Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit be Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit be Pers.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Geldersehe Kerkbode heeft Ds. van Schelven van Dieren nograaals een pleidooi geleverd tegen de onjuiste voorstelling van de beteekenis der Sacramenten, die nog maar al te vaak gevonden wordt:

De Sacramenten alzoo, beiden saamgenomen, niet alleen het H, Avondmaal, maar ook de H. Doop; 'deze laatste weer niet alleen in wat als uitzondering geschiedt als bejaardendoop, maar veelmeer als kinderdoop, de regel in de Gereformeerde kerken) dienen tot sterking van het geloof.

Bij het H. Avondmaal is het de roeping van den kerkeraad om, bij diegenen die verlangen tot het H. Avondmaal te worden toegelaten, te onderzoeken naar de kenteekenen van geloof en bekeering; wordt vervolgens in de bediening des W ords ieder toegelatene tot dit Sacrament, opgelegd, niet alleen te letten op den eisch des Heeren: verkondigt den dood van Christus totdat Hij komt; maar wordt evenzeer op de zelfbeproeving aangedrongen, of het geloof aanwezig is. gelijk m liet formulier zoo duidelijk staat: ... «welke Christus alleen voor zijne geloovigen verordineerd heeft".

Het H. Avondmaal is gelijk ieder weet en ook toestemt, alleen dan op de rechte wijze te gebruiken, waar dat echte geloof, maar hier bewust geloof aanwezig is. Van ieder die toet-eedt, onderstelt de kerkeraad, naar den gegeven rnaatstaf van belijde nis en le en, dat dit geloof er is: anderszins zou die toegang moeten worden geweigerd.

Bij den H. Doop, met name bij den kinderdoop, wordt dit alles geheel losgelaten bij de tegenstanders van z.g. onderstelde wedergeboorte. Dan wordt dit Sacrament toegediend eigenlijk buiten verband met het te doopen kind; dai is er geen sprake meer van een geloof dat ondersteld wordt aanwezig te zijn, en alzoo evenmin van de sterking van het geloof, waartoe toch het Sacrament, naar de instelling des Heeren, dienen moet.

Geldt het alleen het geloof der ouders, of hét geloof der gemeente, dan mogen de kleine kinderen het niet ontvangen, want daar kan, volgens onze tegenstanders, van zulk eene onderstelling geen sprake ïijn.

Zeer zeker worden d or de Sacramenten, en dus ook door den H. Doop, de beloften van het verbond met het verbond zelve, verzegeld en bekrachtigd ; maar dan moeten er toch dezulken zijn voor wie die verzegeling en bekrachtiging bestemd is. Die verzegeling en bekrachtiging hangen toch niaar niet in de lucht; die hebben toch aan eene zijde, punt van uitgang in God, van Wien de belofte met hare teekenen en zegelen uitga-m; maar in zekeren zin ten andere, eindpunt in degenen voorvvi) die he lofte met hare verzegeling en bekrachtiging verordineerd zijn n.l. in deuitveikorenen enin al degenen, die krachtens het besluit der verkiezing, m de wedergeboorte begenadigd worden, en met het geloof begiftigd.

Op de vraag toch, waarin die verzegeling en die bekrachtiging door het Sacrament bestaat, geeft onze Cathechismus toch zoo schoon ten antwoord: »dat Hij ons vanwege het eenige slachtoffer van Christus, aan het kruis volbracht, vergeving der zonden en het eeuwige leven uit genade schenkt, " (Antw. op vr ag dd).

Hoe dit nu voorwerpelijk kan opgevat worden, verklaren wij volstrekt niet te begrijpen. Er staat toch dat God ons belooft de vergeving der zonde en dat Hij dit door de sacramenten nu laat verzegelen en bekrachtigen; maar de belofte houdt in : Ik de Heere schenk u, metterdaad, feitelijk, onderwerpelijk, datgene wat die belofte inhoudt; nl. de vergeving der zonde.

Vandaar dat dan ook in het dankgebed na den kinderdoop, die aangehaalde woorden voorkomen : ))v/ij danken en loven U, dat Gij ons en onze kin deren, door het bloed van uwe lieven Zoon Jezus Christus, alle onze zonden vergeven, en ons door uwen Heiligen Geest tot lidmaten van uweneeniggeborenen Zoon, en alzoo tot uwe kinderen aa//^^nomen hebt, en ons datzelve met den Heiligen Doop bezegelt en bekrachtigt."

