De Zending.

Het verblijdende bericht kwam tot ons, dat de drie noordelijke provinciën, Groningen, Drente en Overijssel, eindelijk de handen ineen hebben geslagen, en tot een accoord van samenwerking in zake de Zending gekomen zijn.

Het werd tijd.

Groningen vooral, een der sterkste provinciën wat finantieele draagkracht aangaat, liet lang op zich wachten. Utrecht en Gelderland, Friesland, Noord-Holland en Zuid-Holland gingen vóór. Friesland was vooral voor Groningen een beschamend voorbeeld. Maar al duurde het lang, wij zijn van harte blijde, dat de saamwerking er nu is.

De kring is thans bijna gesloten. Alleen Zeeland en Noord-Brabant schieten nog over, en van den zendingsijver van Dr. Wagen aar, mogen wij verwachten, dat ook het zuiden straks de hand aan den ploeg zal slaan. Het zou zoo heerlijk zijn, wanneer nog vóór de Arnhemsche Synode aan het worstelen een einde kwam, en ook de Zeeuwsche leeuw met zijn kop door de wateren schoot.

Van het heugelijke feit, dat Groningen, Overijssel en Drente tot samenwerking kwamen, werd aan de betrokken kerken per volgende missive kennis gegeven :

Reeds vóór 2 jaren werd door de Deputaten voor de Zending op Soemba gepoogd, om, overeenkomstig opdracht van de Generale Synode te Groningen 1899, „den arbeid op Soemba in verband te zetten met eene Kerk of Kerken". Genoemde Deputaten hebben destijds gevraagd, of ook in de Provinciën Groningen, Drente en Overijsel de genegenheid bestond, dien arbeid over te nemen. Deze genegenheid bleek te bestaan. Eerst door samenwerking van Classicale Deputaten, daarna, nadat ook de Particuliere (Provinciale) Synoden van de 3 Provinciën zich vóór overname verklaard hadden, door Deputaten der Synoden werden voorbereidende maatregelen genomen, waarbij in niet geringe mate de zeer gewaardeerde bijstand van de Deputaten voor de Zending op So.emba werd genoten.

De Synoden der 3 Provinciën kwamen in den loop van dit jaar tot volledige overeenstemming en aanvaardden een „accoord van samenwerking", 't welk over eenigen tijd U zal worden toegezonden. Deputaten werden aangewezen, en wel door Groningen: Ds. J. Duurseraa te Uithuizen en Ds. M. Meyering te N.-Pekela; door Drente: Ds. W. W. Smitt te Assen en Ds. L, Kuiper te Hoogeveen; door Overijsel: Ds. C. W. E. Ploos van Amstel te Zwolle en Ds. W. De Jong te Dalfsen. Dezen wenden zich dan ook thans tot U langs dezen weg.

Zij kunnen U nu ook mededeelen, dat X Deputaten, door de Generale Synode l d oor de zending benoemd, de overname van e Zending op Soemba door onze Provinciën ebben goedgekeurd, en geen bewaar hebben egen het aangenomen „accoord".

Deputaten der 3 Provinciën hebben deswege et voorrecht, U te berichten, dat zij zich hebben geconstitueerd, en dat de overname der ending, zoo de Heere wil, i Januari 1902 zal plaats hebben.

Voor de Kerken der 3 Provinciën, en onder haar voor die Kerken, die straks zullen hebben te beroepen, een gewichtige zaak!

Een zaak, die zeker de belangstelling in het werk der Zending en met name op Soemba zal verhoogen; die de gebeden der Gemeente inniger en meer overvloedig moge doen zijn! De Kerken immers van de .3 Provinciën zullen voortaan de verantwoordelijkheid van den niet licht te schatten arbeid op Soemba meer bijzonder hebben te dragen. Make de Geest des Heeren ze getrouw!

Voorts volgen nog enkele huishoudelijke mededeelingen, die van minder belangvoor onze lezers zijn.

De keuze van het zendingsterrein zeker niet het gemakkelijkst. was

Soemba ligt in een u'thoek van Indië. De Zending vond er dusver veel meer ingang bij de Savoeneezen dan bij de inboorlingen zelf. Indien er nu nog een vrije keuze moest gedaan worden, danf zou men er zeker niet licht over denken op Soemba een zendingspost te vestigen. Concentratie van de krachten op één zendingsterrein in het hart van Java is stellig méér gewenscht.

Wij voor ons hadden dan ook liever gezien, dat men de kleine gemeente op Soemba door inlandsche helpers had laten bedienen. Voorts een der zendingsdienaren had opgedragen nu en dan dezen post te bezoeken. En na zoolang gezaaid te hebben, thans afwachtte, of de Heere onze God werkelijk de deur des Evangelies op Soemba geopend had.

Toch begrijpen wij, dat de Generale Synode in 1899 er moeilijk toe kon besluiten den arbeid op Soemba los te laten. Soemba is een erfstuk der vroegere Christelijk Gereformeerde kerk, en nu de kerken de verantwoordelijkheid voor dit zendingsterrein eenmaal op zich genomen hebben, gebiedt de trouw ook tegenover de broeders Pos en de Bruijn, die er jarenlang hebben gewerkt, dat Soemba worde geholpen.

Mogen de kerken in Groningen, Overijssel en Drente daartoe krachtig de handen ineenslaan. De stroom der giften verdubbele, nu men een eis; en zendingsterrein heeft, en bovenal het gebed voor de Zending vermenigvuldige. Paulus kan planten en Apollos nat maken, maar de wasdom komt van God alleen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen