Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bij de overdracht van het Rectoraat

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bij de overdracht van het Rectoraat

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam, 2ï October.

Bij de overdracht van het Rectoraat aan de Vrije Universiteit hield de aftredende Rector, Prof. Dr. H. H. Kuyper, een rede over het zedelijk karakter der Reformatie. Uit het persverslag nemen we het kort resumé van deze rede over:

Naar aanleiding van de Borromeus-encycliek wees hij er op, hoe de zooveel aanstoot gevende uitlatingen van den Paus over de beginselen, de personen en de gevolgen der Relormatie, niet op zich zelf stonden, maar een heele historische school vooral in Duitschland, met name DöUinger, Janssen en Denifia, met een stroom van citaten en actestukken trachtte aan te toonen, hoe verderfelijk de Reformatie op zedelijk gebied had gewerkt. Na met enkele voorbeelden te hebben aangetoond, hoe het citatenbewijs dezer Roomsche schrijvers niet zelden onjuist was, besprak hij esrst de vraag van het beginsel, waarvan de Reformatie was uitgegaan. Spreker gaf toe, dat enkele paradoxale uitspraken bij Luther en Zwingli den indruk maken, alsof de zedelijke norm verzwakt was, maar toonde daarna aan, zoowel uit de belijdenisschriften der Protestantsche Kerken, als inzonderheid uit Luther's geschriften, dat deze uitspraak onjuist was, het zondebesef juist was verdiept, de eigengerechtigheid was weggenomen en de noodzakelijkheid der goede werken bleef gehandhaafd, zij het dan ook uit een ander en hooger motief dan bij Rome. Wat de personen der Reformatoren betreft, meikt de spreker op dat zij zeker geen volmaakte heiligen of ascetische vromen in den zin der Roomsche Kerk zijn geweest, maar dat het protestantsche levensideaal een ander is dan van Rome Toegegeven wordt, dat Zwingli in zijn jeugd verkeerd geleefd had, maar van Luther en Calvijn kan dit niet gezegd, al zal Rome over Luther's huwelijk anders oordeelen dan wij. Aan de rechtschapenheiden strenge zedelijkheid van Calvijn's karakter brengt ieder historie-schrijver hulde. Spreker weerlegt enkele onjuiste beschuldigingen tegen Luther ingebracht en toont, hoe Luther's karakter vol van contrasten was, waaraan echter een waarlijk vroom karakter ten grondslag lag. Wat de gevolgen der Reformatie aangaat, erkende spreker, dat de berichten van Luiher zelf en van tijdgenooten uit de dagen der Reformatie op veel verwildering der zeden wijzen, al mag hierbij niet vergeten, dat hetzelfde ook in Roomsche landen te constateeren viel. De oorzaken van dezen minder gunstigen toestand ziet spreker daarin, dat ie een stroom van libertinisten zich bij de Retormatie aansloot en daardoor 't bedetf binnen de Kerk bracht; 2e dat in Duitschland de landskerk door de O •verheid Gereformeerd werd van boven af, en ten 3 e dat de tucht aan de Kerk ontnomen was. Waar nog bij kwam de 30 jarige oorlog, die Duitschland teisterde. In Frankrijk, waar de Reformatie een zuiverder verloop nam, was de zedelijke toestand veel beter. Ten slotte wees spreker er op, dat Luther's vrees voor het moralisme der Roomsche Kerk hem wellicht te veel naar den tegenovergestelden kant had gedreven, waarom Spreker Calvijn dan ook hooger stelde, die het religieuze en ethische element beide tot hun recht deed komen doo' uit te gaan van de Souvereihiteit Gods. Vandaar dat juist in Calvinistische landen de zedelijkheid zooveel hooger stond en vooral hier de ethische kracht der Reformatie bleek.

Vervolgens werden de Annalen voorgelezen, waarbij de dank der Uoiversiteit werd overgebracht aan Prof. Rutgers, die zoo lange jaren de School gediend en nu emeritaat genomen had. Prof. Woltjer Sr. werd gelukgewenscht met zijn volbrachten arbeid voor de ineeuscbakeiing van het Onderwijs; vermeld werd dat 148 studenten waren gerecenseerd en 18 voor 't eerst ingeschreven; waarna de Spreker het rectoraat aan Prof. Bavinck overdroeg.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 oktober 1910

De Heraut | 4 Pagina's

Bij de overdracht van het Rectoraat

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 oktober 1910

De Heraut | 4 Pagina's