Officieele Gerichten.

L. S.

De classe Brielle der Geref. kerken heeft in hare vergadering van 6 Nov, j.l. praeparatoir onderzocht en betoepbaar gesteld de heeren J. W. Esselink (adres: Stad a/'t Haringvliet) en C. Koppenaal, candidaten in de theologie. De laatste verzoekt, wegens voortzetting der studiën, den kerken, vooralsnog geen beroeping op hem nit te brengen. Zijn adres blijft: Amsterdam, Keiiengracht i6a.

Dl, E. J. AALBIBT»,

seriia dtr classe Brklk.

Kort Verslag van de vergadering der Classis Amersfoort, gehouden 8 Oct. 1913.

1. De vergadering wordt op de gebruikelijke wijze door Ds. Lanting geopend. In het moderamen nemen naast den Praeses zitting Ds. Knol als assessor en Ds. Meynen als scriba.

2. De Praeses richt een hartelijk welkomstwoord tot de predikanten de Jager en Munnik, die voor het eerst ter vergadering zijn, en spreekt een woord van deelneming tot de ligevaardigden van Veenendaal met het overlijden van br. Hiensch.

3. De credentiebrieven worden nagezien en in orde bevonden. De notulen gelezen en goedgekeurd.

4. Een schrijven uit de Classis Almkerk wordt voor kennisgeving aangenomen.

5. In de plaats van Ds. Horjus, die naar Breda vertrekt, wordt tot deputaat voor de zending benoemd Ds. Lanting; sec. Ds. Sybesma.

En voor de inning der collecten voor de Theol. fac. der V. U. Ds. de Jager.

De boeken worden nagezien en in de beste orde bevonden.

6. Ds, Donner rapporteert in zake de stukken van Ds. Horjus, die het beroep aannam naar Breda, van Ds. de Jager en Ds. Munnik, die overkwamen naar de Iterken Scherpenzeel en Bunschoten, en van Ds. Offdnga, beroepen predikant naar Westbroek.

7. De verschillende deputaten worden gecontbueerd en zoo noodig aangevuld.

8. In zake de Zending deelen de afgevaardigden mede, dat de meeste kerken tot verhooging der bijdrage besloten.

9. Bij de rondvraag naar art. 41 wordt een der kerken geadviseerd in een tweetal gevallen over te gaan tot toepassing van de tweede trap der censure. Een hangende quaestie in een andere keik wordt aan keikvisitatoren opgedragen.

10. Tot consulent van de kerk van Soest wordt Ds. Meynen aangewezen.

II. De vacaturebeutten worden als volgt geregeld:

Soest: Nov. Ds. Meynen; Dec. Ds. Teerink. Maartensdijk: Oct. Ds. Donner; Nov. Ds. Sybesma; Dec. Ds. Meynen.

Renswonde: Oct. Ds. den Hengst; Nov. Ds. de Jager, Dec. Ds. Munnik.

Westbroek: Nov. Ds. KnoU; Dec. Ds. Lanting.

12. Roepende kerk voor de volgende vergadering is Bunschoten, praeses Ds, Meynen.

13. De Praeses richt zich ten slotte tot Ds. Horjus, die voor het laatst ter vergadering is, en bidt hem bij zijn vertrek naar Breda Gods besten zegen toe, waarop Ds. Horjus op recht hartelijke wijze wordt geantwoord.

14. Niets meer aan de orde sluit de Praeses de vergadering. Ds. Knoll gaat voor in dankzegging.

Namens de Classis

J. G. MEYNEN, Scriba.

Baarn, Oct. 1912.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen