Voor Kinderen.

KERSTZANG.

Komt, thans het hart bereid Den Levensvorst ontvangen, Den Heiland onzen Heer, Der Zijnen hoogst verlangen. Verheft Zijn naam, Zijn eer, 't Hossanna rijz' met kracht Wat 't liar te geven kan Zij tot Zijn dienst gebracht.

Strooi blij Hem op den weg Het groene loof der palmen, Ontvangt Hem nu verblijd Met dankbre jubelpsalmen. En juicht: dank, eer en lof Zij Christus onzen Heer. Hij daalde uit 's Vaders schoot Voor ons op aarde neer.

U, Heiland, prijst ons hart, Dat Gij tot ons gekomen, Der menschen vleesch en bloed Als wij hebt aangenomen. 2Sachtmoedig kwaamt ge en arm, Een Koning zonder pracht. En'toch waart Gij de Zoon Vol heerUjkheid en kracht.

Zijt Gij, o Zoon van God Op aard als mensch geboren, Wat kan dan onze, n troost En vrede nog verstoren. Gij leidt tot heerlijkheid, Hoe needrig 't hier ook schijn, Daar zullen wc eeuwig vrij Van zonde en vreeze zijn.

Straks komt Gij weder Heer Om 't jongst gericht te houden. Laat Uw genade en trouw Dan onze ziel behouden. Opdat we zonder vrees Verschijnen voor Uw troon. Niets is ons werk o Heer Geef ons genadeloon.

Het blij Hosanna zal Zich dan op nieuw doen hooren, Uw kinderen zingen blij Met heilige englenkóren: Gezegend zij Gods Zoon Die leeft in eeuwigheid. — U Christus, onzen Heer Blijv' hart en lied gewijd. l

KERSTFEEST.

Ais 't jaar ten einde spoedt, komt ook het Kerstfeest, het Christusfeest, dat tot ons zegt: verheugt en verblijdt u: de Heiland is geboren. h

Dat is geschied nu negentien eeuwen geleden te Bethlehem, een kleine stad in het Joodsche land'. Hoe het alles daarbij toeging weten wij uit de Schrift. In Lukas 2 staat het duidelijk vermeld. Daar vinden we het verhaal der gebeurtenis die elk jaar zoo veel duizenden harten van kleinen en grooten verblijd, het Kerstverhaal.

Een neer die mooi voor kinderen kon vertellen, kreeg jaren geleden bezoek van iemand, die hem" kwam uitnoodigen te spreken bij de Kerstfeestviering eener Zondagschool. i h D

De heer willigde het verzoek in, doch vroeg er bij :

En waarover moet ik spreken ? * t

En ! u weet zeker weleen mooi Kerstverhaal.* K

»Een Kerstverhaal* was het antwoord, »u spreekt alsof er wel een dozijn waren, en ik ken er maai* één dat in Lukas 2 te vinden is. Dat is het Kerstverhaal, het eenige.» h m

Wij lezen in Lukas 2 vs. 8, 9, 10 en 11 : o

8. En er waren herders in diezelfde landstreek, zich houdende in het veld, en hielden de nachtwacht over hunne kudde. e c

9. En zie: een engel des Heeren stond bij hen, en de heerlijkheid des Heeren omscheen ze, en zij vreesden met groote vreeze. i s w

10. En de engel zeide tot hen: Vreest niet; want ziet, ik verkondig u groote blijdschap, die al den volke wezen zal; ' i d

11. Namelijk dat u heden geboren is de Zaligmaker, welke is Christus de Heere, in de stad Davids. k w

Wij zien hier hoe een hemelsche bode een s boodschap brengt, die hij zelf noemt: groott z blijdschap. Zoo hebben het ook de herders o verstaan, en, na hen vele duizenden in alle t landen en uit alle volken. Daarvan getuigt het k Kerstfeest, dat wel niet een goddelijke instel­ D ling is, maar toch terecht gevierd wordt als dag h der herinnering, al weten wc ook den juisten r dag van Christus geboorte niet.

Er is ook een ydele kerstvreugd, die ook onder kinderen veel gevonden wordt. Het is wanneer men zich verblijdt in vacantie, in uitgaan, in lekker eten en drinken, in geschenken en zooveel meer. Dit alles is op zich zelf heel goed, maar gaat om buiten de ware Kerstvreugde. Want die ontstaat natuurhjk - alleen uit blijdschap over de geboorte des Heeren.

Dat wist ook de engel. Hij verkondigt groote blijdschap, maar niet wijl er feesten, rustdagen, v gemak en zoo meer te wachten zijn. Neen, hij m zegt dat u (ook voor u) heden geboren is de r Zdigmaker, Christus de Heere". Dat is de oorzaak der blijdschap.

Maar om die ware kerstvreugd te smaken moet men eerst gevoelen zulk een Zaligmaker b noodig te hebben en weten dat we zonder Hem voor tijd en eeuwigheid, verloren zijn. Velen missen de ware blijdschap van het Kerstfeest omdat zij den Heiland niet kennen en nog minder Hefhebben. Dus niet zeggen kunnen: Ons is de Heiland geboren, dan hebben wij een heerlijke vreugd in Hem. Dat geldt voor jongen en ouden. Elk kind dat God vreest, kan blij van hart op Kerstfeest het schoone, oude lied zingen:

Voor ons is 't Wonderkind geboren, God gaf ons Zijnen Zoon, Zijn schouder is 't gebied beschoren. Hij treedt op Davids troon. Zijn naam is Wonder, Raad en Sterkte, God die de wereld torscht, Der «euwen Vader, die 't al werkte, De ware Vredesvorst.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen