak, en zoo kreeg de morgen vlak vóór Pinksteren den naam, die nog op hen, die dan lang slapen wordt toegepast. (De naam van den man. Lak, is geloof ik eerst uitgedacht, toen men niet wist hoe die Luilak uit te leggen). Begrijpelijk wordt nu ook, waarom men zoo goed te Rotterdam als te Amsterdam, „Lui lak" heeft.

We hebben nog meer te bespreken; doch stellen dit uit bij „gebrek aan plek." Evenzoo het verhaal van Nikolaas.

CORRESPONDENTIE.

W. R. — Met Daguerre bedoelt Da Costa in zijn gedicht den uitvinder der lichtbeelden of photographieën. — Strauss, Krause en Bauer zijn de namen van bekende Duitsche ongeloovigen. Zij leefden evenals de Franschman Daguerre in de eerste helft der 19e eeuw.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 juni 1901

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 juni 1901

De Heraut | 4 Pagina's