Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Officieele Berichten.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Officieele Berichten.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Classis Amersfoort.

De eerstvolgende vergadering zal D.V. gehouden worden Dinsdag 8 Jan. a.s. Gewone plaats en tijd.

Punten voor het agendum worden ingewacht vóór Zaterdag 22 Dec. aan het adres van den tweeden ondergeteekende,

Namecs de Kerkeraden der roepende kerk Amersfoort A en B,

Ds. A. M. DONNEE.

Ds. H. TEERINK.

Amersfoort, 7 Deo. 1906.

Overdracht van het rectoraat aan de Theol. School.

Gisteren (Donderdag) droeg de aftredende Rector der Theologische School te Kampen, Dr. A. G. Honig, het Rectoraat over aan Prof. M. Noordtzij met 't uitspreken eener rede: „Crea tianisme of Traducianisme (Generatianisme)? '' In zijne inleiding wees spreker er op, hoede nieuwere psychologie over 't algemeen ontkent, dat de mensch eene zelfstandige, geestelijke ziel heeft, 't Stoutst geschiedt dit door 't materialisme (Molenschott, Büchner, Voigt, Haeckel). Maar ook de aanhangers der caonistisch-pantheïstische wereldbeschouwing, zooals Wundt, willen van eene „substantielle seele" niet weten, en stellen voor het „Substantialitats" het „AktuaUtatsbe griflf" in de plaats. Ook het idealistische monis me van Ziehen, Van der Wijck en Heymans kan ons niet bevredigen.

Daarna komend tot zijn onderwerp, wijdde spreker eerst een kort woord aan deEmacatietheorieëa en 't Praëxistentianisnae. Daarop volgde een historisch overzicht van het Creationisme en het Traducianisme (Generatianisme), Daarna kwam de vraag aan de orde: Wat ei.enlijkon der deze theorieën te verstaan zij? Gemskkelijk kan dit met betrekking tot de erste aangegeven worden, daar alle Creatianisten de formule van Lorabardus onderschrijven : „Creando infundit animas Deus, et infundendo creat." Verschil rees bij hen alleen over de vraag, wanneer de ziel in het embryo geschapen woidt. Tegen­ woordig zijn zij het er echter vrijwel over een», dat Gregorius Nyssenus het juiste standpunt innam, toen hij zeide, dat de ziel op het oogenblik der bevruc'ating geschapen en^met de vrucht vereenigd wordt.

Moeilijker is deze vraag te beantwoorden met betrekking tot de tweede theorie. Hier dient onderscheiden te worden tusschen het Traducianisme in zijn groveren en fijneren vorm. Vervolgens moet er mede gerekend, dat dcGeneratianisten deze theorie aanmerkelijk wijzigden. Spreker gaf een exposé van de verhandeling van Frohschammer, Von Struve en Daubanton.

Vervolgens werden de plaatsen uit de H. Schrift (Gen. 2 : ai, 22; Gen, 46 : 26 in verband met Hebr. 7 : 9, 10; Gen. 5 : 3), waar op de Traducianisten (Generatianisten) met na me Delitzsch, Vilmar, Shedd en Daubanton, en de plaatsen (Gen. 2:7; Pred. 12 ; 7; Zach. 12 : I en Hebr. 12 : 9) waarop de Creatianisten zich beroepen, behandeld. De conclusie luidde, dat in de H. Schrift 't Creatianisme geleerd wordt. In elk geval, dat de aanduidingen, die uit het Woord Gods ten gunste dezer theorie worden aangevoerd, sterker zijn dan die, waarmede de Traducianisten (Generatianister) hun gevoelen meenen te kunnen begunstigen. e bzd t z V g wbPde

Over de Confessie's der Christelijke kerken kon slechts zeer weinig gezegd worden, aangezien door geene enkele kerk eene der beide theorieën als een dogma geijkt is.

