Volksveredeling.

De voorstanders van het tooneel beroepen zich bij voorkeur op den veredelenden en beschavenden invloed, die van het tooneel op ons volk uitgaat.

Zooals de „vrome" naar de kerk gaat om daar een „beter mensch" te worden, zoo gaat de man der wereld naar de comedie, om daar in alle deugden te worden opgevoed.

Natuurlijk klopt hiermede wel niet, dat juist die stukken, die het sterkst de hartstochten prikkelen door dubbelzinnige kwinkslagen en onkiesche vertooningen, de meest volle zalen trekken, terwijl bij het opvoeren der klassieke meesterwerken loges en parterre leeg zijn; maar dat ligt aan den verkeerden smaak van het publiek en kan daarom, naar men zegt, aan het tooneel als zoodanig niet gevi'eten worden.

Te meer trekt daarom de aandacht, wat de couranten dezer dagen meldden omtrent den brand in het theater te Chicago, waarbij meer - dan zeshonderd personen zijn omgekomen.

Niet alsof wij daarom dezen brand als een opzettelijk Godsoordeel over deze ongelukkigen zouden willen beschouwen. Wat Christus gezegd heeft aangaande den toren te Siloam, maant hier tot groote voorzichtigheid. Te meer, omdat het grootste deel der slachtoffers kinderen waren, door hun ouders meegenomen.

Maar wat wel tot de conscientie spreekt is het ontzettende feit, dat dit ongeluk minder aan den brand zelf te wijten is, dan wel aan de paniek, die tot tooneelen van wreedheid en dierlijkheid aanleiding gaf, die de pen zelfs weigert te beschrijven.

Uit vrees voor den dood verdrong en vertrapte men elkaar. Alle menschelijk gevoel, alle liefde en zorg voor anderen was uitgeschud. Het was één worsteling wie de sterkste zou zijn. Over bergen van levende menschen heen, trachtte men te ontkomen aan het gevaar. De zucht naar zelfbehoud ondei'drukte elk edeler gevoel.

Er was geen voorbereiding om voor God te verschijnen; geen poging om den zwakkere te helpen; geen zelfopofferende lielde. Het geweld van den sterkste triomfeerde, en wat in den weg stond, vrouw of kind, werd opzij gestooten of vertreden.

Dit geval nu staat niet op zich zelf.

Ook bij de andere groote schouwburgbranden, waarbij honderden omkwamen, werd hetzelfde gezien.

En al ontkennen wij niet, dat zulk een paniek, onverschillig of zij zich bij een schouwburgbrand, bij een treinongeluk of schipbreuk of waar dan ook voordoet, steeds de zinnen verbijsterde en tot ergerlijke handelingen aanleiding gaf, toch getuigt het niet voor den veredelenden invloed van het tooneel, dat het kwaad hier tot zulk een schrikkelijke openbaring kwam en zoo algemeen was.

Aan de vruchten kent men den boom.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen