Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zijn er bijbelse gronden voor de leer van de verwerping?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zijn er bijbelse gronden voor de leer van de verwerping?

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Inleiding
Moeite met of kritiek op de leer van de volstrekte soevereiniteit van God pleegt in te zetten bij de leer van de verwerping. De leer van de verwerping zegt ons dat God in Zijn eeuwig besluit mensen voorbij is gegaan en hen niet tot eeuwige zaligheid heeft verkoren. Arminianen wijzen zowel de leer van de verkiezing als de verwerping af. De lutherse orthodoxie pleegt over de leer van de verkiezing te zwijgen en die van de verwerping van de hand te wijzen. Voor deze benadering zijn bij Melanchthon aanknopingspunten te vinden. Binnen de gereformeerde gezindte zijn er instemmende geluiden te horen als het gaat om de laatste zienswijze. In de leer van de verwerping zoals verwoord in de Dordtse Leerregels ziet men dan de kwalijke doorwerking van de scholastiek in de gereformeerde theologie. Wie een eeuwig besluit van verwerping leert, zou geen recht doen aan de bijbelse oproep tot geloof en bekering. Is deze stellingname juist en zo niet, wat zijn de bijbelse gronden van de leer van de verwerping? Als die er zijn, op welke wijze moet dan de leer van de verwerping in de prediking naar voren komen? Is inderdaad de leer van de verwerping onverenigbaar met het bevel van geloof en bekering in de prediking vanuit de overtuiging dat Christus aan de zondaar wordt aangeboden om niet?

Expliciete Schriftgegevens over de verwerping
In de Bijbel komen we het woord ‘verwerping’ niet tegen met betrekking tot wat in de dogmatiek de verwerping van eeuwigheid wordt genoemd. Dat wil echter niet zeggen dat er geen Schriftplaatsen zijn die ons duidelijk maken dat God in Zijn besluit tot zaligheid niet alleen mensen heeft verkoren, maar ook anderen is voorbijgegaan. Eduard Böhl, schoonzoon van H.F. Kohlbrugge, noemt in zijn dogmatiek de volgende Schriftplaatsen: Rom. 9:18, 21; 2 Tim. 2:20; Jud. 4 en Spr. 16:4. De verwerping is de keerzijde van de verkiezing. God, Die van eeuwigheid sommigen tot zaligheid heeft verkoren, is daarmee anderen voorbijgegaan.

Op de Dordtse synode kwam de vraag naar voren of in de besluiten van verkiezing en verwerping de mens als mens of als gevallen mens wordt gezien. De supralapsarische theologen stelden het eerste en de infralapsarische het tweede. Calvijn heeft zich over deze kwestie niet nadrukkelijk uitgelaten. Wel vinden we bij hem uitspraken die als supralapsarisch getypeerd zouden kunnen worden. Zonder het supralapsarisme van de hand te wijzen, hebben de Dordtse Leerregels de leer van verkiezing en verwerping op infralapsarische wijze verwoord. Met hun infralapsarische verwoording van de leer van de predestinatie konden de Dordtse vaderen aansluiten bij artikel 16 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. In dit artikel wordt de verwerping namelijk met Gods rechtvaardigheid en de verkiezing met Gods barmhartigheid verbonden. Waarom God de een Zijn barmhartigheid bewijst en de ander naar Zijn rechtvaardig oordeel in het verderf laat, is een zaak van Zijn soevereiniteit. Dat laat zien dat het verschil tussen supra- en infralapsarisme betrekkelijk is. Het is meer een academische kwestie. Als wij over de volgorde van Gods besluiten spreken, raken wij aan de grenzen van ons voorstellingsvermogen. We moeten beseffen dat God God is en wij mensen zijn.

De verwerping betekent dat God, Die in Zijn ondoorgrondelijke wijsheid de zondeval opnam in Zijn raad, sommigen in het verderf waarin zij zich vrijwillig hebben gestort, heeft gelaten. In de Dordtse Leerregels wordt de verwerping als een passief besluit van God omschreven en de verkiezing als een actief besluit. In het besluit van de Dordtse Leerregels wordt dan nog eens onderstreept dat wij niet op gelijke wijze over verkiezing en verwerping mogen spreken. De vraag of wij over twee besluiten moeten spreken, namelijk van verkiezing en verwerping, of over een tweevoudig besluit waarbij de verwerping de keerzijde van de verkiezing is, maakt inhoudelijk niet uit. De grote vraag is of wij belijden dat God de Soevereine is.

De leer van de verwerping en de Godsleer
Is een expliciete leer van verwerping van eeuwigheid een vrucht van de kwalijke invloed van de scholastiek? De vraag naar de verhouding tussen de ordening en weergave van de bijbelse gegevens en de betekenis daarvan voor de inhoud van de bijbelse boodschap is niet eenvoudig te beantwoorden. In het licht van de noodzaak om bijbelse gegevens in een onderlinge samenhang te ordenen, moeten we spreken over de betekenis van scholastiek of logica. Onjuist is het om het gebruik van logica of scholastiek te verbinden met een bepaalde visie op de leer van de verwerping. Historisch gezien wilde men met gebruik van de logica een leerstuk waarvan de inhoud reeds vaststond, alleen maar verduidelijken. De gedachte dat, als het gaat om het verloren gaan van mensen, we niet meer mogen zeggen dan dat God verwerpt die Hem verwerpen. Dit is ook juist op scholastieke wijze gerechtvaardigd door een beroep te doen op de zogenaamde middenkennis. Dat houdt in dat Gods besluit volgt op Zijn voorkennis van wat de mens zal doen. Als de visie van de middenkennis waar is, is God niet volstrekt zelfstandig ten opzichte van Zijn schepselen. Als echter iets duidelijk wordt in de Schrift, is het dat God de volstrekt Soevereine is. Hij werkt alle dingen naar de raad van Zijn wil. Hij doet al wat Hem behaagt. Dat is de belangrijkste reden om niet te zwijgen over de leer van de verwerping. Het gaat om het God-zijn van God. Wij belijden dat God de Algenoegzame is in Zichzelf en op geen enkel punt van Zijn schepselen afhankelijk is.

De leer van de predestinatie en de prediking van het Evangelie
De leer van de verkiezing is vooral tot troost en bemoediging van het volk van God. Zij werpt ook alle menselijke hoogmoed neer. ‘Het is niet desgenen die wil noch desgenen die loopt maar des ontfermenden Gods’ (Rom. 9:18). Op grond van de kenmerken van de verkiezing kunnen we zeker zijn van Gods eeuwige liefde ten opzichte van ons. Het eerste kenmerk van de verkiezing is het waarachtige geloof in de Heere Jezus Christus. Hij wordt door Calvijn de spiegel van de verkiezing genoemd. Wie buiten het geloof in Christus de leer van de verkiezing zoekt te verstaan, komt in een labyrint terecht, als het gaat om het verkrijgen van de kennis van eigen zaligheid. Hier zien we de ongelijkheid van de verkiezing en verwerping. Nooit kunnen we in dit leven van mensen met zekerheid weten of zij verworpen zijn.

De leer van de verkiezing is misbruikt. Mensen spraken en spreken erover zonder dat zij in de wegen van Gods uitverkorenen wandelen. Zij is echter voor oprechte vromen ook een bron van aanvechting geweest. Luther wist daarvan. In dit verband speelt voor hem het onderscheid tussen de verborgen en geopenbaarde God een grote rol. Wij moeten ons houden aan God zoals Hij Zich openbaart. Calvijn spreekt hier over de aan ons geopenbaarde zijde van de wil van God. Voor Luther was in dit verband de geschiedenis van de Kananese vrouw tot grote troost. Hoewel zij uit Christus’ eigen mond hoorde dat Hij niet voor haar was gekomen, ging zij niet van Hem weg. Zij beriep zich, door het Woord dat zij uit Christus’ mond hoorde, op Zijn hart. Kohlbrugge wijst erop dat Jakob in zijn worsteling met God te Pniël vreesde dat hij Ezau was, omdat hij zich eenmaal om de zegen te verkrijgen als Ezau had voorgedaan. Kohlbrugge maakt dan de diepe opmerking dat Jakob wel bang was dat hij Ezau was, maar dat Ezau er nooit mee heeft gezeten dat hij Ezau was. God werkt alle dingen naar de raad van Zijn wil. Als wij zalig worden, heeft God ons gewillig gemaakt. Als wij verloren gaan, hebben wij volhard in onze onwil om ongerechtigheid en eigengerechtigheid te verlaten.

God gaat ons begrip te boven
Als wij nadenken over de relatie tussen Gods soevereiniteit en de prediking van het Evangelie met daarin de uitnodiging om de toevlucht te nemen tot Christus, moeten we beseffen dat God ons begrip te boven gaat. In de Nederlandse Geloofsbelijdenis wordt daarom ook ‘onbegrijpelijk’ als een van Gods eigenschappen genoemd. Wij mogen niet op menselijke wijze over God denken. In de gereformeerde theologie na Calvijn maakte men een onderscheid tussen de archetypische en ectypische godskennis. De archetypische godskennis is de kennis die God Zelf heeft van goddelijke zaken. Wij bewonderen en aanbidden deze kennis, maar zij is voor ons geen voorwerp van onderzoek. De ectypische godskennis slaat op de kennis die een mens van God kan verkrijgen op grond van Diens openbaring. Arminius wilde van dit onderscheid niet weten. Dat had te maken met het intellectualistische karakter van zijn theologie. Ik leg er de vinger bij dat ook zij op grond van de leer van de predestinatie niet willen weten van een reële uitnodiging van God aan de zondaar om tot Christus te komen in de prediking van het Evangelie, en evenmin van het onderscheid tussen archetypische en ectypische godskennis willen weten. Wanneer zij tot andere conclusies komen, menen zij evenals de remonstranten, dat God zoals Hij in Zichzelf is, door het menselijke verstand doorgrond kan worden.

Laten we God toch God laten, zowel in Zijn besluiten als in de vaste wetenschap dat de oproep tot geloof en bekering niet strijdig is met Zijn besluiten. De God van de Bijbel, de God van Abraham, Izak en Jakob, de Drie-enige God, gaat ons begrip te boven. Zo leren wij Hem juist kennen als Hij ons naar Zijn eeuwig welbehagen trekt uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht. Dan gaan wij God verheerlijken en ons in Hem verheugen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 maart 2006

Kerkblad | 12 Pagina's

Zijn er bijbelse gronden voor de leer van de verwerping?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 maart 2006

Kerkblad | 12 Pagina's