Daarom behandelde spreker nu aanstonds de dogmata, waarvan de Traducianisten (Generatianisten) staande houden, dat zij aan hunne ziens wijze steun bieden, n.l, 't rusten Gods na de Schepping, de erfzonde, de Vleeschwording des Woords en de Triniteit. Hierop volgde de toetsing eerst van het Traducianisme, daarna van het Generatianisme, welke tot de slotsom leidde, dat ongedeerd deze „conclusie" van Thomas van Aquino uit den strijd te voorschijn komt: Gum anima inteliectua sit substantia immateriaUs, et subsistens, cui debetur esse et heri proprium; non potest nisi per creationem a Deo causari."

Evenwel, ook tegen het Creatianisme worden ernstige bedenkingen ingebracht. Allereerst, dat op dit stanpunt de erfzonde of onverklaarbaar is, of zoo verklaard wordt, als met de deugden Gods onvereenigbaar is. Herinnerd werd hierbij, hoe reeds door Zanchius en Ursinus, en later o. a. door Voetius, Van Mastricht en De Moor dit bezwaar op alleszins bevredigende wijze is weggenomen, waarmede spreker zich vercenigde.

De tweede voorname bedenking is de overeenkomst zoowel in lichamelijken als in geestelijken zin tusschen ouders en kinderen. Bij de bespreking hiervan werden ter sprake gebracht onze onbekendheid met het wezen der ziel, de reactie, die zich al meer openbaart tegen de overdreven voorstelling van de erfelijkheid, het verband tusschen lichaam en ziel en 't feit, dat God de ziel van het kind schept in verband met het geslacht, waartoe het zal behooren, en de roeping, die het heeft te vervallen

Ten slotte werd nog gewezen op de gewich tige belangen, die bij de handhaving van het Creatianisme betrokken zijn. Het Creatianisme legt er nadruk op, dat de zielen der menschen niet in levenlooze eentonigheid naar hetzelfde model zijn geformeerd, maat dat ieder mensch iets (individualiteit, persoonlijkheid) heeft, dat hem alleen eigen is. Waar 't nu een uitnemend moment was in de Theologie van Schleiermacher, dat hij de groot; beteekenis van de menschelijke, vooral van de Christelijke persoonlijkheid zoo helder in het licht stelde, daar is het aan zijn invloed te danken, dat zelfs in Duitschland anders dan voorheen over 't Creatia nisme geoordeeld wordt.

In de tweede plaats is geene theorie beter in staat, gelijk reeds door Kuyper en Bavinck aangewezen werd, om de eigenaardige en zelfstandige positie van den mensch naar de eene zijde tegen over de engelen, en naar de andere zijd*" tegenover de dierenwereld vast te zetten, dan het Creatianisme. Het Traducianisme daarentegen verflauwt de grens tusschen mensch en dier en maakt de ziel stoffelijk.

Het Generatianisme verflauwt de grens tusschen den Schepper en het schepsel, waar het den mensch eene mogendheid toeschrijft, die uitsluitend Godes is. Zoo handhaaft ten laatste het Creatianisme 't kenmerk van alle ware religie: dat God waarlijk God blijft en de mensch nooit iets anders dan een nietig schepsel zij.

De voornaamste lotgevallen der School over 't afgeloopen jaar waren 't eervol ontslag, ap zijn verzoek, aan Dr. H, Franssen, die op zoo voorbeeldige wijze het finantieele beheer der School voerde; 't optreden in deze functie van Ds. A, M, Donner; de uitbreiding van het College van Curatoren met de h.h. Ds. Van der Munniken Ds. Douma; en het droevig overlijden vanden Rector in de Grieksche taal en letterkunde, den heer Dr. Joh. Kapteyn, in wiens plasts voorloopig de heer Dr. J. J. Esser, reeds als Lector in de Latijnsche Taai en Letterkunde aan de School verbonden, optrad.

Vier studenten werden bij den aanvang van den Cursus ingeschreven. Het geheele aantal studenten bedraagt 21.

Daarna werd het Rectoraat overgedragen aan Prof. M. Noordtzij.

Kort Verslag van de Classe Utrecht der Geref. Kerken, gehouden Woensdag 5 December 1906,

Namens de saamroepende Kerk opent Ds, Fernhout de vergadering. Z.Eerw. leest Ps. 99 en gaat voor in het gebed.

De geloofsbrieven worden onderzocht door de D.D. Buitenhuis en Schock. De afvaardiging is regelmatig.

Het moderamen wordt aldus geconstitueerd:

Ds. Velzen, praeses, Ds. Wisse, scriba. Ds. Ruys, assessor.

De notulen van de vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd.

Omvraag naar Art. Art. 41 K.O. en naar Art. V litt. a, b. c. der Classic. Regelingen.

Aan een 3 tal Kerken wordt advies gegeven in een tuchtzaak.

De bearbeidiug van een naburige plaats wordt nogmaals met ernst aanbevolen aan de Kerk van Doorn in samenwerking met de Kerk van Driebergen.

Deputaten naar Art. 11 K.O. komen ter vergadering om de vergadering van advies te dienen inzake het verzoek voor de Kerk van de £ om losmaking van haar Dienaar. Met medewerking van genoemde deputaten wordt tot losmaking van Ds. v. B. overgegaan.

Door deputaten wordt Rapport uitgebracht omtrent de visitatie in de Kerken van Montfoort, Linschoten, Harmeien en Vleuten, de Meern, Benschop en IJselstein, Amerongen, de Bilt, Doorn, Driebergen, Zeist, Zuilen.

Een tweetal rapporten van andere Kerken zullen op de volgende vergadering worden uitgebracht.

Aan de broeders Deputaten wordt opgedragen p de volgende vergadering voorstellen te doen ot wijziging van het visitatie-reglement, en inormatie in te winnen over de quaestie of het echt op de Kerkelijke goederen niet kan veraren.

Ds. Brouwer, consulent van de Kerk van uilen, rapporteert over de quaestie Zuilen— aarsen.

De classic, quaestor dient de begrooting in oor 1907, tot een ontvangst en uitgave van 842, 28. Wordt goedgekeurd.

De Quaestor voor de zending doet rekening n verantwoording over 1906. De ontvangst edroeg /1700.69I/2, de uitgave/ 1219.12I/2, oodat er een saldo is van / 481.57. Met ankzegging goedgekeurd.

Ds, Brouwer doet mededeeling van de begrooing der Zendingsontvangsten en - uitgaven voor 1907. Uitgaven f8944.—, ontvangstenf 7434.--, oodat er een tekort zou zijn van f 1510.—. oor onze Classe wordt dat een meerdere uitave van f211, 40. Deze meerdere uhgaven orden in hoofdzaak veroorzaakt door het ouwen van een school met helperswoning te oerworedjo. Om deze gelden te vinden zal oor de kerken in het eerste gedeelte van 1907 en extra collecte gehouden worden. Hetgeen an nog tekort mocht zijn, zal bijgepast worden it de reservekas-

Aan de hulpbehoevende Kerken zal de geone bijdrage uit de desbetreffende kas worden verleend. Bij één Kerk, die verhooging aanvroeg, zal een onderzoek in loco worden inesteld.

De vacatuurbeurten worden aldus geregeld: e Bildt, Ds, Wisse, Vleuten, Ds. Breukelaar n Ds. Ruys, Benschop Ds. Brouwer en Ds. Schock, Zuilen Ds. Fernhout,

De quota zijn alle gestort, Ood de collecte voor de Theol. Fac, Vrije Universiteit,

Op last der Classe,

J, L, JASPERS

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 16 december 1906

De Heraut | 4 Pagina's

Officieele Berichten.

Bekijk de hele uitgave van zondag 16 december 1906

De Heraut | 4 Pagina's