Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kind of knecht van God?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kind of knecht van God?

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ook de R.-K. Kerk belijdt dat de genade van de wedergeboorte waardoor wij kind van God worden, op geen enkele wijze verdiend kan worden. Die genade is een gave die louter om niet je deel wordt, ze is een puur geschenk van God. Ze is niet gebaseerd op goede werken die een mens zou hebben gedaan, zelfs niet op het feit dat hij zijn best doet om goed te leven. Het is goed om telkens te onderstrepen waarin rooms-katholieken en christenen van de Reformatie het met elkaar eens zijn. Maar…

Een kersverse uitspraak van de paus

Volgens het Katholiek Nieuwsblad van 13 april heeft de paus "twee weken geleden tijdens een ontmoeting met de paters van de basilieken van Rome" gezegd: "De persoonlijke biecht is de enige weg voor de gelovigen om zich met God te verzoenen." Jammer, erg jammer! Ik heb langzamerhand een tegenzin tegen polemiek gekregen, maar ik ben in die kersverse uitspraak van deze paus zozeer teleurgesteld dat ik er niet over kan zwijgen. Om verschillende redenen vind ik die uitspraak heel verdrietig. Om psychologische redenen, onder andere omdat ik als vroegere biechtvader weet dat de verplichting tot het biechten van alle zonden op seksueel gebied onder de bedreiging van hel en verdoemenis, oorzaak was van allerlei kwellingen, angsten en schaamte, vooral bij vrouwen en meisjes. Maar meer nog omdat een dergelijke verplichte biecht volledig in strijd is met het Evangelie, de blijde boodschap die Christus is komen brengen. Voorbeelden:

Als de verloren zoon terugkeert

Als de verloren zoon (zie Lukas 15:11-32) terugkomt, hoeft hij niet eerst "al zijn doodzonden tezamen en elk afzonderlijk (omnia et singula peccata mortalia) met de omstandigheden die de zonde van soort veranderen" (Trente 14de zitting, canon 7) aan zijn vader of diens plaatsvervanger te biechten. Ook hoeft hij het verkwanselde erfgoed niet terug te betalen.

Zelfs niet voor een gedeelte. Er wordt hem geen enkele boete opgelegd. Er wordt van hem geen voldoening gevraagd.

Lijnrecht daartegenover leert Trente dat als iemand in de biecht berouwvol zijn zonde belijdt, hem toch nog een boete (satisfactio, letterlijk: voldoening) moet worden opgelegd (Trente, 14de zitting, canon 14). Canon 12 spreekt zelfs de vervloeking uit over hen die beweren dat Christus door Zijn kruis alle straf (totam poenam) voor onze zonden zou hebben weggenomen. Ik weet dat de boete die iemand door de biechtvader krijgt opgelegd, gering is (drie weesgegroetjes voor een dagelijkse zonde en een rozenkrans voor een doodzonde), maar de visie die erachter zit, is geheel en al onbijbels. Ze verduistert de "grote blijdschap" die de engel verkondigde bij de geboorte van Christus: "u is heden geboren de Zaligmaker".

Voor protestantse lezers: een dagelijkse zonde is een geringe, een doodzonde een ernstige overtreding van een gebod van God. Alle zonden op seksueel gebied zijn volgens Rome doodzonden. De verloren zoon zou daarom wel heel wat doodzonden hebben moeten biechten.

Jezus wil ons door die gelijkenis van de verloren zoon ervan verzekeren dat de engelen terecht die blijde boodschap hebben verkondigd vanwege Zijn geboorte. Paulus verwoordt het zo: "het oude is voorbijgegaan, zie, het is alles nieuw geworden"(2 Kor. 5:17). De R.-K. Kerk wil echter dat wij dat oude, onze zonden uit het verleden, nog steeds als een last meesjouwen. Zelfs het Oude Testament is barmhartiger. "Gij zult al hun zonden in de diepten der zee werpen."

(Micha 7:19). Maar de R.-K. Kerk eist dat wij een geestelijk duikerspak aantrekken om daar in de diepte onze zonden, die God had weggeworpen, weer naar boven te halen en ze voor een priester te biechten, want anders krijgen wij er geen vergeving voor en gaan wij naar de hel.

Kind èn knecht gaat niet samen

De verloren zoon voelde zich niet meer waardig opnieuw als kind in de familie te worden opgenomen. Hij wilde zijn vader voorstellen hem slechts als één van de vele knechten op de boerderij in loondienst te nemen. Hij wilde zo zijn levensonderhoud verdienen. Hij had gelijk: kind èn knecht zijn tegelijk kan niet. Het is het een of het ander. Maar de vader wil daar helemaal niet van weten. Hij omhelst en kust hem en er moet meteen feest worden gevierd. Hij aanvaardt hem volledig als zijn kind, ondanks zijn zwaar zondige verleden. De vader is helemaal niet vies van zijn ontspoorde en ontluisterde zoon. En Jezus wil ons met die gelijkenis duidelijk maken, dat ook God ons volledig als Zijn kind aanvaardt wanneer wij berouwvol naar Hem terugkeren en al ons vertrouwen stellen in Zijn Zoon. Volgens Paulus worden wij die door onze zonden de erfenis verkwist hadden, door datzelfde vertrouwen in Christus "mede-erfgenamen van Christus" (Rom. 8:17). Wij worden dus nog veel rijker dan wij waren voordat wij de erfenis van God (de gaven en talenten die wij van Hem hadden gekregen) verkwanselden door de zonde. Jezus heeft dat nog eens met even zoveel woorden gezegd: "Ik noem u niet meer dienstknechten … maar Ik heb u vrienden genoemd" (Joh. 15:15). Iemand die in een dienstbetrekking staat, kan nooit een echte vriend van zijn baas zijn. Wij zeggen zelfs dat je met vrienden nooit zaken moet doen.

Kinderen in loondienst bij de Vader?

Helaas heeft de R.-K. Kerk eveneens uitgesproken dat de mens nadat hij uit louter genade kind van God is geworden, toch nog de hemel, het recht om na de dood binnen te treden in de vreugde van het eeuwige Vaderhuis, "door zijn goede werken waarlijk moet verdienen, vere meren (Concilie van Trente, zesde zitting, canon 32).

Jammer, heel erg jammer!

Voor gelovigen is dat de grote troost in leven en sterven: wij zijn door God volledig en voorgoed als Zijn kind aanvaard. Wij hoeven onszelf niet meer af te sloven om bij Hem in de gunst te komen. Zijn gunst rust voor eeuwig op ons omdat Hij ons door het geloof levend één heeft gemaakt met Zijn geliefde Zoon. Wij hoeven ons niet meer bedreigd te voelen.

Geen pijnlijk minderwaardigheidsgevoel en geen verscheurend schuldcomplex hoeft onze vreugde meer weg te knagen. Wij hoeven ons niet meer waar te maken, niet voor God en niet voor elkaar. Wij zijn door Zijn genade in een heel andere dimensie terechtgekomen, de dimensie van Zijn Liefde.

Ik getuig van Zijn liefde

Ik weet mij voor altijd geborgen in Zijn barmhartigheid. Ik weet dat onder mij Zijn eeuwige armen zijn die mij nooit zullen laten vallen (Deut. 33:27). Daarom ben ik Hem zo dankbaar en heb ik Hem onuitsprekelijk lief. Ik wil niets doen omdat het móet want dan maak ik mezelf weer tot knecht. Ik wil Zijn geboden zo stipt mogelijk onderhouden omdat ik het zelf wil, omdat ik niets liever doe dan de wil van mijn Geliefde volbrengen. Waarom probeer ik te leven zoals Christus heeft geleefd? Waarom wil ik graag volmaakt worden? Nogmaals, niet omdat Hij mij dat

gebiedt, maar eenvoudig omdat ik van Hem houd. Daarom adem ik vrijuit in de ruimte van deze vergevende liefde van God. Daarom voel ik mij een vrij mens die door Christus vrijgemaakt is (Joh. 8:36).

Een vraag

Zijn er veel (protestantse) kerkmensen die leven uit die volstrekte genade? Moet Paulus ook tot velen onder ons misschien de vermaning richten: "Staat dan in de vrijheid, met welke ons Christus vrijgemaakt heeft, en wordt niet wederom met het juk der dienstbaarheid bevangen" (Gal. 5:1). Zijn velen er niet voortdurend mee bezig om bij God in een goed blaadje te komen? Maar weet u dan niet dat dit niet nodig is als je door het geloof in Zijn belofte Gods kind bent geworden? Dan mag je immers zeker weten dat je staat ingeschreven in Zijn Boek des levens? De dwaalleer van de Galaten ligt bij ons allen op de loer. Als wij daarnaar afglijden, beginnen wij weer te zuchten. Dan proberen wij zo hoog mogelijke cijfers te halen op ons gedragsrapport. En dan start tegelijk de concurrentie onder elkaar: wie scoort het hoogste. Dan werken wij geestelijk met de ellebogen om vooraan in de tempel te mogen staan om voor de Heere God op te sommen hoe braaf en vlijtig wij zijn en hoeveel uitstekende prestaties wij geleverd hebben.

Waarom onszelf zo afbeulen en daarom telkens snauwen naar de anderen? Waarom onszelf verheffen en anderen kleineren? Waarom pronken met onze 'zuivere' leer en daarom speuren naar foutjes in wat anderen belijden? Waarom je eigen leven en dat van anderen verzuren zoals de oudste broer in de gelijkenis deed? Bent u het met mij eens dat er een enorme werfkracht van onze kerken zou uitgaan wanneer veel meer kerkgangers zo'n blij vertrouwen in Gods barmhartige liefde zouden uitstralen? Bent u het ermee eens dat God dan op het hoogst verheerlijkt zou worden in Nederland? Zoudt u over deze vragen eens willen nadenken? Dank u wel.

Dit artikel werd u aangeboden door: In de Rechte Straat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 mei 2001

In de Rechte Straat | 16 Pagina's

Kind of knecht van God?

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 mei 2001

In de Rechte Straat | 16 Pagina's