Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Schuldbelijdenis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Schuldbelijdenis

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het kan haast niemand ontgaan zijn, want het haalde op 10 september de voorpagina van het Reformatorisch Dagblad: PKN’ers en HHK’ers belijden schuld. Menigeen zal zichzelf bij het lezen daarvan achter de oren gekrabd hebben: Is dit een eerste handreiking naar elkaar over de breuk van 2004 heen, een begin van herstel? Was het dan toch niet goed wat er gebeurde? De Verklaring van het zogenaamd Hervormd Overleg geeft stof tot overdenking.

1 mei 2004
Ruim zes jaar geleden werd de PKN een feit. Lang is gevochten tegen de nieuwe kerk, die ontstond uit een fusie van de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Evangelisch-Lutherse Kerk. De fusie vormde een eindpunt in een proces van veertig jaar van zoeken naar eenheid van de verdeelde kerk in Nederland. Dat streven is op zichzelf prijzenswaard. De Heere Jezus heeft immers Zelf gezegd: ‘Opdat zij één zijn, gelijk als Wij één zijn.’ De kanttekeningen van de Statenvertaling zeggen bij Joh. 17:22 dat het hier niet alleen de apostelen betreft, maar allen die door het Woord in Christus geloven zullen. De Kerk dus. Zo bezien is kerkelijke verdeeldheid zonde en kan streven naar eenheid alleen positief uitgelegd worden.
Toch konden we destijds niet mee in de nieuwe kerk en ontstond op de fundamenten van de oude NHK onze Hersteld Hervormde Kerk. Wat eenheid moest brengen, leidde juist tot nieuwe verdeeldheid. Vooral bij broeders van hetzelfde huis. Waarom we niet mee konden? Omdat de nieuwe kerk in haar belijdenis niet gereformeerd is en goedkeurt wat God in Zijn Woord verbiedt. Het is niet omdat we vanwege nostalgische gevoelens geen afstand van haar konden doen, dat we zijn gebleven op het fundament van de oude vaderlandse kerk. Of omdat we het streven naar eenheid niet belangrijk vonden. We konden niet mee omdat het Woord van God en de God van het Woord in het geding waren. Omwille van de Koning van de Kerk mochten we en konden we geen andere weg gaan. Zo stonden we er in 2004 in. Zo staan we nog.

Schuld
Het is nog maar ruim zes jaar geleden. Wat was het goed in de diensten van mei 2004. Wat werd er intens geluisterd naar de prediking. Zou de Heere van ons afweten? Zou Hij met ons van doen willen hebben? Zou Hij onder ons willen werken? Wat hadden we het goed met elkaar ook. Onderlinge verschillen vielen weg. Er was herkenning en erkenning alom op de basis van Schrift en belijdenis. En ieder leek de ander uitnemender te achten dan zichzelf.

We zijn inmiddels zes jaar verder. Hoe staat het er nu voor? Is dat uitzien naar Gods genade nog zo duidelijk aanwezig? Voelen we ons als gemeente en als kerk nog immer zo verbonden met elkaar? Zien we nog elke zondag uit naar de komst van de Koning, Die alleen ons heil volmaken kan? Of zijn we al zo gewend geraakt aan de situatie dat we het wel knus vinden met elkaar in onze eenheidsgemeenten en besteden we onze energie het liefst om interne tegenstellingen te vergroten en elkaar te bevechten op details? Welke indruk maakt onze wandel naar het Woord op de wereld om ons heen? Wat ziet de geseculariseerde samenleving van ons kerkelijk leven? Welke werfkracht gaat er van onze gemeenten uit? Hier past ons wel schuldbelijdenis. Want we zijn niet geweest die we moesten zijn. We hebben de Heilige Geest smarten aangedaan (Jes. 63:10). Misschien siert die schuldbelijdenis ons zelfs meer dan hen die in 2004 een andere keus gemaakt hebben. Wij wilden immers in Gods weg gaan. Wij wisten dat God een heilig God is. Wij worstelden met de zuiverheid van de belijdenis, om Zijns Naams wil. Ziende op de kerkelijke werkelijkheid van vandaag, dan past inderdaad de belijdenis zoals de kanttekeningen die bij het voornoemde vers verwoorden: wij hebben gezondigd, wij hebben de Geest van Gods heiligheid bedroefd omdat we moedwillig de wil van God, welke de Heilige Geest door het Woord van God geopenbaard heeft, tegengestaan hebben. Hoe staat het er nu voor? Is er boosheid om wat gebeurde in mei 2004, wrok om hoe we behandeld zijn? Of heerst onder ons de gestalte van Daniël, die uitriep: Wij hebben gezondigd, en hebben onrecht gedaan, en goddelooslijk gehandeld en gerebelleerd, met af te wijken van uw geboden en van uw rechten?

Hervormd overleg
Het zou kunnen dat dergelijke overwegingen de achtergrond vormen van het initiatief om te komen tot een Hervormd Overleg, een beraad van leden van de HHK en de PKN met als doel om elkaar als broeders van hetzelfde huis, de oude Nederlandse Hervormde Kerk, na zoveel jaar weer te ontmoeten en in de ogen te zien. Hoewel de krantenkop doet vermoeden dat er grote dingen op stapel staan, zijn de doelstellingen van het overleg bescheiden. De Verklaring die door het Overleg afgegeven is, gaat niet over het gelijk van 2004. Ze gaat, zonder 2004 te relativeren en principiële keuzes die toen gemaakt zijn ter discussie te stellen, over de wijze waarop we elkaar, vanaf beide zijden van de breuk, behandeld hebben. Hoe we geen oog meer hadden voor de mens achter de gemaakte keuzes. Hoe we het einddoel, de eer van Gods Naam, in het verdedigen van ons standpunt uit het oog verloren. Ze gaat over de diepe wens om te helen wat gebroken is.
Elke zondag wordt in onze erediensten beleden: Ik geloof in één heilige, algemene christelijke kerk. Geloven we echt dat God machtig is om de breuk van 2004 ongedaan te maken? Zien we uit naar de reformatie van de PKN? Dat is voor God overigens geen groter wonder dan de hervorming van herstelde harten. Of zijn we tevreden met wat we hebben? Als het initiatief van het Hervormd Overleg bedoeld is om elkaar te ontmoeten rond datgene wat ons daadwerkelijk beweegt; als het gebed om de komst van Gods Geest in de kerk van Nederland en om herstel van de gebrokenheid er centraal mag staan, dan verdient het initiatief niet alleen sympathie, maar ook navolging. Dan mag de verwachting van het Overleg – dat de Heilige Geest ons genadig verder zal leiden – ook ons voortdurend gebed wel zijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 oktober 2010

Kerkblad | 12 Pagina's

Schuldbelijdenis

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 oktober 2010

Kerkblad | 12 Pagina's