Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Charles Leiter: Rechtvaardiging en wedergeboorte (deel 2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Charles Leiter: Rechtvaardiging en wedergeboorte (deel 2)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Verhouding tussen vlees en geest Paulus zal zich wel in Johannes hebben herkend. Enerzijds kan hij vrijmoedig zeggen dat christenen heiligen zijn. Dat komt bij hem niet in mindering op het feit dat gelovigen ook zondaren zijn. In zijn brieven waarschuwt Paulus concreet genoeg tegen tal van zonden. Blijkbaar zijn de gelovigen daartoe in staat. Het meest aangrijpend is de belijdenis aangaande zichzelf. Hij heeft zichzelf wel de minste van de apostelen en de minste van de heiligen genoemd, maar in 1 Timotheüs 1:15 noemt hij zichzelf ‘de grootste der zondaren’. Heeft Paulus zichzelf niet goed begrepen dat hij geen zondaar meer is? Neemt hij zijn nieuwe natuur niet serieus genoeg? Neen, Paulus weet van de twee werkelijkheden. Hij is in het vlees en tegelijkertijd in de Geest. Dat maakt de geestelijke strijd zo intens en werkelijk.

Volgens Leiter zijn we in het rijk van het vlees óf in het rijk van de Geest. Men kan in het rijk van de Geest zijn en naar het vlees denken, maar dan is men een ingezonken christen. Een gerijpt christen is in het rijk van de Geest en wandelt naar de Geest. Vlees en zonde zijn er wel, maar liggen grotendeels achter ons. Het komt mij voor dat Paulus in Galaten 5:17 op een heel andere wijze dan Leiter over de verhouding van vlees en geest schrijft. ‘Het vlees begeert tegen de Geest.’ Hoe meer van de Geest, hoe meer verzet van het vlees. Deze strijd is geen gevolg van een geesteloze positie van de christen, maar het gevolg van een geestelijke positie van de christen. Bij Leiter wordt de geestelijke strijd te vlakjes. Het christelijke leven wordt te triomfantelijk getekend. Luther zei tegen Erasmus dat hij een toeschouwer was van de geestelijke strijd. Christenen zijn geen toeschouwers van de geestelijke strijd, maar die worsteling op leven en dood voltrekt zich in hun eigen binnenste. Dit blijkt als Leiter gaat spreken over de duivel. We hebben de strijd tegen een verslagen duivel. Is dit de bedoeling van Paulus als hij in Efeze 6:12 zegt dat we de strijd niet hebben tegen vlees en bloed? Is dat de bedoeling van Petrus als hij ons alarmeert dat de duivel rondgaat als een briesende leeuw? In Christus zijn we meer dan overwinnaars, maar in onszelf kunnen we niet één ogenblik staande blijven. We moeten de duivel veel serieuzer nemen dan Leiter doet.

Het afsterven van de oude mens
Als we ervan uit moeten gaan dat we geen zondaar meer zijn, is het ook niet verwonderlijk dat het afsterven van de oude mens in de theologie van Leiter niet functioneert. We vinden dat in de Heidelbergse Catechismus treffend vertolkt in de tweeslag van de bekering: Bekering is: ‘het afsterven van de oude mens en de opstanding van de nieuwe mens’. Deze beide processen verlopen parallel. Het ene is niet denkbaar zonder het andere. Bij Leiter ligt dat anders. In feite spreekt hij niet over het afsterven van de oude mens, maar alleen over de opstanding van de nieuwe mens. Hij beroept zich daarvoor op het definitieve spreken over de oude mens in Romeinen 6. We lezen daar dat onze oude mens met Christus gekruisigd is. Dit roept de vraag op of de Heidelbergse Catechismus misschien te weinig oog heeft gehad voor het definitieve spreken over het gestorven zijn van de oude mens? Is de Heidelberger met het procesmatige spreken over het afsterven wel helemaal in lijn met Romeinen 6? We moeten het er immers voor houden dat we de zonde zijn gestorven? Hier gaat het opnieuw om het geheimenis van de gemeenschap met Christus. Wat Paulus in Romeinen 6 aanduidt is het heil in Christus. Omdat we deel hebben aan Christus mogen we in definitieve termen spreken over ons gestorven zijn met Christus en ons opgestaan zijn met Christus. Bedoelt Paulus hiermee dat we niet meer moeten rekenen met de oude mens? Uit de tweede helft van dit hoofdstuk blijkt wel dat het nodig is om christenen te vermanen hun leven niet ten dienste van de zonde te stellen. Volgens Leiter heeft Paulus zich hier vergist. Als iedereen christen zou zijn, zijn er geen wetten meer nodig, en hoeft niemand meer een slot op zijn huis te hebben. Het ligt in de rede dat er dan ook geen vermaningen meer nodig zijn.

Wat een optimisme over de wedergeboren mens! Het ligt in de lijn van het geheel van de theologie van Leiter. De brieven van Paulus ademen een andere grondtoon uit. Christenen moeten overal tegen gewaarschuwd worden, omdat ze blijkbaar tot al die zonden zijn geneigd. Kortom, bij Paulus komen we een spanning tegen tussen het vervulde heil in Christus waar we door het geloof in delen enerzijds, en de weerbarstige zondaarswerkelijkheid van ons hart en leven anderzijds. De apostel gaat er niet van uit dat we de zonde achter ons hebben liggen, maar dat we ‘nog midden in de dood liggen’. Nemen we dan het kruis van Christus serieus? In de Heidelberger wordt de gemeenschap met de gekruisigde Zaligmaker voluit serieus genomen. Door de Geest van Christus zal deze gemeenschap effect hebben in ons leven en zal de oude mens afsterven. Ik meen dat de Heidelberger dit geestelijke geheim op een machtig diepe wijze heeft gepeild.

Romeinen 7
In het licht van het voorgaande is het geen verrassing dat Leiter Romeinen 7:14-26 niet betrekt op het leven van de christen, maar op het leven van iemand zonder geloof. Hij distantieert zich krachtig van de overtuiging van A.W. Pink dat we door de vervulling met de Heilige Geest al dieper ontdekken hoe vleselijk we zijn. We moeten God daarom niet vragen om onze oude natuur te leren kennen, maar we moeten bidden om kennis van de nieuwe natuur. Hier gaan de wegen uiteen tussen de klassiek christelijke theologie en evangelische theologieën. In de katholiek-gereformeerde theologie wordt Romeinen 7:14-26 opgevat als het leven van christenen (bijvoorbeeld H.F. Kohlbrugge). Door de Geest is er meer en meer gevoeligheid voor alles wat vleselijk is, ook in ons eigen hart. We leren onze verdorven natuur hoe langer hoe grondiger kennen (HC, vraag 115). Wij moeten minder worden, opdat Christus al meer geschikt voor ons wordt. We roemen niet in onze heiligmaking, maar in Christus alleen. Overtuigd van onze geestelijke hulpeloosheid is Christus ons gegeven tot rechtvaardiging en heiliging. We blijven in Hem en zo dragen we Zijn vrucht. Dat heeft iets paradoxaals. Hoe minder we van onze wedergeboorte verwachten, hoe meer we van Christus verwachten. Hoe grondiger we overtuigd zijn van onze onmogelijkheden, hoe meer Gods mogelijkheden in ons leven openbaar zullen komen. Tot slot, Leiter lijkt mij geen goede gids in het leven van de heiligmaking. Deze kritiek neemt niet weg dat hij ons eraan herinnert dat het in het christenleven om vrucht gaat. Laten we de kritiek op Leiter niet gebruiken om ons oude leventje te handhaven, maar laten we vruchten voortbrengen, de bekering waard!

Naar aanleiding van het boek van Charles Leiter: Rechtvaardiging en wedergeboorte, uitgave van stichting Heart Cry, 239 pag. ISBN 978-90-79465-09-5.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 februari 2010

Kerkblad | 12 Pagina's

Charles Leiter: Rechtvaardiging en wedergeboorte (deel 2)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 februari 2010

Kerkblad | 12 Pagina's