Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

N.-Amerika. Hoe zullen de Gere f. Kerken zich handhaven?

In dé^Wachier lazen wij een artikel dat zeer onze aandacht trok. Daarin wordt betoogd dat het volk in de omarming van het Methodisme ligt en dat er geen teekenen zijn die op eene kentering ten goede wijzen. Daarom is het voor de Gereformeerde Kerken, & Q door Gods voorzienig bestel in zulk een omgeving zijn geplaatst, eene levensvraag, hoe zij staande zullen blijven en hoe zij hare belijdenis en de tucht zullen handhaven. Er zijn pessimisten die beweren, dat de Gereformeerde Kerk en de Gereformeerde Theologie uitheemsche planten zijn die in den bodem van de nieuwe wereld niet tieren kunnen en daarom tot wegkwijnen opgeschreven zijn. De echte Calvinist laac het hoofd echter nooit moedeloos hangen. Al gaat bet tegen den stroom in, hij strijdt gemoedigd voort, wetende dat zijn arbeid niet ijdel is in den Heere. Hij beseft dat hij geroepen is om voor de omgeving waarin hij werd geplaatst, een zuurdeeg'en een zout te zijn.

Bij het najagen van dit groote doel dient de Gereformeerde prediking voorop te staan; dat is een prediking die de Gereformeerde leerstukken tot hun recht laat komen. Zoo deden de vaderen ook tegenover Rome.

Tegenover Rome's werkheiligheid stelden zij de rechtvaardigm'aking door het geloof alleen. Ook leerden zij het eenige Middelaarschap van Christus, het algemeene priesterschap der geloovigen, enz. De nood der tijden drong ertoe om te arbeiden, dat de geloovigen vast stonden juist in die stukken, waarvan de groote menigte afweek.

Zoo eischt de toestand van den tegenwoordigen tijd, dat men zich sterk maakt tegenover de dwalingen van het Methodisme. Ons volk dient vast te staan in de leer van Gods souvereiniteit of Gods genadige verkiezing. Als deze waarheid recht ingang gevonden heeft in de harten, dan volgt de leer der bijzondere verzoening, van den doodstaat van den zondaar, van de volharding der heiligen, vanzelf. Het groote punt waar alles om gaat is de vraag, wat zal in de prediking op den voorgrond staan, Gods werk of 's menschen werk, Gods wil of 's menschen wil? Wanneer Gods werk en wil op den achtergrond komen, dan is het slechts een quaestie van een of twee geslachten en ook de Gereformeerde Kerken van N. Amerika gaat op in ds vage, onbelijnde en oppervlakkige richting, die in de nieuwe wereld den boven toon heeft.

Den toestand van Amerika op godsdienstig gebied beschrijft het orgaan aldus:

„In de groote Presbyteriaansche Kerk is de echt gereformeerde prediking reeds lang contrabande. Er mag hier en daar nog eens een leeraar te vinden zijn, die tegen den populairen stroom oproeit, maar hij is een witte raaf; en hun die het nog zouden willen, f ontbreektj de moed en het geloof om voor het beste in huri belijdenis te ijveren. In de U. P. Kerk is de toestand wel iets beter, hoewel ook ten hunnent de echte Schotsche geest meer en meer v/egsterft. Van menigen kansel wordt b.v. de leer der uitverkiezing reeds ongestraft geloochend. In deRef. Church is het niet veel beter. In 't Oosten moge nog eens een Dr. Bishop opduiken, maar hij strijdt als een eenling. De streng gereformeerde prediking wordt er tevergeefs gezocht. Arminius en Wesley plaatst men niet beneden, maar veel eer naast en boven Gomarus en Calvijn. En wat den meer Hollandschen tak betreft, de geest van bet Oosten dringt immer krachtiger ook bij hen door. Op een enkele na houdt men wel vast aan de Ger. belijdenis en verschijnt er nog eens een zacht protest tegen leeraars die de leer openlijk durven aanranden. Ook zijn er die in hunne vrijmoedige en besliste prediking der gereformeerde waarheid in niets ten achterstaan bij een der onzen. Maar het blijven de uitzonderingen, want sinds jaar en dag is men bezig om de scherpste hoeken onzer belijdenis af te vijlen. Het hart wordt uit de gereformeerde prediking weggesneden, het „cor ecclesiae, " de leer der uitverkiezing, tot een doode letter gesteld.-Niet alsof men deze leer zou loochenen, o neen, maar men stelt ze op den achtergrond, ze is niet meer een kracht in de prediking, ze wordt zoo goed als doodgezwegen. Trouwens, deze leer past niet voor het volk, staat de verantwoordelijkheid des menschen in den weg, is gegeven voor de enkelen.

Dat dit zwijgen op een algemeene verwatering en ten slotte op een loochening der leer moet uitloopen, schijnt men maar niet te begrijpen. Door zulk een prediking toch baant men vanzelf den weg tot bet Methodisme. De tegenstand tegen de leer [der uitverkiezing is in vele Ref. gemeenten reeds opvallend sterk, alsmede tegen de onmacht des zondaars en de bizondere voldoening van Christus, want het laatste is gevolg van 't eerste. In plaats van zich in de voornaamste stukken onzer leer sterk te maken tegenover de dwaling, komt de dwaling in eigen boezem op. Van zwijgen tot vergeten, en van vergeten tot ontkennen. Waarlijk, deze kerk bevindt zich op een hellend vlak. Er is een snelle afloop als der wateren. Een gemis aan ijver tot het opwerpen van krachtige dammen tegenover de methodistische dwaling."

Wij kunnen niet beoordeelen of deze teekening van de Reformed Church juist is en laten haar baar dus geheel voor rekening van de redactie van De Wachter. Doch dit is ons toch duidelijk, dat hetgeen de vaderen eenmaal beleden en wat ook de kracht was van de „Pigrim fathers" die de eerste koloniën van N. Amerika, die zich konden handhaven, stichtten, door velen tegenwoordig wordt verloochend.

Het artikel in De Wachter besluit met de de volgende vermanende woorden:

„Zoodra 'smenBchen wil en werk op den voorgrond komt en Gods uitverkiezende genade op den achtergrond; zoodra „het redden van zondaren" hooger wordt geschat dan het roemen van Gods deugden, zoodra ook is van de gereformeerde prediking de pees doorgesneden en is onze strijdkracht verlamd. Onze tijd legt eenzijdig nadruk op menschelijke actie, pp goede werken, op allerlei christelijk streven, en hoe licht gaan we hierin mee. Onze leer is een leer niet naar den mensch en toch zijn we allen menschen. Ook onder ons zijn gebreken. Bij sommigen openbaart zich een neiging om meer Evangelisch dan Gereformeerd en Calvinistisch te zijn. Bij een enkele is de leer der uitverkiezing meer een aanhangsel, dan het hart der prediking. Men predikt zoo gaarne naar den wil der gemeente en is niet altijd getrouw in de ontvouwing van den vollen raad van God. En juist in dit laatste ligt onze hoop en tevens onze toekomst. We hebben behoefte aan de verkondiging van den raad des Heeren. Behoefte aan een hoekige en belijnde prediking. Behoefte om in alles ons uitgangspunt in God en niet in den mensch te zoeken. Zoo alleen schittert voor ons in de toekomst een star van hoop".

Wij gaan hiermede accoord. Ook in Duitschland had eenmaal voor dertig jaar de stem weerklonken van Dr. Zahn, die in het loslaten van de leer der Souvereiniteit Gods, oorzaak zocht van den achteruitgang der Gereformeerde Kerken in Duitschland. Men verzette zich echter over het algemeen tegen zijn roepstem, en de openbaring van de Geref. Kerk in dit land bleef zwak.

Maar wij vragen: moesten de Gereformeerde Kerken, juist omdat zij op zulk een sterk onwrikbaar fundament staan de Methodisten niet overtreffen in het zoeken van het verlorene? Is het geen bewijs van doodigheid als men zich door richtingen die zooveel zwakker staan, de loef laat afsteken in den arbeid der liefde? Moest niet de wetenschap, dat God de zijnen heeft onder de diepst gevallenen, die als parelen in het slijk der wereld vertreden liggen, den Gereformeerden belijders toeroepen, dat zij in heggen en stegen hebben te gaan om te noodigen tot de bruiloft des Lams?

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 maart 1909

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 maart 1909

De Heraut | 4 Pagina's