Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Religie en samenleving

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Religie en samenleving

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ik wilde uw gedachten een ogenblik bepalen bij enkele opmerkingen over de relatie maatschappij en religie, ofwel dit aspect van het krachtenveld waarin onze jongeren leven en waarin wij ook als scholen staan met en ten behoeve van onze kinderen en jongeren.

Gebinte
Onlangs verscheen het rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), ‘Geloven in het publieke domein’. In het ND van 2 januari dit jaar schreef prof. Harinck uit Kampen over deze materie. Hij schreef daarover onder andere: ‘De kerk staat op het punt ontdekt te worden als gebinte van de moderne samenleving.’ Dat is een treurige gang van zaken, omziende naar het verleden. Anderzijds ligt er veel waarheid in. In ieder geval zou ik willen zeggen dat de religie het gebinte is van de school; een ander beeld is dat religie de basis is. Ik kan ook spreken van ruggengraat. Er is geen professionaliteit zonder identiteit; het laatste vereist het eerste, maar de prioriteit ligt bij de identiteit. Dat geldt voor de zorgsector, maar ook voor de onderwijssector. Daarbij zou ik graag de drieslag ‘gezin, kerk en school’ vasthouden. Onze tijd laat iets zien van meer religie (wat men soms geloof noemt), maar minder kerk. Dat is niet goed, niet bijbels en niet reformatorisch. Ik denk dat we als school ook hebben te waken dat deze band blijft. Dat is een roeping ten aanzien van onze gedoopte kerkjeugd op onze scholen.

Het publieke domein
We worden de laatste tijd van overheidswege verwend met rapporten over de plaats en functie van religie in ons land. Of het nu gaat om christendom, islam of religie in het algemeen, schijnt niet uit te maken. Eerder dit jaar verscheen bij het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) het rapport ‘Godsdienstige veranderingen in Nederland. Verschuivingen in de binding met de kerken en de christelijke traditie’. De buitenkerkelijke, lees de buiten-bijbelse, religie teelt welig. Het zo pas verschenen rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) ‘Geloven in het publieke domein’ richt zich niet alleen op het christendom, maar heeft religie in zijn algemeenheid tot onderwerp van zijn onderzoek. De ondertitel van het rapport luidt: ‘Verkenningen van een dubbele transformatie’. In de wetenschap en in de media kreeg religie hoogstens aandacht als achterlijk of verdwijnend fenomeen of verschijnsel. Over dat achterlijk kan men vandaag nog twijfelen, maar de religie is in elk geval niet verdwenen. Men spreekt van een ‘comeback’ (terugkeer) van religie, mede vanwege de al dan niet vermeende terugkeer van het traditionele geloof en opkomende nieuwe vormen van religieuze beleving, waardoor religie zich weer manifesteert (naar buiten komt) in het publieke domein. Dit temeer door de opkomst van de islam en nieuwe generaties kinderen die geen christelijke achtergrond hebben. Daarbij zijn ‘de media voertuigen van religie, maar creëren ze ook nieuwe religiositeit.’ Let daarop.

Ongelijk
Men meende dat wetenschap, intellect, voortschrijdend inzicht en licht, de moderne tijd en de heerschappij van de ratio (verstand) de religie zouden doen verdampen, maar religie is onuitroeibaar, omdat ze ingeschapen is. Ik denk aan ds. Hellenbroeks vragenboekje. De verlichting zou doorwerken en doorbreken. Het rationalisme zou het winnen. De evolutietheologen en filosofen van het marxisme hebben ongelijk gekregen. Ook al denken wij vanuit de reformatorische visie anders over zaken als secularisatie dan de moderne mens, maar men erkent dat secularisatie een mislukking of misrekening is. Geen juichen meer om analyses met rapporten dat er leegloop van religie en kerken is. Maar of deze conclusies wel zo terecht zijn is een tweede.

Het atheïsme (ontkennen van enige god) leerde, dat wanneer de mensen hun verstand zouden gebruiken de wetenschap triomfen zou vieren en de verlichting door zou werken, religie vanzelf zou verdwijnen, evenals de kerk. Maar religie verdwijnt niet, want de mens heeft een ingeschapen Godskennis, zo leren we van genoemde oudvader. Ook het RD besteedde aandacht aan het rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (546 pagina’s) en schreef terecht dat het daarom gaat dat de mens zich prettig voelt; dat is het criterium, in de kerk, onder de prediking, in de gemeente en anders gaat men weg, men gaat shoppen, dat noemen we het consumentisme dat van de religie een kerkelijke supermarkt maakt en als merk de naam van een prediker uitkiest, die preekt naar eigen natuurlijke smaak. Dat noemt men ondertussen vrucht van geestelijk leven. Maar is dit geen atheïsme in andere vorm? Moeten we ook daar onze jongeren middellijk niet tegen waarschuwen en wapenen?

Post-christelijk
Is het terecht dat we constateren dat ‘God weer mag’ (verkeerde uitdrukking) zoals men het uitdrukt? Heeft Geert Mak ongelijk dat God verdween uit Jorwerd? Is het boek over de gereformeerden van Agnes Amelink achterhaald? Heeft de God-is-dood theologie gecapituleerd? Het valt te betwijfelen. Als voorbeeld noem ik de verkiezingsuitslag vorig najaar. En ook het hele mediagebeuren en het gehele ethische gedrag van de samenleving. We zijn in een post-christelijk tijdperk; dat betekent niet dat Christus geen Koning meer is, maar dat de mensen Hem niet erkennen als Koning. Dat blijkt uit het liberalisme en socialisme die beide spruiten uit de wortel der revolutie en in feite antibijbels zijn, zoals uitkomt in hun ethische denkpatronen en leefwijze. In dat klimaat ademen onze jongeren.

Humanisme
Anderzijds, zeker er is nog religie. Ik zou zeggen: er is natuurlijke religie, die haaks staat op bijbelse religie. Ik geef een breed citaat van genoemde professor. ‘Religie blijkt niet te zijn verdwenen uit onze samenleving, maar veranderde de afgelopen decennia wel sterk van karakter. Individualisering is hier het sleutelwoord, met voor de roergangers van het publieke domein als grootste nadeel dat daar minder grip op is te krijgen. De verwachting van de onderzoekers is dat deze individualisering voortgaat met voor het publieke domein en voor de kerken nadelige gevolgen. De niet-religieuzen kenmerken zich volgens het WRR-rapport door hedonisme (genotsdenken), zelfbeschikking en nihilisme, niet direct bouwstenen voor een samenleving. Dat onze samenleving van christelijk is veranderd in humanistisch is iets te vriendelijk geformuleerd; een kleine 20 procent is niet-religieus en niet-humanistisch: zij accepteren niet de sociale orde waarin zij leven en vormen een risico voor onze democratie.’

In deze tijd leven we, staan we, hebben we onze roeping ten aanzien van onze jeugd, die ook in dit klimaat leeft en opgroeit. Dat is een hoogst ernstige zaak. En laten we humanisme niet zien als een bijbelse zaak, zoals, in zekere zin, gezegd kan worden van Erasmus, want het is anti-goddelijk. Wanneer het humanistisch verbond reclame voert met de slogan dat wanneer men haar niet helpt ‘men aan de goden overgeleverd is’, dan is dit een rechtstreekse aanval op elke vorm van religie, ook tegenover de ene God van de Bijbel. In deze tijd leven onze kinderen. Dat is de adem die de pers en media verspreiden. Dat geldt ook voor muziek die via de moderne techniek verspreid wordt. Onverschilligheid tegenover religie kan erger zijn dan vijandigheid. Ik weet niet wat erger is, Friedrich Nietzsche of Jean Paul Sartre.

Individualisme
Daarbij komt een ander punt, namelijk het individualisme; er is geen kerkelijke binding. Men kan zeggen dat dat geen secularisatie betekent, maar het is een andere vorm van verwereldlijking. Het is een variant op het populaire: ieder voor zich en God voor ons allen. Of van het oud-Griekse: Ken uzelf, wees zelfbewust, bepaal je eigen weg en gang, bepaal je eigen religie. In deze betekenis wordt religie een menselijke acte van zingeving. ‘God is: de zin die ik aan mijn leven geef.’ Religie wordt zo een volledig menselijk gebeuren, hetzij dat sociaal geschiedt met anderen in kerken of gemeenten van eigen keus en consumptie, of individueel vanuit de vermeende autonomie van de mens-in-Adam. In wezen is religie dan, hoewel een contradictio in terminis, een variant op de Parijsrevolutie van het ‘ni Dieu, ni maître’ (geen God en geen meester), en dus een herhaling van de paradijsrevolutie, die altijd herhaald wordt.

Twee dingen
Ik ga hier nog even op in. Men spreekt ervan dat geloof terugkeert, maar dan wel heel strikt persoonlijk, ieder gelooft voor zich. Ik herhaal: Men heeft geen binding aan een kerk: collectief beleden en beleefde geloofswaarheden zijn niet in, men heeft er geen behoefte aan. Men haalt de inspiratie uit eigen motivatie. De mens is twee dingen: hij is gelovige én hij is god; dat wil zeggen: hij bepaalt eerst zelf wat hij wil geloven en daarna gelooft hij daarin. Dat is autonomie (zelf de wetten stellen). Dat leerden de oude Grieken ook in hun filosofie en mythologie. Er zijn er die religieus zijn in de sfeer van New Age, men is een ongebonden spirituele groep, waarbij het subjectieve (de persoonlijke visie en beleving) zo centraal is dat het doorslaggevend is boven objectieve waarheden uit. Men spreekt van transformatie van de religie: formatie is de vorming, deformatie is de neergang of misvorming, reformatie is de hervorming, transformatie is de veranderde vorming. Dat is geen terugkeer van religie, terug naar het oude; dat is, zegt men, geen verwereldlijking (secularisatie = het afrekenen met het bovennatuurlijke), maar een transformatie; het zal duidelijk zijn dat we naar de bijbelse boodschap hier ook zeer tegen gekant dienen te zijn; het is een andere vorm van secularisatie. Ik constateer dus dat de maatschappij waarin we leven een droeve wereld is en we zien een inverdrietige gang van zaken om ons heen. Ik denk aan de kabinetsformatie waarbij VVD en D66 indringend bezwaar maken tegen het eventuele inkapselen van de soepele regelingen wat betreft het homohuwelijk (waar 82 % van de Nederlanders voor is, tegenover 44 % van de Europeanen), en de wetgeving wat betreft abortus en euthanasie. Men noemt dat paarse verworvenheden (een uitdrukking die ons duidelijk zegt uit welke hoek de wind waait). De tijd van onze jongeren.

a/anti-religieus
Daarbij blijkt dat de maatschappij zich verder ontwikkelt en dat de begrippen a-religieus en antireligieus in elkaar grijpen, elkaar overlappen en complementair zijn. Openlijk wordt in de kamer gezegd dat men niet wil horen van godsdienstige bezwaren; dat wil zeggen dat men openlijk zijn of haar onkunde uit over het wezen van de religie. Men wil geen godsdienstige argumenten horen in de publieke ruimte. Het ideaal van onze tijd is die man die na 25 jaar afscheid nam van zijn bedrijf en geprezen werd omdat men al die jaren nooit begrepen had dat hij kerkelijk meelevend was! Ds. Hellenbroek zegt dat we het christelijk geloof zouden moeten uitdrukken in een heilige wandel (naar aanleiding van het Heilig Avondmaal); dus ook in maatschappij, politiek of het publieke domein; de Heidelberger is duidelijk over de tien geboden en dat alles vanuit de verworteling in de Schrift. Dit land laat meer en meer zien hoe antichristelijk het is; de vijandschap druipt ervan af. Ik ben wellicht wat scherp, maar ik kan het niet anders zien. In deze tijd leven onze jongeren. Een tijd die onder andere vraagt om apologetiek ofwel een getuigende, apologetische houding. De verhorizontalisering van de religie is een wezenlijk gevaar, men gaat van de dogmatiek naar de ethiek en vergeet de eerste. Religie is zaak van doen, hart en belijden staan daarbuiten, zo schijnt het. God dienen is synoniem met medemenselijk zijn, een sociale houding aannemen, ook als zogenaamd christelijke partij. Het spreekt jongeren aan. Helaas. Het debat waarden en normen verzandt in fatsoensvormen en oppervlakkigheid. Dat heeft onze jeugd niet nodig.

Stimuleren
De waarschuwing is op zijn plaats. Ik las dat een theoloog terecht zegt dat waar traditionele religie verdwijnt, de plaats daarvan gemakkelijk wordt ingenomen door religieus gekleurde filosofische stelsels. Elk vacuüm zoekt opvulling. De een noemt dat maatschappelijke binding, de ander noemt het een transcendente spiritualiteit, of een strikt persoonlijke vorm van spiritualiteit of godsdienst, die wel geloof heeft, maar geen god, religie met een afkeer van traditionele vormen in een modern kleed. De praktijk is dat de religie geen maatschappelijk bindmiddel meer is, zoals Cohen dat noemde. ‘De afkalving van het kerkgebonden christendom in Nederland en West-Europa houdt risico’s in voor de sociale samenhang’, zo lezen we ergens. Ik pleit er met Erik Borgman voor dat ‘bijdragen voor het publieke debat vanuit een levensbeschouwelijke achtergrond krachtig gestimuleerd worden’; ik vervang dan levensbeschouwelijk door bijbels en reformatorisch. Religie en publiek domein beïnvloeden elkaar wezenlijk en doordringend. Dat geldt ook de scholen. We dienen ons daarvan bewust te zijn, ook wat onze jongeren aangaat. We zijn verantwoordelijk. We zullen ook eenmaal verantwoording moeten afleggen.

Besluit
Ik ga besluiten: We blijven staan waar we staan. Dat zij vrucht van genade. Ik laat in mijn gedachten, ten onrechte, de andere religies en het multireligieuze even buiten beschouwing; ik moet me toch al beperken. Ook zie ik geen groeiende invloed van de orthodoxe godsdienst, zoals sommigen zeggen. Religie is ook niet genetisch bepaald. ‘Alle eigenschappen van een mens zijn gedeeltelijk genetisch bepaald, maar diens religie niet’, zegt een docente van de VU. Ware religie is niet erfelijk. Ware religie is niet van beneden, geen product van de mens en des mensen geest. Overigens is er wel een vorm van natuurlijke religie, die we door kunnen geven, als we dat zo mogen noemen. Maar wij geloven in de Drie-enige God en Zijn geopenbaarde Woord boven ratio, verlichting, evolutie, marxisme, vrijdenkerij, tijdgeest, massa-cratie, media-cratie, multi-tijdperk, eenheidsstreven, wetenschap, techniek, atheïsme, moderne ontwikkelingen en situaties enzovoorts in. Dat is een wonder, van Godswege gewerkt. Geen van bovengenoemde zaken kan ons dat afnemen. Dat we zo de jongeren voor zouden gaan. Is dit alles niet negatief? zo kunt u vragen. Neen, want ik mag wijzen naar Gods Woord. De Heere geve onze jongeren en ons dat we gesteld zijn en staan in de lijn van het volk van Hebreeën 11 op de weg van Hebreeën 12 naar de toekomst van Openbaring 22. Daarom mogen we ook Psalm 27 vers 7, hoe bestreden ook, zingen. Dat werke Gods Geest.

Staphorst, ds. Tj. de Jong

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 januari 2007

Kerkblad | 12 Pagina's

Religie en samenleving

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 januari 2007

Kerkblad | 12 Pagina's