Afnemend getal der theologische studenten.

Naar aanleiding van de opmerking door Prof. Fabius en Mr. de Vries in den Gemeenteraad gemaakt, dat het aantal theologische studenten aan de gemeentelijke Universiteit te Amsterdam > verloopt*, waarom ze zelfs op opheffing van deze theologische faculteit aandrongen, heeft Prof. Dr. H. A. van Bakel, buitengewoon hoogleeraar in de Theologie aan de gemeentelijke Universiteit, in de Hervorming een statistiek gepubliceerd, loopende over de laatste 10 jaren, waarin hij voor elk jaar aangeeft hoe groot het getal was van de voor 't eerst ingeschreven theologen en hoeveel het totaal getal van de theologische studenten bedroeg, om daarmede aan te toonen, vooreerst dat de achteruitgang een algemeen verschijnsel was, en ten t«'eede dat betrekkelijk genomen de theologische faculteit van de gemeentelijke Universiteit te Amsterdam nog 't minst te klagen had, ja zelfs op zekeren vooruitgang in dit laatste jaar wijzen kon.

Nu willen we in dit geding tusschen de heeren Fabius, de Vries en van Bakel ons niet mengen. Chacun prêche pour sa paroisse en 't is volkomen te begrijpen, dat Prof van Bakel een poging waagde om zijn bedreigde Theologische faculteit in 't leven te behouden.

Van meer belang is de statistiek zelf, omdat ze doet zien, hoe sterk bij de Rijksuniversiteiten de ' afname van het aantal theologische studenten is. We nemen deze statistiek daarom hier over:

Voor 't eerst ingeschrevenen.

A'dam Gronin-Kam-(G.-U.) Leid. Utr. gen V.-U. pen. 06-07 6 13 47 8 3 4 07—08 5 19 46 9 10 9 08-09 14 17 44 9 6 6 09—10 6 16 32 10 6 10 10-11 5 11 39 10 5 2 11-12 7 10 23 6 10 5 12—13 9 24 18 10 12 2 13—14 9 8 24 3 13 9 14-15 3 9 26 3 10 11 15—16 5 10 12 7 4 6

Geheele aantal ingeschrevenen.

06-07-08-09-10 11-12-13-14-15--07 •08 - 09 - 10 U - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 A'dam (G.-U.) 19 18 17 23 26 22 16 19 15 20 Leid. 74 81 79 84 82 71 80 71 63 47 Gronin-Utr. 200 196 183 166 164 155 120 114 110 78 gen 41 36 33 33 33 34 34 31 22 20 Kam-V.-U. pen. 44 21 44 26 33 26 30 31 27 30 27 31 33 28 40 27 45 30 39 33

Het feit, dat in Leiden in tien jaar tijds het aantal theologen terugliep van 74 op 47, te Utrecht van 200 op 78, en te Groningen van 41 op 20, toont wel, hoé ernstig het gevaar is, dat de Hervormde Kerk bedreigt. Amsterdam's Gemeentelijke Universiteit bleef ongeveer op hetzelfde getal staan, maar voor de Hervormde Kerk baat dit niet, omdat de studenten, die hier studeeren, niet naar de Hervormde Kerk beroepbaar zijn. Wat onze Gereformeerde Kerken betreft, is het gevaar zeker niet zoo groot; neemt men het aantal theo logen aan de Vrije Universiteit en de Theologische School saam, dan is er in deze tien jaren zelfs een vermeerdering van 65 tot 72, terwijl het laatste jaar toevallig èn voc^r de Vrije Universiteit èn voor de Theologische School bijzonder slecht was. Een verschijnsel, dat toevallig in dezelfde mate zich te Utrecht voordeed, waar het aantal nieuw ingeschreven theologen plotseling van 26 op 12 daalde. Waaraan dit toe te schrijven is, valt moeilijk te zeggen. Voor de Vrije Universiieit en de Theologische School toonen deze cijfers wel, hoe er telkens zekere schommeling val waar te nemen, zcodat uit de teruggang van één jaar nog allerminst een conclusie valt te trekken.

Er i.s in elk geval geen enkele reden om te meenen, gelijk onlangs een lezer van ons blad ons voorstelde, dat de predikantennood onzer Kerken terstond verholpen zou kunnen worden, wanneer we maar bereid waren evenals de Hervormde Kerk Staatstraktementen te aanvaarden. Uit deze statistiek zou eer het omgekeerde zijn af te leiden. Indien het aantal theologen aan de Rijksuniversiteiten in den loop van de laatste tien jaar beneden de helft daalde, dan blijkt daaruit wel, hoe weinig begeerte er tot het predikambt in de Hervormde Kerk trots haar Staatstractementen bestaat. Dat de cijfers, die Prof. van Brakel in deze statistiek opgaf voor de theologische studenten aan de Vrije Universiteit zeer belangrijk afwijken van de officiëele opgaven, telken jare door den Rector der Vrije Universiteit in de Annales Academici gegeven, en wel ten nadeele van de Vrije Universiteit is blijkbaar daaraan te wijten, of datjf|Prof. van Brakel meent, dat deze officiëele cijfers niet te vertrouwen zijn, óf omdat ze berusten op een anderen maatstaf dan aan de Rijksuniversiteiten voor het student zijn wordt aangelegd, waarom deze cijfers voor een vergelijkende statistiek niet gebruikt konden worden, In hoeverre dit standpunt juist is en of de de door Prof. van Brakel gegeven cijfers nu metterdaad aan de werkelijkheid beantwoorden, zullen we een volgend maal zien.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen