Onze Universiteitsdag.

Amsterdam, 30 Juni 1905.

De feestelijke herdenking van het vijf en twintig-jarig bestaan onzer Vrije Universi teit op de jaarvergadering der Vereeniging voor Hooger Onderwijs te 's-Gravenhage, Donderdag 6 Juli a.s., mag onder den indruk van onze politieke nederlaag niet lijden.

Zeker, tot hooggestemde feestvreugde is ons Christenvolk niet in staat, nu de uitslag van de stembus onze verwachtingen zoo droef teleurstelde. Het feit, dat ons Ministerie, dat zoo kloek de Christelijke beginselen voorstond, thans tot aftreden gedwongen is en we straks weer een liberaal bewind krijgen, waarvan voor onze Christelijke volksbelangen niets goeds te wachten is, werpt een schaduw over onze jaarvergadering. En meer dan een Halleluja zal een: Uit de diepte roep ik toe u, o God, de toon zijn, waarin het lied wordt ingezet.

Maar laat ons om deze ernstige beproeving, die ons deel werd, niet vergeten Gode den dank te brengen voor de weldaden ons geschonken. Dat onze Vrije Universiteit een kwarteeuw bestond en standhield, trots alle bespotting en smaad onzer tegenstanders is een genade van onzen God. En al mag op dit oogenblik de hemel donker zijn van wolken, we zouden ondankbaar zijn, wanneer we geen oog hadden voor de teekenen van Gods trouwe liefde in de instandhouding onzer Hoogeschool ons geschonken.

Laat daarom ons Calvinistisch volk op 5 en 6 Juli te 's Hage niet ontbreken. Worde eerst onder leiding van Ds Westerbeek van Eerten in ernstige smeeking het goede voor onze Vrije Universiteit van het aangezicht des Heeren gesmeekt. En zij er dan den volgenden dag weer die hartelijke, opgewekte en bemoedigende toon, die bewijst, dat we wel geslagen, maar niet verslagen zijn.

In onze Vrije Universiteit ligt een vesting, die onze vijand ons niet ontrukken kan. Daar worden de wapenen gesmeed om den volksgeest om te zetten. En al moesten we heden de nederlaag lijden, we willen aan onze tegenstanders toonen, dat we daarom geen gedemoraliseerde troep zijn, maar terugtrekken, om straks met nieuwen moed den strijd te aanvaarden.

We hebben van God een macht ontvangen, die de wereld overwint. Dat is ons geloof. En zoolang dat schild des geloofs blijft opgeheven, behoeven we voor geen ondergang te vreezen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen