Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De barmhartige Hogepriester, Zijn enige offer

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De barmhartige Hogepriester, Zijn enige offer

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bewerking van een Reformatieherdenking*)
naar aanleiding van Hebreën 9:26b:
‘Maar nu is Hij eenmaal – in de voleinding der eeuwen – geopenbaard, om de zonde te niet te doen, door Zijnszelfs offerande.’

De barmhartige Hogepriester, dat is de Heere Jezus Christus. We mogen in wat volgt stilstaan bij Zijn enige offer.

Geen slachtvee, altaren of priesters…
Ik begin met een voorbeeld. Stel: Ik krijg van iemand een zelfgemaakte pentekening. En diegene zegt: ‘Je moet wel voorzichtig zijn, de inkt moet nog drogen.’ Ik ben dat niet, en de tekening wordt ontsierd door vlekken. Wat ga ik nu doen? Vraag ik nu of de gever of geefster mij een inktpen geeft en mij wil helpen het zelf weer netjes te krijgen, of kan ik maar beter vragen om een nieuwe tekening? Het laatste. Maar dan moet ik wel toegeven, dat ík het heb verknoeid! Wil het goed komen, dan moet ik er zelf niets aan doen! Dan ben ik helemaal aangewezen op de goedgeefsheid van die ander. Dat is zeker zo als het om de veel diepere redding gaat. Het is genade alléén.

Nu, volkomen redding schenken, dat is wat de barmhartige Hogepriester kwam doen. Onze tekst is vol van Zijn enige offer. En dat heeft te maken met het ‘onherstelbaar beschadigd.’ Aan de offers van het Oude Verbond is een einde gekomen. Geen enkele van de offers, die naar de wet van God geofferd werden, voldeed. De priesters, ook de hogepriesters uit het huis van Aäron, met hun dagelijks en ook jaarlijks steeds terugkerende dienst, konden nooit een afdoend offer brengen. Christus bracht slechts één offer, maar dat was beslissend!

Alle gelovigen zijn koningen en priesters (Openb. 1:6). En ze brengen offers (Hebr. 13:15). Het zijn echter geen offers tot verzóening, maar dánkoffers. Wat de rooms-katholieke kerk door de eeuwen heeft geleerd, is anders: zij leert dat er een – let wel! - príesterlijke dienst nodig zou zijn, waarin Christus’ offer op onbloedige wijze tegenwoordig zou moeten worden gesteld. Door het gebruik van de ouwel zouden zondaren zo met Hem verenigd worden. Verzoening met God zou zo te ontvangen zijn, kracht om te gaan proberen de zaligheid te verdienen. Geleerd wordt: door het opdragen van dit offer wordt God verzoend, verleent Hij genade, schenkt Hij vergeving (zie J. van Genderen). De betekenis en het gebruik van de sacramenten en de kerk is hier in het geding. Een rooms-katholiek leerboek zegt het zo: ‘De sacramenten zijn werkzame tekenen van de genade, ingesteld door Christus en toevertrouwd aan de kerk, waardoor ons het goddelijke leven verleend wordt.’ Beleden wordt dat ze ‘heilsnoodzakelijk zijn voor de gelovigen’ (H.J. Hegger). Het bezwaar tegen deze leer van genade door de sacramenten is ondermeer: de verdiensten van mensen worden als noodzakelijke schakels beschouwd om de zaligheid door goede werken te verdienen. Dat is in strijd met Gods Woord, dat zegt: ‘Niet uit de werken der rechtvaardigheid die wij gedaan hadden, maar naar Gods barmhartigheid!’ (zo Tit. 3:5, vergelijk Ef. 2:4-9.) Genoemde leer geeft dan ook te hoog op van de verdiensten van de mens, en te laag van de genade van God. De aandacht wordt zo verlegd van wat Christus als de enige Hogepriester eens en voorgoed heeft gedaan, naar wat mensen die zich priesters noemen en mensen die de mis gebruiken nu doen. Nog afgezien van het spreken over de verandering van bijvoorbeeld het brood in Jezus’ lichaam, dat dan aanbeden zou mogen worden, en de invloed van de kerk, vinden we hier allerlei zaken waar Gods Woord niet van spreekt! Wat op Golgotha geschied is, dat is het eniggeldende en blóedige offer (zie Calvijn op Hebr. 9:26) Zonder deze bloedstorting geschiedt er geen vergeving (Hebr. 9:22).

Een pijnlijke constatering
De rooms-katholieke leer vindt in de tekst en elders in de Bijbel geen steun. Maar… is het geen aantrekkelijke gedachte, dat wij met God samen mogen werken om dan mede via wat wij doen gered te worden?! Het is de leer van de helpende genade, die de zwakke, maar goedwillende zondaar krachten van Boven geeft: Gods genade én mijn werkzaamheid! Dat bevalt ons van nature wel. Want wie komt er nu graag als een totaal schuldig mens voor de dag?! Maar waar het licht gaat vallen op wie wij zijn, blijkt dat wij niets kunnen aandragen. En ook hoezeer uitkomst nodig is. Ik wijs u op wat eerder in de Hebreënbrief aan de orde kwam: we lezen over mensen ‘door al hun leven der dienstbaarheid onderworpen.’ We lezen van mensen ‘met vreze des doods’ (uitdrukkingen uit Hebr. 2:15.) We lezen ook dat gezegd wordt: ‘En er is geen schepsel onzichtbaar voor Hem, maar alle dingen zijn naakt en geopend voor de ogen Desgenen, met Welken wij te doen hebben!’ (Hebr. 4:13) Ook als iemand genade ontvangen heeft, heeft hij of zij te maken met ‘het lichaam dezes doods’ (Rom. 7:24), met het oude, zondige bestaan. De goede werken zijn onvolkomen, níeuwe werken wissen ook de schuld niet van óude zonden.

De weg van Rome troost niet, want we vinden die in Gods Woord niet terug. Maar wat dan wel, als blijkt dat ik vol zonden ben, en de schuld nog dagelijks meer maak? Hoe moet het toch, als het ook over de zonden van bínnen gaat, zodat mijn hárt mij aanklaagt? Wij mensen moeten eens sterven. Dat geldt ons allen. Van Adam af. Het is ons gezét (Hebr. 9:27). En dan worden we beoordeeld en kunnen we - als onze zonden in rekening worden gebracht - rekenen op véroordeling. Tenzij…

Volkomen heil
Wat is dat ‘tenzij’ van belang! Want dat alles tegen ons getuigt, is waar. Daarom op het Woord gelet dat nog meer zegt! Dan mag ik me verwonderen over die andere weg die daarin wordt gewezen: Christus’ enige offer. Eenmaal, in de volheid van de tijd, in de voleinding van de eeuwen, is Hij geopenbaard. Door de Vader! Om, zonder dat ik daarbij ingeschakeld werd, ‘de zonde te níet te doen.’ Ze wordt buiten werking gesteld (Grosheide op Hebr. 9:26). Ze telt naar recht niet meer mee! Dat is de troost van Golgotha: Ook Hij is eenmaal gestorven. In Adams plaats voor Adamskinderen. Om ‘veler zonden weg te nemen’ (Hebr. 9:28). Zonden van vijanden! (zie Rom. 5:8 en 10, en Ef. 2:5 en 16.) Daarom valt te zeggen: ‘Welzalig de mens, dien de HEERE de ongerechtigheid niet toerekent!’ (Ps. 32:2)

Hoe ontvang je dat? Dat hoorde de wanhopige stokbewaarder: ‘Geloof in de Heere Jezus Christus, en gij zult zalig worden!’ (Hand. 16:31) Dat hoorden ook anderen: Alles waarvan je geen redding kunt krijgen in de weg van Mozes, daarvan is er ‘door Dezen’ rechtvaardiging, behoud! (Hand. 13:39) Dat mochten ze horen zonder enige waardigheid in hen, zoals blijkt uit de volgende verzen (Hebr. 13:40-41). De verkondiging, waartoe de HEERE Zijn dienstknechten gebruikt, is van groot belang: Het is ‘de bediening van de verzoening’ (2 Kor. 5:18). Tegelijk geldt: de vrucht van die bediening wordt ontvangen in de weg van het geloof, zonder tussenkomst van een priester. Luther zei het zo van een christen: ‘Zodra hij gelooft, zo zal het hem ook geschieden!’ (Luther op Hebr. 9:24) Wie gelooft blíjft ook op de belofte van God aangewezen. Die moet telkens weer terug naar de éne Fontein. In dit verband noem ik u wat Calvijn leert: Hij schreef, dat wij wel dagelijks moeten bidden, omdat we dagelijks Gods toorn over ons halen, maar dat we nergens anders door verzoend worden ‘dan door dat allerkostelijkste pand, te weten de dood van Jezus Christus!’ (Calvijn op Hebr. 9:26) De diepe ernst van Gods heiligheid drijft uit, niet van God vandaan, maar juist naar de troon toe, de genádetroon (Hebr. 4:16).

Troost die het houdt Gods liefde zal laten zien: totdat Hij komt, zal mogen blijken dat die éne offerande voldoet! Want wie in Hem gelooft, mag met Luther zeggen: ‘Al deze woorden prijzen ons Christus op het zoetste!’ Waarom? ‘Aangezien Hij immers niet als Wreker van onze zonden, of als Rechter, maar als Hogepriester, als Uitdelger van de zonde aangekondigd wordt…’ (Luther op Hebr. 9:26) Hij troost ook - zo meldde Luther – ‘de bedroefde gewetens’, en Hij is ‘aanwezig, niet bij ons, maar voor Gods aangezicht.’ En als Hij komt als Rechter en alle oog Hem zal zien? Ook dan komt Hij voor wie als schuldige op Hem hoopt als de barmhartige Hogepriester! Allen die Zijn genade hebben veracht, zullen voor eeuwig worden weggezonden. Vreselijk! (zie Hebr. 10:31) Het tekstgedeelte spreekt echter over de andere kant aan Zijn tweede komst: Christus, ‘eenmaal geofferd om veler zonden weg te nemen, zal ten andere male zonder zonde gezien worden’ (Hebr. 9:28). Wat een troost: Hij komt zonder zonden terug! De zonden door Hem gedragen heeft Hij niet bij Zich, ze zijn weg. Hij wordt niet gezien met een krúis, maar met een króón. Dat betekent: ‘volkomen zaligheid’! (Calvijn op Hebr. 9:29)

Voor wie? Voor degenen ‘die met (…) een gerust gemoed vast daarop hebben gesteund.’ (Calvijn op Hebr. 9:28) Opdat wij dan niet voor eeuwig onder de ondragelijke last van Gods toorn gebukt zouden moeten gaan, klinkt het namens de Allerhoogste Zelf: ‘Acht Zijn bloed niet onrein. Zie, het Lam Gods!’ (zie Hebr. 10:29 en Joh. 1:35) Zijn enige offer, rijke stof! Dat zegt onze Nederlandse Geloofsbelijdenis als volgt: ‘Wij hebben niet van node enig ander middel te zoeken of uit te denken om ons met God te verzoenen!’ en: ‘Wij vinden allerlei vertroosting in Zijn wonden!’ (Artikel 21 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis) Het brengt tot de lofzang:

‘Loof Hem, Die u, al wat gij hebt misdreven,
hoeveel het zij, genadig wil vergeven!’
Psalm 103:2, ber.

*) Gehouden op 30 oktober 2003 te Middelharnis, tijdens een bijeenkomst belegd door de stichting ‘In de Rechte Straat’.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 2005

Kerkblad | 12 Pagina's

De barmhartige Hogepriester, Zijn enige offer

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 2005

Kerkblad | 12 Pagina's