VERHORING

We mogen er dan ook zonder meer vanuit gaan dat de dichter van psalm 66 op gelovige wijze gebeden heeft. Zijn gebedsverhoring hangt samen met zijn gelovig gebed. In vast geloof en in vol vertrouwen heeft hij tot God gebeden. We kunnen dat ook aflezen uit heel psalm 66. Wie de psalm eens rustig doorleest, bemerkt dat het Godsvertrouwen er doorheen gloeit. Met zijn hele hart heeft hij al zijn vertrouwen op de Heere gevestigd. Hij heeft God restloos voor waarachtig gehouden. En daarom heeft hij al zijn nood en zorg bij de Heere gebracht. Zo heeft hij gebeden om hulp en uitkomst. En God heeft dat gegeven.

Wanneer? De eerste de beste keer dat hij tot God zijn gebed opzond? Dat kan. Soms worden gebeden dadelijk verhoord. Meestal echter kan het wel even duren voor er sprake is van gebedsverhoring. Soms zelfs duurt het heel lang. We bidden en bidden, maar er gebeurt niets. De hemel lijkt wel potdicht te zitten, van koper te zijn. Is God doof geworden? Neen, toch niet. Alleen Hij verhoort op Zijn tijd en wijze. God heeft er wijze bedoelingen mee dat Hij nog steeds niet verhoort. Hij beproeft ons om te zien of we toch wel zullen volharden in het gebed. Hij wil zien of ons vertrouwen op Hem toch maar niet een bevlieging is geweest die als een schaduw voorbij gaat… Daarom vindt God het zo fijn wanneer mensen die nog steeds niet verhoord worden, toch door blijven gaan met bidden. En God wordt er ook zo door geprezen en geloofd wanneer mensen dat doen. Want nergens kunnen we God meer door eren dan dat we ondanks alles toch op Hem blijven vertrouwen. Wie onder de meest moeilijke omstandigheden toch alles van God blijft verwachten, die eert God op de meest voortreffelijke manier. En het is de Heilige Geest Die ons die heilige taaiheid geeft. De Heilige Geest doet een vuur in ons ontbranden waardoor we God niet los kunnen en willen laten. We roepen uit: "Ik blijf de Heer' verwachten, mijn ziel wacht ongestoord. Ik hoop in al mijn klachten, op Zijn onfeilbaar woord. Mijn ziel vol angst en zorgen, wacht sterker op de Heer', dan wachters op de morgen. De morgen, ach wanneer?" … Als er iets een gelovig gebed is, dan is het wel dit. Het is een gebed dat temidden van stormen en noodweer toch aan God blijft vasthouden…

En dat gebed wordt niet beschaamd. Wel beproefd, doch niet beschaamd. Dat gebed wordt verhoord. Vaak op momenten dat al onze menselijke verwachtingen helemaal de bodem zijn ingeslagen. De nood is voor ons echt op het allerhoogst geworden. Maar juist dan mogen we ervaren, dat wanneer de nood het grootst is, de redding ook het meest nabij is. Dan breekt de hemel open en verhoort God. Ongedacht en onverwacht. En grandioos rijk en vol en heerlijk. God geeft meer dan we gedacht hadden… en meer dan we hebben durven hopen. Hij geeft mild en overvloedig (Psalm 81). We zijn er uit. We komen in de ruimte. We treden uit de gevangenis. En daarom gaan we de Heere loven en prijzen. Dank en jubel komen boven in ons hart. Het welt spontaan naar boven. We zijn er vol van. Zo vol dat we het niet voor onszelf kunnen houden. Het moet eruit in lofzang en jubelroep. En in intense dankbaarheid prijzen en loven we de Heere.

We roepen uit met de tekst: "Geloofd zij God. Die mijn gebed niet heeft afgewend". Ons leven wordt een loflied. Dank, glorie en aanbidding stijgen op tot God, aangedreven door de Heilige Geest.

Gebedsverhoring… Ieder die gelooft kent het. U nog niet? En u bidt al zo lang?… Ga dan maar door met bidden, met gelovig bidden. Verwacht niets van uzelf, maar alles van de Heere… Het kan niet missen dat ook u dan gebedsverhoring ontvangt en komt tot lofprijzing van God.

Leerdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen