Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van achter de IJZEREN MUREN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van achter de IJZEREN MUREN

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ik hoorde de luide stem van mijn vader uit het huis klinken. Hij was intussen van zijn werk teruggekeerd. Nu zullen ze over mij gaan beslissen. Mijn oudste zus was de enige die mij zou steunen. Mijn moeder was weifelend. Natuurlijk wilde ook zij niets liever dan dat ik non zou worden. Maar toen ik haar gezegd had, dat ik niet wilde, was ze geschokt. Mijn argument dat ik eerst nog wat meer over het leven in en buiten het klooster wilde weten, kon haar niet erg overtuigen. Ze vermoedde dat het alleen maar een voorwendsel van mij was om geen uitvoering te hoeven geven aan mijn zo vaak herhaalde betuiging dat ik non wilde worden.

Mijn oudste zus had hetzelfde gedaan, toen ze haar gymnasiaal diploma had behaald. Ook zij had gezegd dat ze meer tijd nodig had voor een definitieve beslissing. Maar toen ze haar universiteitsgraad had behaald, besloot ze om niet naar het klooster te gaan. En zij kon ook wel gegronde redenen naar voren brengen. Zij was de oudste van ons vieren en wij hadden haar leiding toch eigenlijk wel nodig. Ook vader had daar alle begrip voor. Bovendien waren we met vier en het zou voldoende zijn, als er één bruid van Christus zou worden.

Maar als ik mijn keuze ook nog zou uitstellen, dan was er opnieuw veel kans dat dit uitstel afstel zou worden en hoe ouder een kind is geworden, hoe moeilijker het dan voor vader en moeder wordt om hen nog om te praten.

Toch wilde moeder mij ook geen verdriet aandoen en niets forceren. Ze zou graag hebben dat vóór alles de lieve vrede bewaard zou blijven.

Mijn vader was anders geaard. Hij stond erop dat ik naar het klooster zou gaan. Hij had zoveel zorgen aan zijn hoofd. Hij was niet bij machte mij naar een stad te sturen voor hogere studies, waarvoor in ons dorp geen gelegenheid bestond. En als een Nazrani-vader kon hij ook geen vrede hebben met de gedachte dat zijn dochters door een gesalarieerde betrekking in hun levensonderhoud zouden voorzien. En nu was ik achttien. Wanneer er binnen enkele maanden nog geen beslissing over mijn toekomst was genomen overeenkomstig de traditie van onze gemeenschap, dan zou ik over de tong gaan. Hij wist dat een volgroeid meisje van mijn leeftijd een hele belasting betekende in ons maatschappelijk bestel. Een van zijn broers was financieel volkomen aan de grond geraakt, toen hij zijn laatste dochter had uitgehuwelijkt. Al die bruidschatten hadden hem aan de rand van de hongerdood gebracht.

Van de drie broers was vader het meest ondernemend. Hij was een man met fantasie en was ook praktisch aangelegd. Toen hij zijn leven hier in deze bergstreek begon, had hij er geen vermoeden van dat hij nog eens de patriarch van een groot nageslacht zou worden. Maar zijn noeste vlijt en zijn koele berekening dreven hem voort. Nu kon hij trots zijn op een nakroost van veertien kinderen en dubbel zo veel kleinkinderen. Al die kinderen, met uitzondering van de twee jongste dochters, waren goed geplaatst in de maatschappij. Hij kon met recht prat gaan op zijn prestaties. En als kroon op zijn werk beschouwde hij het feit dat God zijn eerste kleinzoon had geroepen tot het priesterschap. Over zes jaar zou die gewijd worden tot „priester in eeuwigheid". Dan zou zijn prestige een hoogtepunt bereiken in het aartsbisdom van Changanacherry!

Mijn vader ging echter gebukt onder één teleurstelling. Hij verlangde één van zijn dochters te zien in het habijt van de kloosterzuster. Maar tot dan toe was nog niemand non geworden.

De eerste acht dochters konden niet de vereiste scholing krijgen. Er was in die tijd geen r.-k. onderwijsinstelling dicht bij. De dichtstbijzijnde school was nog vijftig kilometer van ons dorp vandaan. En dan was het ook nog een heidense school. Er was ook nog wel een school van de protestanten. Maar daar kon men zijn kinderen in geen geval naar toesturen, want dan zouden de kinderen besmet kunnen worden met die dwalingen. Als kinderen naar een school van de heidenen, van de hindoes of de boeddhisten, werden gezonden, dat zou de publieke opinie nog door de vingers zien. Maar in geen geval kon het geduld worden, wanneer een kind van r.-k. ouders een protestantse school zou bezoeken.

Maar met ons, de vier dochters van zijn laatste huwelijk, lag dat anders. Wij hadden volop gelegenheid om onderwijs te volgen. Onze parochie had een eigen school opgericht. Die lag nog geen twee kilometer van ons huis. Vader had er ook op gestaan dat we de studies aan een middelbare school zouden afmaken. Wij konden dus niet als reden, waarom we niet naar het klooster zouden gaan, opgeven dat we niet voldoende opleiding hadden genoten. Vader stond dus in zijn volle recht, toen hij zich aan de kant van zr. P. schaarde.

Bovendien, was het niet dwaas van mij om deze unieke kans bruid van Christus te worden, voorbij te laten gaan? Hoe vaak had ik mijzelf vroeger niet gedroomd in dat kloosterhabijt, de bruidsjapon van de bruiden van Christus! In mijn verbeelding had ik mezelf vaak zien wandelen in mijn dorp, van de kerk en het klooster naar mijn ouderlijk huis, voortschrijdend in het gewaad van de „Eerwaarde Zusters", terwijl de mensen mij langs de kant van de weg eerbiedig zouden groeten. Hun ogen zouden mij dan vertellen dat ik hun trots was. En ook als mijn vader in gedachten naar die toekomst keek, dan was ik daar het gebenedijde beeld dat hem in aanzien zou doen stijgen als nooit te voren. Als je een priester en een non in de familie had, dan was je status in onze kerk omhooggerezen tot een hoogtepunt. Priesters en nonnen waren de koningen en koninginnen in onze roomse samenleving. En zou het dan niet je reinste dwaasheid zijn niet dat aardse paradijs te willen binnengaan? God had deze troon van aardse eer voor mij bereid; waarom zou ik die dan niet in bezit nemen? Ik werd door Hem onder duizenden en duizenden daartoe uitverkoren. Onze pastoor had de zondag te voren nog in zijn preek gezegd: „God werpt geen paarlen voor de zwijnen". En die God wierp mij nu in deze roeping naar het kloosterleven een diamant toe. Zou ik daar dan mee gaan spelen als een zwijn en die diamant gaan vertrappen in de viezigheid?

„Celine …. Celine …. Celine ….". Mijn vader riep mij dat ik komen moest. Uit zijn stem sprak een hevig ongeduld. Het leek erop dat ze mij al geruime tijd aan het zoeken waren. Ik ontwaakte uit mijn dromerijen en ging de heuvel af. Mijn oudste zuster kwam aanlopen. Zij wilde niet dat ik naar het klooster zou gaan. Ze vond mij de knapste van ons vieren. Ze vond het heel erg, wanneer ik zou verdwijnen in die afgeslotenheid van het klooster.

„Jij …… jij …… verwende …… kleine Celine! Waar wás je toch? We hebben je overal gezocht. Jij, kleine dwaas. Je hebt me de stuipen op het lijf gejaagd". Ze stond gewoon te hijgen.

„Hoe staat het er voor, zus? Zijn ze tot een beslissing gekomen?" zo vroeg ik. Ze nam me bij de hand en wandelde met mij naar huis. „Liefje, alles hangt verder van jou af, van jouw uithoudingsvermogen en van je weerstandskracht. Moeder kunnen we wel bewerken. Zij wil je zeker geen verdriet aandoen, als ze ziet dat je je met beslistheid tegen het klooster verzet. Maar vader….! Hij staat helemaal aan de kant van zr. P. Hij is het helemaal met tante eens, dat als jij nog eens een uitstel krijgt van één of twee jaar, er niets meer van komt. En hij vindt het heel erg vervelend, als jij op deze leeftijd nog steeds in huis zou rondhangen zonder een vaste verbinding voor de toekomst. Ik meen dat de publieke opinie en het geld een belangrijke rol spelen bij zijn overwegingen. En inderdaad, het geld is een niet te verwaarlozen factor. Het zal hem niet gemakkelijk vallen om ook voor jou de nodige financiën voor je bruidschat bij elkaar te halen, wil hij een goede huwelijkspartner voor je vinden. We weten dat hij van ons houdt, maar hij kan die keiharde feiten niet omzeilen".

Dat was waar. Vader hield van ons. Hij hield van ons vieren meer dan van de anderen. Misschien was zijn oudste zoon hierop een uitzondering. Ofschoon hij ook heel wat moeiten met hem en diens vrouw gehad had, toen die bij hem in huis woonden nadat zijn eigen vrouw gestorven was, had hij nog steeds een zwak plekje voor hem in zijn hart.

Maar het was even goed waar, dat hij ons bijzonder liefhad. Misschien kwam dat voort uit het feit dat wij de kinderen van zijn ouderdom waren. Misschien was het omdat hij aan de twee zoons van zijn tweede huwelijk het grootste gedeelte van zijn bezit had geschonken, waardoor wij tekort kwamen. Hij had toen niet verwacht, dat hij nog een derde keer zou trouwen.

Hij had voor de dochters uit zijn eerst twee huwelijken uitstekende partijen kunnen vinden. Maar nu was hij de tachtig al gepasseerd en zijn lichaamskrachten waren steeds meer afgenomen. Voor zwaarder werk was hij aangewezen op moeder en op ons. Van zijn twee zoons had hij niet veel te verwachten. In zeker opzicht was hij zelfs bang voor zijn tweede zoon, zoals wij dat allemaal waren, omdat die totaal verslaafd was aan de drank.

Hij vond het heel moeilijk om een behoorlijke bruidschat voor ons bij elkaar te brengen. En hij besprak dat allemaal met ons en stortte dan zij hart voor ons uit. Wij waren dus zijn zorgenkinderen en zorgenkinderen vertederen vaak de harten van de ouders. En toch hadden wij het gevoel, dat hij ten diepste weinig gaf om ons en om moeder.

Dit artikel werd u aangeboden door: In de Rechte Straat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 oktober 1974

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Van achter de IJZEREN MUREN

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 oktober 1974

In de Rechte Straat | 32 Pagina's