„Dit is Gods binger".

'I'oen zeiden de toovenaars tot Pharao; Dit is Gods vinger. Doch Pharao's hart verstijfde, zoodat hij naar hen niet hoorde, gelijk de HEERE gesproken had. Exodus 8 : 19.

Niet • alles wat ons gebeurt, maakt gelijken ndruk op ons gemoedsleven. Van vroeg - in den orgen tot laat in den ayond heeft er in ons igen leven, in ons gezin, bij ons werk en in heel nze omgeving allerlei plaats, dat ons in niets bijzonder aandoet, en waar we, zóó als 't voorbij is, niet meer aan denken. Het is dan alles een kabbelende stroom van allerlei gewone wateren, in wier midden ook ons scheepke zich rustig voortbeweegt. Veelal merken we er dan ook niet op, en grijpt 't ons niet aan. En als weer een week, een. maand, een jaar om is, zou 't u. zelfs moeilijk vallen, zoo niet onmogelijk zijn, om wat in en om u voorviel nog nauwkeurig u te herinneren. Vooral bij het verhoor van getuigen bij den rechter komt dit telkens weer uit. Maar al valt die zwakheid van de ontvangen indrukken in den regel niet te ontkennen, toch kent ieder, op zijn manier, zeer enkele oogenbhkken in zijn verleden, die altijd weer van zelf bij hein opkomen, die hij nooit vergeet, en waarin hij gedurig met heel zijn voorstelling in terugleeft, als zag hij 'tgeen er in voorviel, zóó pas gebeuren.

Er is dan ook onderscheid. \'an den éeneii kant vloeit 't verleden van ons weg, zonder een heugenis dien naam waard achter te laten, maar daarnaast staan enkele dingen uit ons verleden.

die we nimmer vergefen, en die telkens weer, geheel vanzelf, in ons opkomen.

Wie nabij zijn conscientie leeft, .weet maar al te goed, hoe dit meer dan eens het geval is met een begane zonde, waarvan de pijnlijke heugenis ons rusteloos achtervolgt, en hoe lang het duurt eer ge in gerustheid voor God betuigen, kunt, dat ook die zonden voor uw eigen besef in de diepte der zee zijn geworpen en verdwenen.

Maar ook afgezien hiervan zijner herinneringen aan op zichzelf onschuldige feiten in ons ver; ledQn, waarvan we eerst veel later inzien, waarom God ze" ons gedurig weer te binnen brengt.

' Niet zelden echter zijn er in iemands leven zoo enkele voorvallen geweest, die een overwegenden invloed op heel zijn verder leven hebben geoefend, en wier inwerking op zijn persoon en levenslot zoo albeheerschend was, dat hij er Gods vinger in herkend heeft, en er /.iin God als in ontmoet heeft.

VVaarom dit zoo toegaat, kunnen we niet uitmaken. Het behoort tot die »allerbijzonderste Voorzienigheid Gods«, die vooral in \yie Jezus üoebehooren, den gang van hun leven beheerscht.

Gods voorzienig bestel is natuurlijk in alles wat oas overkomt, geen ding uitgezonderd, maar het is er de ééne maal zoo heel anders mee dan den anderen keer. Digen, .weken, maanden lang zal 't al ons gewone leven zijn, zonder schok of stoot, en dan op eens zal er iets in voorvallen, dat als een punt van diamant ons van verre tegenblinkt, en waarvan we voelen dat 't een geheel bijzondere beteekenis voor heel onze existentie heeft.

In ons aardsche leven voelt bijna ieder dat, zoo hij zich afvraagt, wat het bijzondere was, dat hem of haar ten huwelijk leidde. Een ontmoeting, die vanzelf plaats greep. Een gesprek dat 't hart ontsloot. Een blik van neiging en bedoelen die aantrok. En wie anders dan God was 't, die het aïzoo beschikt heeft.

