Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

'Gezamenlijke Verklaring betreffende de leer van de Rechtvaardigmaking'

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

'Gezamenlijke Verklaring betreffende de leer van de Rechtvaardigmaking'

Enkele kritische bedenkingen

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op 31 oktober 1999 heeft in Augsburg de ondertekening van de rooms-lutherse verklaring over de rechtvaardigmaking plaatsgevonden. Na dertig jaar voorbereiding, 482 jaar na het begin van de Reformatie, stond de Duitse stad Augsburg in het teken van toenadering tussen luthersen en rooms-katholieken. Hoewel er vooral vanuit de Lutherse Wereldbond vreugdevolle geluiden over de ondertekening van de verklaring te horen zijn, zijn er ook veel kritische geluiden. Graag laten we ds. T. Vanhuysse aan het woord.

In de inleiding van de gezamenlijke verklaring wordt gesteld: "De leer van de rechtvaardigmaking was heel belangrijk voor de Lutherse Reformatie in de zestiende eeuw. Het was het 'eerste en belangrijkste artikel' en tegelijkertijd de 'heerser en rechter over alle andere christelijke dogma's'. De leer van de rechtvaardiging werd voornamelijk gehandhaafd en verdedigd tegenover de Rooms-Katholieke Kerk en theologie uit die dagen, die op haar beurt een leer van de rechtvaardiging met een ander karakter handhaafde." (art. 1). Bij deze uitspraak wil ik aanmerken dat op het Concilie van Trente, het niet louter ging om een rechtvaardigingsleer met een ander 'karakter', maar om een rechtvaardigingsleer met een totaal andere 'inhoud'. Inhoudelijk was en is de leer over de rechtvaardiging bij Rome een onbijbelse leer, met verstrekkende gevolgen voor het zielenheil van onze rooms-katholieke medemens. Laten we dit alstublieft niet uit het oog verliezen. Op grond van haar rechtvaardigingsleer wordt géén mens zalig! Gelukkig dat de Heere God niet gebonden is aan een kerkleer om zondaren zalig te maken. Maar een leer of traditie van een kerk kan een barrière, een sta-in-de-weg zijn om in te gaan door de poort tot het leven. Mijn ziel schreit wanneer zovelen, omwille van een kerksysteem, niet durven of - nog erger - belet worden om in te gaan. Ik zou het niet willen meemaken dat de Heere God tot mij zou moeten zeggen: "Wee u, want gij hebt de sleutel der kennis weggenomen; gij zeiven zijt niet ingegaan, en die ingingen, hebt gij verhinderd." (Luk. 11:52). Het is daarom ook goed en nuttig te weten wat Rome leert en wat de Bijbel leert. Je krijgt wel eens de indruk dat de 'Gezamenlijke Verklaring' en de vele artikelen daar Omheen van mening zijn, dat de leer als zodanig de beide kerken niet meer hoeft te scheiden. Het is nog niet helemaal hetzelfde, maar de resterende verschillen zijn aanvaardbaar. Bijgevolg wordt in art. 41 gesteld: "Zo staan de leerveroordelingen uit de zestiende eeuw, voor zover zij betrekking hebben op de leer van de rechtvaardiging, in een nieuw licht. Het onderwijs van de Lutherse kerken, voorgesteld in deze verklaring, valt niet onder de veroordelingen van het Concilie van Trente." Ik begrijp niet goed dat men een dergelijke uitspraak kan doen. Want wie Trentes besluiten bestudeert, komt al gauw tot de vaststelling dat het 'Sola Fide' en het 'Sola Gratia' door Rome werden verworpen! In c. 10 van de zesde zitting wordt verklaard: "Indien iemand beweert dat de mensen eigenlijk rechtvaardig zijn door de gerechtigheid van Christus, die zij vervloekt." In c. 11 wordt die stelling zelfs bekrachtigd: "Indien iemand beweert dat de mens alleen gerechtvaardigd wordt door de toerekening van de gerechtigheid van Christus, die zij vervloekt." En in c. 12 wordt het 'Sola Fide' krachtig van de hand gewezen: "Indien iemand beweert dat het geloof, waardoor wij gerechtvaardigd worden, niets anders is dan het vertrouwen op de goddelijke barmhartigheid, die ons de zonde vergeeft omwille van Christus, of dat wij alleen door zulk een vertrouwen gerechtvaardigd worden, die zij vervloekt." Trente heeft de hele reformatorische belijdenis van de roomse tafel geveegd. Terwijl de Bijbel nadrukkelijk leert dat wij behouden worden om niet, uit genade, door het geloof! Rome distantieert zich van deze bijbelse waarheid. Rome distantieert zich van deze vaste en enige grondslag des heils! Hier wordt het conflict over de rechtvaardiging in alle scherpte zichtbaar.

Samen de bijbelse weg

Wat opvalt in haar houding tegenover de Reformatie, is dat Trente in al haar uitspraken bijzonder duidelijk is geweest. Duidelijk in haar afwijzing van het 'Sola Gratia', het 'alleen maar de gunst Gods'. Duidelijk in haar afwijzing van het 'Sola Fide'. En laten we elkaar goed begrijpen: vandaag is Trente nog altijd Trente! Ongewijzigd! Kardinaal Ratzinger, de curiekardinaal, die nauwlettend het verloop van de besprekingen m.b.t. de rechtvaardigmaking heeft gevolgd, verklaarde in juli 1999 in de Italiaanse krant '30 Giorni': "De waarheid van de ex-communicatie van Trente blijft bestaan!" Ja, wanneer je zo'n uitspraak leest, dan word je wel even met je beide voeten op de grond gezet. Met één pennentrek worden hierdoor alle begoochelingen en verwachtingen tenietgedaan. Natuurlijk zouden we het toejuichen als we samen, op grond van Gods Woord, mochten staan op de belijdenis van de rechtvaardigmaking uit genade alléén en door het geloof alléén, zonder dat er nog iets van de mens bij zou moeten, namelijk zijn werken of zijn zgn. goed-zijn of goed-doen. Natuurlijk zouden we het toejuichen als beide kerken in een diepe ootmoed voor God en elkaar gaan buigen onder de klanken van Gods heilige Woord en samen gaan staan op de ene vaste belijdenis van de Christus en Die gekruisigd! Zou het niet heerlijk zijn als we samen met Paulus mochten uitroepen: "Maar één ding doe ik, vergetende hetgeen dat achter is, en strekkende mij tot hetgeen dat voor is, jaag ik naar het wit tot de prijs der roeping Gods, die van boven is in Christus Jezus." (Fil. 3:14). Denk alstublieft niet dat ik niet blij zou zijn met de toenadering die betracht wordt tussen beide kerken. O, zeer zeker! Maar ik maak me geen illusies. Want de praktijk op het werkveld leert mij dat er nog een enorme afstand ligt tussen de R.-K. geloofsleer en beleving enerzijds en de bijbelse leer en beleving anderzijds. Wanneer ik bijvoorbeeld in Tongeren met de pastoor-deken of met één van de kapelaans het onderwerp 'rechtvaardigmaking van de goddeloze' aansnijd, dan gaat men op z'n achterste benen staan! En dan hoor je steevast: "Je beweert toch niet dat wij zulke slechteriken zijn! In ieder mens zit iets goeds. Het is de kunst om dat 'goede' in de mens te laten ontwikkelen. Natuurlijk zijn we allemaal zondaars. Maar God is liefde en Hij zal Zijn eigen schepselen toch niet in de hel werpen! Laten we maar goed en lief zijn voor elkaar, dan zijn we al een heel eind verder. In deze weg zal alles wel goed komen."

Mooie gedachte. Aanlokkelijke gedachte. Maar niet Gods gedachten. Niet de bijbelse weg! Een man als Paulus, toch niet de eerste de beste, moest van zichzelf zeggen: "Want ik weet dat in mij, dat is in mijn vlees, geen goed woont." (Rom. 7:18). Dat is nu het probleem waar je altijd weer tegenaan loopt: het niet onderkennen van de totale verdorvenheid door de zonde. Het niet willen onderkennen van de volslagen onmacht om zichzelf te redden. Altijd maar weer roemen in zichzelf. Het eigen lieve 'ik' oppoetsen en te blinken leggen in het doffe licht van het eigen vrome fatsoen. Altijd nog iets beter dan de ander. O, wat zit dat in ons vastgegroeid, dat liefdoen voor zichzelf, dat etaleren van vermeende goede werken, dat zichzelf aanprijzen. Terwijl de Bijbel leert en de Geest overtuigt dat we toch zulke rotvenijnen zijn! De bijbelse weg bewandelen, lijkt zo'n moeilijke weg te zijn. Ontdekt worden aan zichzelf en van zichzelf moeten getuigen: niets goeds in mij… in mezelf verloren en onredbaar. Lees Rom. 3:9 20 maar na. Hoe waar wat Calvijn heeft neergeschreven: "Allen zitten onder de druk van een onontkoombare ellende, waar ze niet uit kunnen geraken, tenzij ze door Gods barmhartigheid eruit getrokken worden." (Inst. II, III, 2).

Andere inhoud

En nu leert Rome dat 'de menselijke natuur niet geheel is verdorven: zij is in haar natuurlijke karakter gewond, onderworpen aan onwetendheid, lijden en de heerschappij van de dood en geneigd tot zonde.' (Catechismus van de Katholieke Kerk, c. 405). Op grond van deze uitspraak zal de rechtvaardigmaking bij Rome niet alleen maar een ander 'karakter' hebben, maar ook een totaal andere inhoud. Dit staat toch in scherpe oppositie tot de Reformatie, tot de bijbelse leer?! Hierin proef je toch een totaal andere visie op de menselijke natuur. Maar ook, daarmee samenhangend, een andere visie op 'genade'. Wanneer men een positieve beschouwing ophangt van de menselijke natuur, zijnde niet totaal verdorven, dan is er ook niet een directe behoefte aan soevereine genade Gods! Dit heeft tot gevolg een andere visie op de rechtvaardigmaking. Rome en Reformatie kunnen dezelfde begrippen hanteren, maar inhoudelijk toch mijlenver uit elkaar liggen. Zodoende is het, mijns inziens, wel enigszins te begrijpen dat kerken, vanuit de vaste wil om een consensus te bereiken, enerzijds tot een gezamenlijke verklaring kunnen komen betreffende de leer over de rechtvaardigmaking, maar anderzijds als gevolg van die gedrevenheid om een gezamenlijk doel te bereiken, licht voorbij kunnen zien aan de diepste gronden waarop een dergelijk dogma is gebouwd. Zodoende kan men gezamenlijk in art. 15 belijden: "In geloof houden we beide vast aan de overtuiging dat rechtvaardiging het werk van de drie-'enige God is. De Vader stuurde Zijn Zoon naar de wereld om zondaren te redden. Het fundament en de vooronderstelling van de rechtvaardiging is de incarnatie, dood en opstanding van Christus. Rechtvaardiging betekent dus dat Christus Zelf onze gerechtigheid is, waaraan wij deel hebben door de Heilige Geest overeenkomstig de wil van de Vader. Samen belijden wij: door genade alleen, uit geloof in Christus' reddende werk en niet vanwege enige verdienste van onze kant. We worden door God aangenomen en ontvangen de Heilige Geest, die onze harten vernieuwt, terwijl Hij ons toerust en roept tot goede werken." Maar bedoelt men ook hetzelfde? Daarover een volgende keer.

Dit artikel werd u aangeboden door: In de Rechte Straat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 maart 2000

In de Rechte Straat | 16 Pagina's

'Gezamenlijke Verklaring betreffende de leer van de Rechtvaardigmaking'

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 maart 2000

In de Rechte Straat | 16 Pagina's