Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Nederlandse Geloofsbelijdenis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Nederlandse Geloofsbelijdenis

Artikel 33

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van de sacramenten (3)
Wij geloven dat onze goede God, acht hebbende op onze grovigheid en zwakheid, ons heeft verordend de Sacramenten, om aan ons Zijn beloften te verzegelen, en om panden te zijn der goedwilligheid en genade Gods te onswaarts, en ook om ons geloof te voeden en te onderhouden; dewelke Hij gevoegd heeft bij het woord des Evangelies, om te beter aan onze uiterlijke zintuigen voor te stellen, zowel hetgeen Hij ons te verstaan geeft door Zijn Woord, als hetgeen Hij inwendig doet in onze harten, bondig en vast makende in ons de zaligheid, die Hij ons mededeelt. Want het zijn zichtbare waartekenen en zegelen van een inwendige en onzienlijke zaak, door middel waarvan God in ons werkt door de kracht des Heiligen Geestes. Zo zijn dan de tekenen niet ijdel, noch ledig, om ons te bedriegen; want Jezus Christus is hun waarheid, zonder Wien zij niet met al zijn zouden. Voorts zijn wij tevreden met het getal der Sacramenten, die Christus, onze Meester, ons heeft verordend, welke niet meer dan twee zijn; te weten het Sacrament des Doops, en des Heiligen Avondmaals van Jezus Christus.

Vorige keer spraken wij aan de hand van dit artikel over het geloof in de belofte Gods. Dit geloof wordt in de middellijke weg versterkt door de Heere door middel van bepaalde tekenen onder het Oude Testament en in het Nieuwe Testament, vooral door de beide sacramenten door Christus ingesteld. Toen Abraham bij vernieuwing onderwijs kreeg in het genadeverbond, moest hij de dieren in stukken delen en ging er een rokende oven en een vurige fakkel tussen die stukken door. Op deze wijze werd aan hem verzegeld dat de Heere hem tot een groot volk zou stellen. Wat een bestrijdingen en aanvechtingen heeft hij gekend. De Heere ging immers een weg die tegen alle vleselijke berekening inging? Echter, door alles heen maakte God Zijn belofte waar en Abraham mocht door genade de belofte des HEEREN voor waar houden, zij het dat dit samenging met aanvechting en afwijking. Jakob heeft eveneens de oefening van het geloof gekend in de weg van bestrijding en aanvechting. Hij zou heersen over zijn broeder en God zou hem zeer zegenen. Direct na de zegen heeft hij echter moeten vluchten voor zijn broeder en zijn gehele bezit was een staf. Toch kwam de Heere die wonderlijke nacht te geven te Bethel, zodat Hij vertroost en gesterkt verder mocht reizen. Jozef sprak van zijn aanstaande verhoging, maar de weg daartoe was een weg tegen alle menselijke verwachting in. Zijn broeders wierpen hem eerst in de kuil en verkochten hem naar Egypte. Echter, God maakte Zijn Woord waar en er kwam een dag dat zijn broeders zich voor hem bogen. Zo werkt de Heere nog in het hart het geloof in de belofte Gods en komt Hij de Zijnen te hulp in het strijdperk van dit leven, door de waarheid van Zijn Woord te verzegelen middels de bediening van de sacramenten.
Sommige mensen denken, dat geloof in de belofte Gods heel gemakkelijk is. Zij pakken de belofte en hebben verder geen enkele strijd hiermee. Het blijkt echter uit Gods Woord, dat het geloof in de belofte met strijd en aanvechting gepaard gaat. Er moet een weg bewandeld worden waarbij alle vleselijke verwachting afgebroken wordt. In de tijd tussen het ontvangen van de belofte en de vervulling van de belofte, gaat de Heere plaatsmaken voor deze vervulling. Hij maakt ons dan arm en leeg en doet ons afzien van al het onze en leert ons sterven aan al onze verwachtingen. Hij doet ons op die wijze zien, dat uitsluitend Christus en Zijn offer de enige grond is tot rechtvaardiging en Hij is de enige Bron tot heiligmaking.