Kan dit nu iets voorwerpelijks zijn ? Dit is zoo onderwerpelijk als het maar ^eenigszins mogelijk is.

In het overige gedeelte van die dankzegging komt ook nog wel de voorbede voor, om de regeering door den Heiligen Geest, en dat het gedoopte kind Christelijk en Godzaliglijk opgevoed worde ; maar ieder die dit dankgebed als een geheel aanmerkt, zal aanstonds zien dat hier niet om wedergeboorte enz. gevraagd wordt, om dan alzoo als teniet te doen datgene wat in de voorafgaande woorden a!s aanwezig werd onde steld, en waarop de dankzeg ging doelde. Maar integendeel, bevat dit de bede dat het den Heere moge believen dat alle recht streeksch en middellijk instrument in het werk moge worden gesteld, en alzoo gezegend, dat het straks in het leven uitkome dat, wat ondersteld we d, ook inderdaad aanwezig was. Gelijk geheel op dezelfde manier zou kunnen worden gebeden na het H. Avondmaal, dat het stntks in het leven uitkome dat ieder Avondmaalganger waarlijk en zeker een oprecht geloovige is; zóó, dat over belijdende leden nooit kerkelijke difcipline diende te worden geoefend; en dit laatste zal, in de kringen der Chr. Gereformeerden, zeker ook wel eens noodig zijn, gelijk ook bij ons.

De Sacramenten zijn voor de kerk, het lichaam van Christus, voor de uitverkorenen, voor de wedergeborenen, voor de bestemden ten leven, voor hen voor wie Christus gestorven is; en met welke omschrij venden naam men ze - verder wil aanduiden; daarvan gaat niets af.

Wie uitverkoren is enz. weet met beslistheid alleen de Heere, de Alwetende ; maar naar Zijne kennis kunnen wij hier op aarde niet rekenen, eenvoudig omdat het ons niet is geopenbaard.

Hier mag alleen gelden de maatstaf dien God in Zijn Woord heeft gegeven: voor het H. Avondmaal is het de belijdenis der lippen, en de levenswandel voor het oor en het oog der gemeente, en die in de gemeente daartoe zijn verordineerd; maar de maatstaf bij den kinderdoop is eene geheel andere ; wel blijft het, en rnoet het cok hier blijven: de doop, dus ook de kinderdoop, is alleen voor de uitverkorenen; maar wie zal uitmaken welk kind uitverkoren is en welk kind niet? De Heer heeft dienaangaande den maatstaf onthouden.

Hoe moet de kerk dan daarin te werk gaan? er maar op los doopen ieder kind dat aangeboden word? Ook in de kringen der Chr. Gereformeerden zal men dat niet doen. Dan is er alleen te handelen naar datgene wat in het Woord staat geschreven: »U komt de belofte toe, en uwe kinderen, en allen die dan verre zijn, zoovelen als er I de Heere onze God toe roepen zal.« Vraagt iemand I ten overvloede, welke belofte (niet beloften), hier bedoeld wordt, dan leert ons het verband in het formulier zelf, dat hier sprake is van het verbond en de verbondsbelofte aan Abraham gegeven: »Ik zal uw God zijn', .

Laat iemand nu eens omschrijven wat beteekenis die woorden, daar ter plaatse hebben; wat dit inhoudt als de Heere zegt tot Abraham : »om u te zijn tot eenen God", dan komt toch faliekant V rkeerd uit ieder die dit voorwerpelijk opvat; is het niet onderwerpelijk bedoeld, dan belijden wij ootmoediglijk dit deel der Schrift niet meer te begrijpen.

Onderwerpelijk is het bedoeld door God voor Abraham ; Ab; aham is in het verbond opgenomen, ja met hem is dit verbond gesloten; de Heere is de getrou-> ve Verbonds Jehovah, en Abraham de ware bondeling, de vader der geloovigen.

Maar dan volgt er in éénen adem: (om u te zijn tot eenen God) nenwwen sade na u." Om uwen zade na u te zijn tot eenen God, op dezelfde manier, in dezelfde beteekenis, als de Heere dat loezegt aan Abraham zelf; met de schriftuurlijke beperking die Petrus, of liever de H. Geest door Petrus, daarvan geeft op den eersten Pinksterdag wijzende op de verkiezing: D zoo velen als er de Heere onze God toe roepen ; al.'' Gelijk dan ook het formulier zegt: zoo za men de jonge kinderen, als erfgenamen van het rijk van God en van zijn verbond, doopen.

