Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Was wel met eenige bezorgdheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Was wel met eenige bezorgdheid

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam, 19 December 1913.

Was wel met eenige bezorgdheid het op treden der nieuwe Regeering tegemoet gezien met het oog op de Kerk, de Zending en de School, zoo kan niet anders getuigcT, dan dat het Ministerie Gort van der Linden eer mee-dan tegenviel.

De vraag in hoeverre het feit, dat de Christelijke partijen in de Eerste, Kamer nog de meerderheid hebben, en in de Tvi^eede Kamer de Regeering wel meermalen den steun van rechts noodig zal hebben, op deze welwillende houding der Regeering van invloed is geweest, laten we rusten. In een land als het onze, waar de partijen bijna tegen elkander opwegen, zou een politiek a outrance een onmogelijkheid wezen. Elk Kabinet, ook al was het parlementair geweest, zou rekening heibben moeten houden met den machtigen invloed, dien de Christelijke Staatspartijen uitoefenen. In een land als Frankrijk, waar dit tegenwicht geheel ontbreekt, en het liberalisme, radicalisme en socialisme oppermachtig heerscht, ziet men hoe geheel anders de Regeering tegen al wat maar Kerk heet optreedt, en met wat hartstochtelijke woede daar de zoogenaamde laiciseering van de School wordt doorgezet. Nu mag onze volksaard zelf conservatiever wezen en van alle uiter-" sten een afkeer hebben, en meê daaraan te danken wezen, - dat het liberalisme ten onzent niet een dergelijk scherp geteekend antirehgieus karakter, vertoont als in Frankrijk, maar de factor, die niet minder invloed uitoefent is, dat elke Regeering, die opzettelijk de religieuze belangen zou aantasten, daarmede een storm ontketenen zou onder het volk. Kappeyne's scherpe resolutie is in dat opzicht een les gevi^eest, die het liberalisme niet Hcht zal vergeten. Doch de psychologische verklaring van het feit, dat bij de verkiezingen van liberale zijde zoo scherp de Zending werd aangevallen, voor de vermeende rechten der Hervormde Kerk werd opgekomen, tegen Roomschen invloed werd getornd en de bevoorrechting der Openbare School werd geëischt, terwijl thans de Regeering, die, al mag ze dan niet parlementair zijn, toch uit deze verkiezingsactie is voorgekomen, zeker niet agressief, veeleer tegemoetkomend en verzoenend tegenover ons optreedt, — behoeft ons hier niet verder bezig 'te houden. Zelfs willen we gaarne hulde brengen aan den nobelen zin van den Staatsman, die thans het roer van Staat in handen heeft en die reeds jaren geleden geheel propio motu opkwam voor de vrijheid van het onderwijs, niet alleen voor de lagere, maar ook voor de hoogere School. Hoofdzaak is voor ons echter, nu het belangrijkste deel der politieke debatten over de Staatsbegrooting is afgeloopen, en bij deze eerste rencontre va; n Ministerie en Volksvertegenwoordiging ook de lijnen duidelijk zijn geworden, die de Regeering volgen zal, vast te stellen, wat van dit nieuwe Ministerie te wachten, i.s voor wst we onze religieuze belangen zouden willen noemen.

Wat nu de Zending betreft, bleek het oude spreekwoord waar, dat een Jakobijn, die Minister wordt, nog niet altoos een Jakobijnsch Minister is. De felle redevoeringen, die de heer Ple3-te als liberaal verkiezing.s-debater hield., deden wel het ergste vreezen, toen hij als Minister van Koloniën in het nieuwe Kabinet optrad. Idenburg zou gedwongen worden terstond' zijn ontslag te., nemen; aan de Zending zouden alle voorrechten weer ontnomen worden; een anti-christelijke geest zou in onze koloniale politiek den toon aangeven. Maar hoe donker de hemel ook scheen, nauwelijks trad de nieuwe Minister van Koloniën op, of de walken braken en het zonnelicht brak weer door. Idenburg bleef gehandhaafd en zijn beleid werd geroemd. Van een anti-christelijke politiek zou geen sprake wezen. Aan de Zending werd ook voor de toekomst steun, beloofd. In zake Soemba mag de lucht nog niet geheel opgeklaard wezen, maar overigens kunnen, we dankbaar zijn. Struikelblokken en hinderpalen zal de Regeering aan de Zendings­ v actie niet in den weg leggen ; veeleer kan^ t deze actie op een welwillende houding der d Regeering rekenen.

Wat het kerkelijk vraagstuk betreft, zal de Regeering zich stipt onthouden van al wat naar bevoorrechting van één Kerk en epressief optreden tegen een andere Kerk h g w i 'zweemt. Op: het ».ultr, amo? ? taansclie gevaar«moge'bij de debatten: van liberale zijde nogeehs gewezen zijn^. maat dat was meer om de-verkiezingscampagne goed te praten, : dan-dat inen.aan heusche, maatregelen tegenonze Roomsche landgenooten dacht, ert de Regeering verklaarde in elk geval van - een Kulturkampf tegen Rome niets te willen weten, evenmin als van het schenken van nieuwe privilegies aan de Hervormde Kerk. Het grondwettelijk standpunt, dat de Regeering alle godsdienstige gezindheden gelijke bescherming verleenen zal, wordt door het Kabinet stipt gehandhaafd. Wel zal de Regeering, wanneer Grondwetsherziening aan .de orde komt. Artikel 171 buiten het geding laten en blijft het onrecht voortdui'en, dat-de talrijkste Protest-antsche Kerkengroep, de Hervormde Kerk uitgezonderd, geen subsidie ontvangt, maar het zou niet goed wezen deze Regeering daarvan een verwijt te maken, waar een rechtsch Ministerie evenzoo bij een generale Grondwetsherziening revisie van Artikel 171 niet aandorst. We hebben alleen dankbaar te wezen, dat het gelijk recht van alle Kerken ook door deze Regeering blijkbaar als maxime aanvaard wordt.

En eindelijk vVat de School aangaat, heeft de Regeering, al zal ze zelf het initiatief niet nemen om de Schook]uaestie op te lossen, toch zich bereid verklaard, de helpende hand te bieden om tot een goede oplossing te komen. Ze zal dit doen door een Staatscommissie in te stellen, waarin de verschillende partijen zullen vertegenwoordigd zijn ; deze Staatscommisie zal niet gebonden worden aan een nauwkeurig omschreven mandaat, maar de verschillende vraagstukken zullen hier vrij mogen besproken worden; en wanneer het gelukt tot een voorstel te komen, , dat ook in de Tweede Kamer een meerderheid vindt, zal de Regeering op verzoek der Kamer bereid wezen om dit voorstel, yoorzoover het ook wijziging der Grondwet beoogt, in de Grondwetsherziening op te nemen. Vooral de zeer .sympathieke woorden, die Minister Cort van der Linden over onzen strijd voor het vrije onderwijs sprak en 'de openlijke erkenning, dat ons jarenlang onrecht was aangedaan, zijn óns zeer aangenaam geweest. Van het hoofd eener liberale Regeering was dit nog nooit zoo onomwonden verklaard.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 21 december 1913

De Heraut | 4 Pagina's

Was wel met eenige bezorgdheid

Bekijk de hele uitgave van zondag 21 december 1913

De Heraut | 4 Pagina's