In deze oefening gaat het in onze beleving juist achteruit in plaats van vooruit. U dacht toen de Heere in uw leven kwam, dat het met u beter zou gaan. Maar, integendeel, het gaat juist achteruit. In plaats dat u heiliger wordt, gaat u meer en meer uw onheiligheid inleven. Dit is nodig, opdat Christus meer en meer gestalte krijgt in ons geestelijk leven. Hij moet immers wassen en wij minder worden. God bindt de eis tot gehoorzaamheid op ons hart door middel van Zijn geboden en inzettingen. Hij zegt: ‘Gij zult …’ opdat wij in die weg ingewonnen worden voor de leer van vrije genade van het Evangelie, waarin Hij belooft: ‘Ik zal ...’ Hij vergeeft de schuld van de zonde, dat is de rechtvaardiging, en Hij reinigt van de smet van de zonde en dit is de heiligmaking. Zo draagt Hij zorg voor de volkomen verlossing, die Hij middels de Woordverkondiging hoorbaar aan ons verklaart en door middel van de sacramenten zichtbaar aan ons predikt.

Dit moet de ondervinding van uw hart zijn als Hij door Zijn genade u geleerd heeft tot zaligheid. Daarom geeft Hij de tekenen en zegelen aan Zijn kerk, zodat zij daardoor bevestigd wordt. De Heere kroont uw sterkte en gerechtigheid niet, maar het geloof wordt geoefend in het Woord van God, namelijk in Zijn belofte, dat Hij de gerechtigheid en heiligheid van Christus u toerekent, die alleen door het geloof aangenomen kan worden. ‘God zal Zijn waarheid nimmer krenken, maar eeuwig Zijn verbond gedenken.’ U hebt zo graag wat in handen en dat wilt u zelf vasthouden en zo vertroost worden, maar God maakt uw handen leeg en maakt u krachteloos en goddeloos. Daarna en tegelijkertijd toont Hij, dat de zaligheid beloofd wordt en vastligt in de Persoon van de Middelaar, buiten uzelf. U krijgt geen bevestiging van uzelf en uw werk voor God, maar u wordt juist door het geloof gebracht tot de erkenning en belijdenis van de vaste grond van het werk van Christus voor u! Hij toont Zijn werk, Zijn barmhartigheid en Zijn genade. Wij willen zo graag vanuit onszelf aanknopingspunten hebben en zo opklimmen tot de Heere. Het moet echter juist andersom, want wij moeten leren sterven aan al het onze. Het zijn tekenen en panden om de goedwilligheid en de genade Gods te onswaarts te tonen, zegt onze belijdenis. Hij verzegelt de waarheid van Zijn Woord en de volkomenheid van Zijn werk. Zo zijn de sacramenten een teken en een zegel van Gods goedheid, van Zijn vergevende liefde, van Zijn onwankelbare trouw, van het ‘Ik voor u, daar gij anders de eeuwige dood zou moeten sterven.’ Zij bevestigen en versterken het reeds aanwezige geloof. Wat krijgen de sacramenten dan een diepe en rijke betekenis en wat moeten wij onszelf dan aanklagen dat wij zo oppervlakkig en onschriftuurlijk met deze heilige en zichtbare tekenen zijn omgegaan.

Er is een verschil tussen de bediening van het Woord en het sacrament. Het Woord werkt en versterkt het oprecht geloof, maar het sacrament versterkt alleen het geloof. Het Woord kan tot zegen zijn zonder de sacramenten, maar het sacrament mogen wij nooit losmaken van het Woord, want het is hieraan verbonden. Om versterkt te worden door het sacrament is niet een bepaalde mate van geloof nodig, maar wel oprecht geloof. Begrijpt u wat ik hiermee bedoel? Het is dus niet zo, dat u pas mag deelnemen aan het sacrament, en dan bedoel ik vooral het sacrament van het Heilig Avondmaal, wanneer u een bepaalde stand in het geloof kent, maar het gaat erom of u een waar geloof deelachtig bent. Hoe klein en bestreden dit geloof ook is, maar dit geeft een recht tot deelname aan het sacrament. Alle kinderen worden gevoed en juist de kleinsten ontvangen de meeste aandacht. ‘Elk die Hem vreest, hoe klein hij zij of groot; wordt van dit heil, die weldaân deelgenoot.’ De kinderen worden soms bestreden, of zijn onwillig om dit voedsel tot zich te nemen, maar de nodiging gaat tot allen uit. Is het uw onderzoek of u mag delen in het waar geloof? Een andere misvatting is, dat wij zo graag versterkt aan de bediening van de sacramenten komen, maar wij komen niet ‘versterkt’, maar om versterking. Wij moeten komen als een doodschuldige, als een verlorene, als een zondaar om versterkt te worden door een gezicht op de goedheid en barmhartigheid, om te ontdekken de tekenen van de goedwilligheid en de genade Gods te onswaarts. Hoe en met welk oogmerk komt u tot het sacrament?

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 maart 2006

Kerkblad | 12 Pagina's

De Nederlandse Geloofsbelijdenis

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 maart 2006

Kerkblad | 12 Pagina's