Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Prof. Bouwman verklaart

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Prof. Bouwman verklaart

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prof. Bouwman verklaart thans in de Bazuin, dat hij met de door ons aangehaalde woorden noch Dr. Aalders noch iemand heeft willen krenken; van een verdenken van de eerlijkheid en oprechtheid van Dr. Aalders was geen sprake; gaarne neemt hg aan, dat Dr. Aalders geheel te goeder trouw heeft gehandeld.

Na deze ronde en ridderlijke verklaring zullen we niet twisten over de vraag, of de bedoelde woorden bij een onbevangen lezer niet den indruk konden wekken, dat er heel wat achter de schermen gebeurd was, dat het licht niet verdragen kon. We namen terstond aan, dat Prof. Bouwman het niet aldus, bedoeld had en verblijden ons hiervan thans de bevestiging te ontvangen. Het misverstand is daardoor geheel uit den weg geruimd.

En niet minder genoegen deed het ons, dat Prof. Bouwman, die onze verklaring omtrent de houding der Vrije Universiteit inzake de benoemingen te Kampen overnanii niet alleen de juistheid van wat we zeiden bevestigde, maar er aan toevoegde, dat ook naar zijn oordeel „de houding door de broeders in Amsterdam in de zaak der benoeming aangenomen geheel correct is geweest."

Dit getuigenis van een hoogleeraar te Kampen bewgst wel afdoende, hoe onjuist het verwijt was, alsof de Vrije Universiteit zich in deze zaak minder fair zou hebben gedragen.

Wanneer De Wachter daarentegen met onze verklaring niet tevreden is en naar aanleiding van deze verklaring allerlei vragen stelt, die met de quaestle zelf niets te maken hebben, dan willen we liefst het zwijgen daartoe doen. Indien de redactie nadere inlichtingeo wil hebben, kao se die bl^ de betrokken perioaea z«lf vragen. Dsn sal «e zien, hoe ongegrond het vermoeden li, ^ dat

uit deze vragen spreekt. Elk nader antwoord onzerzigds zou onkiesch z^'n tegenover de betrokken personen en, naar we vreezen, toch weer met wantrouwen ontvangen worden.

Voordat we van deze quaestie biermede voor gosd afstappen, z^ echter eerst plaats gegund aan een schrijven van Prof. Fabius, dat met dezelfde zaak in nauw verband

Aan de redactie van De Heraut van de Gereformeerde Kerken in Nederland.

Geachte Redactie !

In no. 1818 van u» blad bespreekt u het vetwijt, ahof de Vtije Universiteit bij de onlangs voor de Taeologische School der Gereformeerde Kerken gedane benoemingen „een min nobele rol ïuu hebben gespeeld".

Ik vertrouw mi} niet te vergissen, als u daarmee doelt op eene uiting van Ds. J. C. Sikkel, wieos woorden door u in verband worden gebracht met twee ingezonden stukken mijnerzijds, un welke De Standaard de sen zomer plaats verleende

Maar is het wel mogelijk daaraan te denken ter vetklating van Ds. Sikkel's opmerking?

Hoezeer deze ook mij vreemd voorkwam, heb ik toch geen oogenblik er aan gedacht, dat zij zou slaan op wat ik heb geschreven.

Immers kwam dat, gelijk ik uitdrukkelijk verklaard heb, alleen voort uit de overtuiging, dat ds tweeërlei opleiding schade doet aan den vrede der Kerken, en gaf ik duidelijk te kennen, dat voor mijn optreden niemand baiten mij eenige verantwoordelijkheid droeg.

En zou Ds. Sikkel dan gemeend hebben te zeggen, dat aan een en ander geen geloof was slaan, en de geheime drijfveer bij mij was geweest den toestand der Kerken dienstbaar te maken aan voornoemde belangen der Vrije Universiteit, die als geheel achter mijn schrijven school ?

Zoolang Ds. Sikkel zelve niet zoo iets verklaart, moet ik weigeren daaraan geloof te hechten.

Maar wat zou dan de weinig ciitiek beteekenen? vriendelijke

Aan mij staat het niet daarvan uitlegging te ^geven. Ook zou ik geene kans daartoe zien.

Met dank voor de plaatsing,

Uw dw. D. P. D. FABIUS.

Amsterdam, 12 Nov. 1912.

Met opzet is, waar we het tegen de Vrije Universiteit ingebrachte verwijt bespraken, door ons geen naam genoemd. Eiken schijn van persooalqke polemiek wilden we liefst vermijden. Nu Prof. Fabius toch'een bepaald blad aanduidt, hebben we geen bezwaar te erkennen, dat metterdaad het genoemde blad door ons bedoeld was, zi^ het dan ook niet alleen.

Minder juist daarentegen is de conclusie, dat wat we op het verwet antwoorden uitsluitend betrekking had op de beide door Prof. Fabius XaDe Standaard g& ^\xb\\ctntAt brieven. Onze opmerking, dat de Vrije Universiteit natuurlijk niet aansprakelijk kon gesteld worden voor wat één van hare hpogleeraren schrijft, was algemeen en sloeg, om slechts dit eene voorbeeld te noemen, evenzeer op wat we zelf In De Heraut schreven.

DR. H. H. K.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 november 1912

De Heraut | 4 Pagina's

Prof. Bouwman verklaart

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 november 1912

De Heraut | 4 Pagina's