En evenzoo gaat't geestelijk-toe. Bijna altoos is er in elke krachtaadige bekeering zulk een sterk sprekend uitgangspunt. En dit ééne punt in 't leven heeft dan ten slotte toch u* zin en wil omgebogen. Gods vinger in uw persoonlijk leven.

Doch zoo nu ook is het oprnerkelijk, hoe 't God believen kan, om in ons levensgebeuren als met den vinger op dingen en feiten te wijzen, die zoo wonderbaar heel onze toekomst be heerschen kunnen en geheel de richting van ons verder leven bepalen.

Zelf maakte schrijver - dezes er geen geheim van, hoe hem zulks meer dan eens overkwam.

Eerst bij de prijsvraag over a Lasco. Op heel de wereld toch was niet meer dan één enkel exemplaar van a Lasco's geschriften te vinden. De eenige bezitter er van wist zelf niet dat hij ze had. En toch beschikte God 't zoo, dat dit uitkwam, dat hij ze in handen kreeg en dat hij de prijsvraag beantwoorden kon, en dat zijn ingaan in de Gereformeerde beginselen er door beschikt werd.

'Een tweede maal viel zulks voor bij 't inzien van een verslag van de Conferentie te Zeist van de Broedergemeente. Uit die inzage bleek hem, hoe de Ethischen met de Groningers zich gingen vcreenigen. Dit defed hem toen openlijk tegen de Groninger hoogleeraren opkomen. En dit gaf in zijfl ziel de breuke met de ethische richting, waar hij dusver toe overhelde.

En de derde maal was het evenzoo het verrassend uitvallen van een boekske van de boekenplank, tijdens de Spoorwegstaking. In dit boekske toch zag hij op eens, hoe men elders zulk een staking bezworen had. Zoo deed hij toen ook zelf. En het bezweren van 't kwaad gelukte.

Van zulke gebeurtenissen nu zegt een ieder bij zich zelf: Dat is Gods vinger.'

Zoo nu gaat 't telkens, en een ieder kan deze rijke waarheid uit de gebeurtenissen van zijn eigen leven toelichten. Het is alles de »Providentia Specialissima, « ot de »Allerbij zonderste Voorzienigheid*, gelijk onze vaderen het plachten , te noemen.

Reeds uit de Schrift kennen we dit. Denk maar aan het schijnbaar toevallig vinden van 't jongsken Mozes in het biezenkistje door de Egytische princes, iets wat heel Mozes levenslot bepaalde. De verkoop van Jozef naar Egypte, wat over Israel's geheele wekbmst besliste. David die Goliath met den steen uit de beek trof, rnet het machtig gevolg voor heel 't Davidshuis, en C; hristus geboorte. De beschrijving onder Keizer Augustus, , met als vrucht de vervulling van Micha's profetie, dat de Christus te Bethlehem het levenslicht zou zien. En zoo geheel de heilige Geschtedenis door.-

Natuurlijk doelen we nu enkel op voorvallen, die zonder bepaalde wonderen verliepen. Vandaar dat ook nu nog in ieders eigen leven geheel hetzelfde plaats grijpt, wat ons van oude tijden gemeld wordt.

Eenerzij ds een lange reeks van allerlei voorval en gebeurtenis in ons leven, dat niets bijzonders aanduidt en ongemerkt verloopt. Maar midden tusschen die lange reeks, op schier onverklaarbare wijze, twee, drie als van diamant flonkerende punten, die ons deu vinger Gods doen zien.

De glans ervan verschilt natuurlijk naar ieders levenspositie. Maar al treden zulke gebeurtenissen en voorvallen de ééne maal sterker op den voorgrond dan een ander maal, het feit blijft toch, dat God de Heere zelf in zijn beschikking over. ons leven die enkele exceiiliën inaakt. En nu waren het. alle eeuwen door, juist die enkele e.tcéptiën, die 't diepst de» geest ontroerd hebben. Heel de rijke litteratuur van het mystieke leven tintelt van de glanzige punten, waarbij de vinger Gods als doorschemerde.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen