Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De tegenwoordigheid van Christus in het Heilig Avondmaal

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De tegenwoordigheid van Christus in het Heilig Avondmaal

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De laatste jaren wordt de werkelijke tegenwoordigheid van Christus in het Heilig Avondmaal volgens Calvijn nogal sterk benadrukt. Een lijn wordt dan getrokken naar de Lutherse leer in de Augsburgse confessie. Er zou dan grote overeenkomst bestaan tussen Luther en Calvijn. Met name prof. De Reuver is een voorstander van deze visie. Als iets vaak wordt gezegd en nog wel door een hoogleraar, dan treedt een zekere mate van gewenning op en wordt gedacht dat het wel waar zal zijn. De voorstelling, dat er geen significante tegenstelling zou zijn tussen de Avondmaalsleer van Calvijn en Luther, werd nog weer eens naar voren gebracht in het Reformatorisch Dagblad van 30 september j.l. naar aanleiding van het afscheid van prof. Verboom, een collega Gereformeerde Bonds-hoogleraar van prof. De Reuver. Het is daarom goed er eens dieper op in te gaan. Dat wordt nu gedaan door te rade te gaan bij een onafhankelijke deskundige: prof. dr. W.F. Dankbaar (1907-2001), die in 1941 promoveerde bij prof. dr. J.N. Bakhuizen van den Brink (1896-1987) op een proefschrift getiteld: ‘De sacramentsleer van Calvijn’.

Iemand zal zeggen, dat Calvijn zich achter de Augsburgse confessie heeft geschaard, hetgeen elke verdere discussie overbodig maakt. Prof. Dankbaar maakt duidelijk, dat dit tot de benadering van Calvijn behoorde bij het vinden van een oplossing in leergeschillen. Om wantrouwen weg te nemen en de discussiepartners tot uitspraken te bewegen, stelde Calvijn zich op het standpunt van de ander. Daarbij wist hij heel goed dat er verschillen met zijn eigen standpunt waren. Als Calvijn in gesprek was met zijn discussiepartners, dan kwamen die onder de indruk van zijn zachtmoedigheid, zijn kennis en zijn juiste, schriftuurlijke argumenten. Zo bereikte Calvijn overeenstemming met de Zwinglianen. Calvijn had ook zijn hoop gevestigd op Melanchthon, dat deze zich achter Calvijns standpunt zou scharen. Dat is helaas niet gebeurd. Het werd nog erger, omdat de Lutheranen met kracht bleven bij hun mening.

Calvijn was de theoloog van de Heilige Geest en dat kwam ook in zijn Avondmaalsleer tot uitdrukking. Door de werking van de Heilige Geest is Christus werkelijk aanwezig bij de bediening van het Heilig Avondmaal. In het Latijn wordt dan gesproken van de presentia realis. Die term, de werkelijke tegenwoordigheid aanduidend, werkte in de tijd van Calvijn ook al misverstand. Want ook Luther was het daarmee eens. Alleen bedoelde Luther met de presentia realis: de presentia corporalis, de lichamelijke tegenwoordigheid van Christus. Luther was van mening, dat wie het sacrament van het Heilig Avondmaal genoot, met zijn kiezen het lichaam van Christus vermaalde. Calvijn en Bullinger spraken af om de term presentia realis niet meer te gebruiken om elk misverstand te vermijden. Calvijn, en met hem de gereformeerden, geloven dat Christus ook naar Zijn menselijke natuur in de hemel is. Hij is met ons door de werking van de Heilige Geest. Luther, die nog erg vast zat aan middeleeuwse begrippen, leerde dat Christus naar Zijn lichamelijke gestalte alomtegenwoordig was. Dat is dus onjuist en maakt duidelijk, dat het om meer gaat dan het Heilig Avondmaal alleen.

Nu zal iemand zich afvragen wat dat alles nu uitmaakt voor de kerk. Calvijn zegt dan: ‘alles’, want het sacrament is vanaf het begin voor Calvijn een van de grondleggende elementen van de kerk geweest. Deelneming aan de sacramenten behoort tot de kenmerken krachtens welke met een zeker oordeel der liefde mensen tot de uitverkorenen en leden der kerk mogen worden gerekend. Het mag dan ook niet verwonderen, dat Calvijn deelneming aan het Lutherse Avondmaal ontraadde.
Het gebruik van de werkelijke tegenwoordigheid van Christus in het Heilig Avondmaal is dus geen juiste methode om overeenkomst tussen Luther en Calvijn te bewijzen. Men baseert zich dan op een woordenspel, dat de bedoeling van Luther en die van Calvijn maskeert. Bovendien heeft Calvijn zich van de methode die prof. De Reuver toepast gedistantieerd. In alle ootmoed, niettemin met stelligheid, mogen we toch blijven vasthouden aan de gezonde leer, ook die van het Heilig Avondmaal, zoals de belijdenisgeschriften ons dat leren en zoals door Calvijn is uitgelegd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 november 2006

Kerkblad | 12 Pagina's

De tegenwoordigheid van Christus in het Heilig Avondmaal

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 november 2006

Kerkblad | 12 Pagina's