Alleen wat ligt op de lijn der verkiezing, bewust of onbewust, mag het sacrament ontvangen; en waar alle grond, om dit te onderstellen ontbree.t, daar wordt ook alle grond gemist OIT\ het sacrament toe te dienen.

Waar de sprekende, duidel-jke kenteekenen van verkiezing en wedergeboorte niet gegeven zijn, gaat de kerk vrij uit door te doopen die kleine kinderen die uit «geloovige ' ouders geboren worden; daaronder is het zaad der kerk; daaronder zijn de uitverkorenen, voor wie de genadeweldaad is de weldaad van wedergeboorte, van geloof en wat daarop verder volgt.

In de voorbede vraagt de gemeente om de inlij ving in Christus, gelijk de geloovige Israëliet voor de besnijdenis zal gevraagd hebben om de genade weldaad v.'aarvan de besnijdenis teeken en zegel was; gelijk na de toediening van het Sacrament gedankt wordt. Niet alsof door het Sacrament eene geheimzinnige werking is geschied maar omdat, wat te voren nog onzeker is. nu. na rie toediening van het Sacrament, naar de beteekenis die God zelf in het Sacrament legt, nu als aanwezig ondersteld wordt; nu, nü het toegediend is, in den wet tigen weg en vorm door den Heere daartoe ver ordend.

Nu moet ook in geloof aanvaard al datgene wat door den Heere met die sacramenteele handeling bedoeld is.

Ten overvloede halen wij nog aan het getuigenis van vader Brakel, in zijne «Redelijke Godsdienst'. Hij schrijft in deel I, cap. 38, onder No. i5, aldus: »de Sacramenten beteekenen niet alleen, maar zij verzegelen daarenboven aan de ware genieters alle de beloften des Evangelies, alle de goederen van het Genadeverbond, Christus met alle Zijne volheid, dat zij daaraan deel hebben".

En verder onder No 18: «ook wordt den doop eene verzegelende kracht toegeschreven ... waarmede te kennen wordt gegeven, dat de doop niet alleen verzegelt van deel aan Christus te hebben; maar ook van de heiligmaking te zullen deelachtig worden'.

Nog eveneens onder No. 14 in cap. 39: het vijfde in den Doop aan te merken is het einde, hetwelk is de verzekering en de verzegeling van de vergeving der zonden ; van de wedergeboorte, en de inlijving in de kerk. Ziet van de vergeving der zonden, Rom. 4:11: ij (Abraham) heeft het teeken der besnijdenis ontvangen tot een zegel der rechtvaardigheid dés geloofs. — Indien het Sacrament in het Oude Testament was tot verzegeling, veel meer dan nu in het Nieuwe Testament de Doop, welke inplaats van de besnijdenis is. Col. 2:11. 12. — Tit. 3 : 5. — I Cor. 12 : 13 .

Onder No. 20, zelfde cap., de tweede tegenwer ping; » . , (b.) dewijl de doop werkt als een teeken en zegel zoo kan een kindeke verzegeld worden. God en de gemeente, zoo ook de ouders, zien ze aan als verzegelden. De ouders hebben er hunne vertroosting uit, en het gedoopte kindeke tot verstand komende, trekt uit zijnen doop de kracht van verzegeling tot vertroosting en heiligmaking' ,

Niet minder in hetzelfde cap. onder no. 25, dat te lang is om het hier over te schrijven, maar waarin aangaande de gedoopte kinderen deze woorden staan: » . . . zoo heeft men ze ook voor ware bondgenooten en kinderen Gods te houden, als zij opwassen, enz, "

Wij hebben juist vader Brakel laten spreken, omdat hij nog al bekend is onder ons volk, en daar ook nog al crediet heeft, en van hem niet licht iemand zal zeggen, wat men tegenwoordig van de Gereformeerden durft zeggen, dat het eene dwaalleer is die zij voorstaan; en men die teekent met de volgende onverdachte woorden: «eene dwaalleer, vi^elke wij niet schromen een zielenvergif voor hel opkomend geslacht te noemen".

Het is niet aangenaam, dezelfde dingen telkens weer te moeten zeggen. Maar zoolang zoo krasse beschuldigingen worden ingebracht tegen hen, die de oude Gereformeerde leer van de beteekenis der Sacramenten tegenstaan, mag het verweer niet z-yijgen.

Ook hier geldt, dat alleen de aanhouder wint.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 november 1902

De Heraut | 4 Pagina's

Uit be Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 november 1902

De Heraut | 4 Pagina's