Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Klein-Azië. Een bloedbad onder de Armeniërs, Staatkundige woe 1ingen.

Het bestuur van den „Duitschen hulpbond voor christelijk liefdewerk in het Oosten" verzocht ons het volgende in dit blad op te nemen:

„Het lang voorspelde onweer is over het land losgebarsten. Geruchten als: „in Konstantinopel heerscht groote verwarring", „de stammen der Arabieren zijn in opstand", waarden rond. Wij geloofden er niet aan. Doch wij zouden het moeten gelooven. Op Zaterdag 17 April des morgens waren wij aan het werk in het hospitaal, toen wij plotseling menschen hard over de straat zagen loopen. Op de vraag wat er ge beurd was, antwoordde een, dat de Arabieren naar Marasch gekomen waren, een ander, dat de MahoiBedanen op de markt de Christenen vermoordden. Dit laatste bericht werd bewaarheid, ofschoon daarvoor niet de minste grond was aan te wijzen. Het is teekenend, dat niet één Mahomedaan gekwetst of gedood werd. De zoo plotseling overvallen Christenen konden aan geen verweer denken. Te 10 uur werd de eerste gewonde in ons hospitaal gebracht. Daarna bracht men er nog 13, waarvan de meesten levensgevaarlijk gewond waren; de meesten hadden dolk-en messteken in buik en borst, met doodelijke verwondingen in de ingewanden. Eenigen had men den schedel door bijlslagen verpletterd. 8 menschen stierven daarna in he hosoitaal aan hunne verwondingen. De tooneelen die' bij ons in het hospitaal bij het binnendragen der gewonden en het wegdragen der dooden plaats hadden, zijn niet te beschrijven. De re geering geeft zich kennelijk veel moeite om de orde te herstellen. Beschaafde en invloedrijke Mahomedanen zeggen: „dit heeft de lagere, onwetende bevolking gedaan, " Zij hebben als wilde dieren gewoed. Wij zien in het gebeurde het uitbreken van het fanatisme vah den Islam tegen de ongeloovigen. In de tweede plaats komt de haat tegen de nationaliteit. — Op 30 April kwamen 14 vluchtelingen, Armeniërs uit Hassan Bfjli, een groot Christelijk dorp in Vi ajet Adana. Zij zeiden dat eenige dagen geleden de Mahomedanen hun dorp overvallen en in brand gestoken hadden. Het dorp telde ongeveer 400 huizen. Vijftig uur verdedigde men zich met den moed der vertwijfeling. Daarna moest men voor de overmacht wijken. Ongeveer 150 menschen vluchtten naar een groot Christelijk dorp; 15 kwamen in Marasch. Onderweg werden onderscheidenen hunner door geweerschoten meer of minder gevaarlijk gewond. De ellende is vreeselijk groot. Het verkeer is gestremd, en hongersnood staat voor de deur.

Jammer genoeg dat de regeering hier niet de noodige troepenmacht heeft om meester van den toestand te blijven wanneer de hartstochten weer ontketend worden. Wij vernemen dat in het geheele Vilajet Adana veel bloed gevloeid heeft. Heden zag ik een man uit Charput, die met 20 metgezellen naar Adana wilde gaan om daar werk te zoeken. Te Eloghu, 5 uur van Marasch, werden zij door Tsjerkessen overvallen; 17 hunner werden neergesabeld, drie konden naar Marasch vluchten.

Woensdag 21 April, In de stad is in de drie laatste dagen niets gebeurd. Des Maandags zagen wij het Christendorp Kischiftli branden. De regeering zond er soldaten heen; zij doet tegenwoordig haar best om meester van den toestand te blijven. Zij bracht er de Ameniëra weer toe hunne winkels te openen. DeFransche consul liet ons een telegram uit Aleppo zien, volgens hetwelk 150 man cavallerie naar Marascb^gezonden zijn.^ Meer troepen zouden volgen.

In een anderen brief wordt hetzelfde in nog levendiger kleuren geteekend. Men vreest dat het gerucht waarheid bevat, volgens hetwelk wat CU gebeurd is slechts een begin zou zijn der ellende, en dat het ergste nog volgen moest. Vluchtelingen uit de dorpen zijn bij den Pascha geweest, om hem om bescherming te smeeken, maar hij was als doof. Op Vrijdag 14 April verzekerde hij nog, dat er niets zou gebeuren, en op den 17 den April begon het moorden al. De moordenaars gaan nog heden met zwaarden en messen, bloeddorstig grijnzend, door de straten en zijn satanisch blij over hun volbracht werk, want zij weten dat zij niet gestraft zullen worden.

Allen die dezen nood mede willen helpen lenigen, kunnen hunne gaven zenden aan den heer Friedrich Sehuchardt, Frankfort a.M, , Fürstenbergerstrasse 151.

Al kunnen wij onze lezers niet anders dan aanmoedigen om voor de ongelukkige Armeniers gaven af te zonderen, toch meenen wij wel te doen, mede te deelen wat in een Duitsch blad, de Allgem. E). Luih. Kirchenzeitung, omtrent de vreeselij ke moorden die in Klein Azië plaats hadden, wordt medegedeeld.

De officieren van een kruiser die door de Fransche regeering naar Klein-Azie was gestuurd, gingen dezer dagen van Mersina naar Adana en bezochten in het Fransche klooster dal tot een toevluchtsoord voor geredde Armeniërs geworden was, de slachtoffers van de jongste moordtooneelen. Zij waren verslagen toen zij de gevolgen van den jongsten burgeroorlog zagen. Maar nog meer stonden zij verbaasd toen de prior hun het volgende zeide: „Sedert de constitutie is afgekondigd, hebben de Armeniers een uitdagende strijdlustige houding aangenomen. Zij maakten er geen geheim van, dat zij zich van Turkije wilden losmaken en de wederoprichiing van een Aimenisch koninkrijk verlangden. Zij verbreidden oproerige geschriften op de straten, bliezen den nationalen haat aan; in de schouwburgen speelde men stukken, waarin de Turken beschimpt en gesmaad werden.

Men was zelfs zoo onverstandig om de plaatselijke overheid uit te noodigen, zulke voorstellingen bij te wonen. De Armenische bisschop steunde deze beweging, riep op hartstochtelij ken toon ten strijde en vermaande de Armeniers hunne laatste bezittingen te verkoopen en daarvoor geweren aan te schaffen".

Daarop gebeurde de zaak van de verkrachting eener Mohamedaansche vrouw en het vermoorden van baren wreker door twee Armeniers. Toen brak de storm los.

Nu willen wij gaarne aannemen, dat de Armeniërs zich van Turkije willen losrukken omdat zij zooveel onderdrukking van den Turk hebben moeten lijden, doch het is niet te ontkennen, dat bet menschenslachten in Klein-Aiië nu in een ander licht voor ons komt te staan.

Dit neemt echter niet weg, dat wij het warm aanbevelen om de ongelukkige Armeniers te helpen.

Opmerkelijk is het, dat de Fransche regeering steeds meent het voor de Oostersche Christenen te moeten opnemen. Deze regeering voert tegen de Kerk des Heeren in haar eigen land den bittersten oorlog, doch acht zich daarbij geroepen als beschermheer voor alle Christenen in het Oosten, bij den Sultan van Turkije op te treden! Het spreekt van zelf, dat het geschiedt om op het terrein der buitenlandsche politiek zich te laten gelden. Dezelfde regeering die in Frankrijk zelf de Kerk van Christus tegenstaat en op allerlei manier baar onrecht aandoet, is in hare koloniale politiek er op uit om de Roomsche missie te bevorderen.

Of op den duur het Turksche rijk zal dulden, dat de Europeesche mogendheden zich met zijn zaken bemoeien, is de vraag. De afgezette Sultan werd door de grootmachten van Europa behandeld als de zieke man van den Bosporus; de Jong-Turken zullen alles in het werk stellen om van die voogdij ontslagen te worden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 mei 1909

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 mei 1909

De Heraut | 4 Pagina's