Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De moderne natuurphilosophie.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De moderne natuurphilosophie.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur-en Geneeskundigen in Nederland, dat slechts voor beperkten kring verkrijgbaar is, vestigt Dr. L. Bouman, de bekwame directeur-geneesheer van Loosduinen, de aandacht op de jongste werken van Professor Fleischraann, hoogleeraar in de zoölogie en vergelijkende anatomie te Erlangen.

Professor I'leischmann staat niet op den bodem van het Schriftgeloof. Theologie en Natuurwetenschap staan volgens hem zoo scherp tegenover elkander, dat beider resultaten nooit te vereenigen zijn. Het scheppingsverhaal is ook in zijn oogen niets dan een mythe; en de natuuronderzoeker mag noch met deze openbaringsoorkonde noch met eenige andere wereld-of levensbeschouwing rekenen. Hij moet bij zijn onderzoek geheel vrij zijn.

Juist daarom heeft het getuigenis van dezen pleitbezorger der „vrije wetenschap" te meer waarde, waar hij in zijn jongste werk „Die Darwinsche Theorie" een vernietigend oordeel over de Evolutie-theorie van Darwin, Haeckel en anderen velt. De leer van Darwin, zoo zegt hij letterlijk, wil de menschen afschepen met sprookjes en wonderen (mit Marchen und Wundern) Ze is daarom lijnrecht in strijd met wat de wetenschap eischt. En hoe fel hij daarbij de oppervlakkigheid en beginselloosheid van dit Evolutie-dogma geeselt, moge blijken uit het resumé, dat Dr. Bouman van het slot van zijn werk geeft:

Darwin heeft in de plaats van een scheppingsmythe, eerbiedwaardig door hare lange traditie, wier hooge ouderdom de dwaling verontschuldigt, een moderne scheppingsmythe gebracht, die door hare naïviteit afstoot.

Er is in de wereld een onderschikte godheid, de variabiliteit; zij heeft een gril om verschillende vormen, die onderling geringe verschillen aanbieden, voort te brengen, maar weet zelf niet, waarom en waartoe zij goed zijn Daarom moet een examen ingevoegd worden. Als gevolmachtigde voor 't examen fungeert de natuurlijke teeltkeus; zij kan eerst door de proef, den struggle lor life, tot een oordeel komen, wat goed is. Dieren met slechte aanteekeningen worden verwoest, de betere blijven behouden. Dawin zegt ons, we zijn bij 't examen en de beraadslaging der natuurlijke teeltkeus met zichzelf wel niet aanwezig geweest, maar we mogen met zekerheid aannemen, dat zij krachtens hare ervaring van duizenden jaren het beste kiest.

Zij onderzoekt, critiseert, prijst de organen, maakt ze volkomen, brengt er bezwaren tegen in, doet ze verkwijnen, verwijdert enkele soorten van 't tooneel, behoudt de betere soorten, maakt de dieren voor nieuwe levensbehoeften geschikt.

Hoezeer.zich Darwin ook daartegen verzet, voor zijne theorie kan de natuurlijke teeltkeus slechts een persoonlijkheid zijn, een moderne fetisch, die met menschelijk verstand, dat beperkt is, hare uitvinding van het oog enz. verbetert, zooals veel arbeiders dat doen met een mechanische uitvinding. Zij is - niet almachtig en alwetend, anders zou zij te zeer gelijken op den God der Christenen. Zij kan niet alles in eens doen, zij begon met eenige oervormen op eenige plaatsen en laat hare werkzaamheid, daar zij niet alomtegenwoordig is, in een gebied langen tijd rusten. Ook neemt zij zelden ver schillende organen tegelijk.

De verschillende bestaansvoorwaarden prikkelen de godin variabiliteit en door hare veranderingsproeven wordt de domme godin teelt keus opmerkzaam gemaakt, dat zij meer geschikte vormen zou kunnen verkrijgen; Volgens de stelling: door schade wordt men wijs, is de geheele dierenwereld door haar gekweekt. De slechte variaties worden weggenomen, de betere behouden, totdat alles zeer goed is geworden. Overal daar, waar men niet weet, hoe nieuwe soorten, nieuwe organisatiegedachten, zijn ontstaan, daar wordt de godin der natuurlijke teeltkeus te pas gebracht.

Zoo is het metterdaad.

De ongeloovige wetenschap begint met God Almachtig als Schepper te verwerpen, en stelt dan in zijn plaats een nieuwen god, waarvoor ze eerbiedig de knieën buigt.

Een god, die niet almachtig en niet alwetend is, die geen gebed verhoort en uit geen nood redden kan; een god, die het menschelijk hart even koud laat als de stomme afgoden der heidenen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 juni 1903

De Heraut | 4 Pagina's

De moderne natuurphilosophie.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 juni 1903

De Heraut | 4 Pagina's