Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jongerenpagina

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jongerenpagina

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Biddende handen
Zo’n 60% van onze HHK-jongeren bidt dagelijks. Als je dit leest, ben je er waarschijnlijk zo één. Waarom bid je eigenlijk? Of waarvoor? Wellicht herken je dat het vaak dezelfde dingen zijn. We bidden voor het eten, voor vergeving , voor bewaring. We danken voor het eten, voor bescherming, voor het halen van een repetitie. Pas kreeg ik van een jongere een tip. Kijk voor het bidden eens naar de vingers van je hand. Je duim begint met de ‘d’ van danken. Waarvoor dank jij? Je wijsvinger begint met de ‘w’ van wereld. Bid jij voor deze wereld? Je middelvinger begint met de ‘m’ van mijzelf. Welke noden uit jouw leven breng jij in gebed bij de Heere? Je ringvinger begint met de ‘r’ van redding. Is de redding van je ziel de diepste drijfveer van je gebed? Je pink begint met de ‘p’ van prijzen. ‘Ik riep den HEERE aan, Die te prijzen is’ (2 Sam. 22:4). Wellicht kan dit je helpen, als je soms niets weet te bidden. Als je gebed harteloos, gedachteloos is. Want laten we eerlijk zijn, bidden we werkelijk met hart en ziel? Of … niet? Wie vóór het bidden naar zijn handen kijkt, ziet lege handen. Die lege handen, zonder rechten, mag je biddend aan de Heere voorleggen. ‘Zoon van David, ontferm U mijner. Niet om iets uit mij, maar om Uzelf alleen!’

Steven Middelkoop (jeugdwerkadviseur)

Bijbelstudie

‘Ongerechtige dingen hadden de overhand over mij; maar onze overtredingen, die verzoent Gij.’ Psalm 65:4

David loopt door de velden van Juda en hij ziet het groene gras op de heuvels en het koren in de dalen en hij zingt van Gods onverdiende goedheid: ‘Gij kroont het jaar Uwer goedheid en Uw voetstappen druipen van vettigheid.’ Zo goed als de HEERE weer geweest is. Er is eten in overvloed. Toen de droge zomer voorbij was, toen gaf de HEERE regen en de aarde werd dronken van het hemelwater en vlak voor de zomer viel er weer regen. En er werd gezaaid en nu is de oogst groot. En weet je waarom dit zo’n groot wonder is? David heeft al die zegeningen van God niet verdiend. Integendeel, hij zingt: ‘Ongerechtige dingen hadden de overhand over mij …’ Zoveel schuld aan zijn kant, tegenover zoveel goedheid van Gods kant! Ongerechtige dingen … Waar heeft David aan gedacht? Waren het vooral zonden tegen het zevende gebod, of dacht David aan het tiende gebod? Hoe dan ook, David denk blijkbaar niet aan een incident, maar veel meer aan een ijzeren wet in zijn leven. Zijn er ooit momenten geweest waarop hij dacht dat hij de zonde de kop ingedrukt had, nu moet hij belijden dat hij niet slechts af en toe zondigde maar dat hij overspoeld werd door de zonde. We zingen dan ook: ‘Een stroom van ongerechtigheden, had d’ overhand op mij.’ Hij leek bij tijden kopje onder te gaan in de zonde. Misschien wel herkenbaar voor jou! Je vecht ertegen en toch, je verliest het telkens maar weer. Let op David, want hij zegt meer: ‘Maar onze overtredingen, die verzoent Gij.’ Als hij denkt aan zijn schuld, dan spreekt hij in het enkelvoud, maar als hij zijn schuld zet in het licht van de verzoening, dan spreekt hij in het meervoud. ‘Onze overtredingen, die verzoent Gij.’ Niet alleen David mag delen in de verzoening, nee, als het voor David kan, dan kan het zeker voor een ander. Het valt mij ook op dat David niet zegt: Gelukkig dat ik het weer goed heb kunnen maken, nee, God maakt het goed. ‘Die verzoent Gij!’ God Zelf zorgt voor verzoening. Paulus jubelt ervan: ‘Want God was in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende, haar zonden haar niet toerekenende.’ En als het hier over verzoening gaat, dan gaat het toch ten diepste om die Hogepriester Die niet met het bloed van stieren het heiligdom is ingegaan, maar met Zijn eigen bloed. Dan gaat het om de Heere Jezus Christus. We zien dus dat David twee dingen weet. Hij weet dat hij een zondaar is en niet meer dan dat, maar Hij weet ook dat er een Zaligmaker is en die Zaligmaker is ook zijn Zaligmaker. Weet jij het ook?

Jouw vraag

‘Ik ben zo vreselijk onzeker, ik twijfel steeds weer of de Heere echt van me af weet. Mag je van de Heere ook om een teken vragen om te weten of je geloof echt is?’

Je vraagt om een teken, terwijl je de Bijbel in jouw eigen taal bezit en terwijl je ook kunt lezen. Wat moeten we dan nog meer hebben dan een brief van God, waarin zo duidelijk gezegd wordt wat er voor een zondaar nodig is om zalig te worden? Het Woord wil de Heilige Geest gebruiken om geloof te werken in je hart (vgl. Rom. 10:14). De Bijbel wordt dan ook wel genoemd: het zwaard van de Heilige Geest. Concentreer je dan ook vooral op het Woord. Graaf daarin en onderzoek het biddend. Bid om de verlichting van het verstand door de Heilige Geest, zodat je door het geloof amen leert zeggen op Gods eigen Woord, want het geloof heeft genoeg aan het Woord en daarom jubelt de gelovige: ‘Ik roem in God, ik prijs het onfeilbaar Woord, Ik heb het zelf uit Zijnen mond gehoord.’ In de dagen van Jezus’ rondwandeling op aarde waren er ook Joden die tekenen wilden zien. Maar we weten hoe de Heere Jezus ze verwees naar de Schriften. ‘Het boos en overspelig geslacht verzoekt een teken; en hun zal geen teken gegeven worden, dan het teken van Jona, den profeet’ (Matth. 16:4). Gods kinderen moeten dus leren leven uit het Woord en door dat Woord zal de Heere ze onderwijzen en versterken in het geloof, zodat ze met meer en meer zekerheid mogen weten: Niet alleen voor anderen maar ook voor mij! Natuurlijk kan het zo zijn, dat er opmerkelijke dingen gebeuren in je leven waar je Gods hand in mag zien. Er kunnen wel degelijk tekenen zijn in je leven van Gods voorzienigheid die de Heere wil gebruiken tot versterking van het geloof. Maar het blijft waar, in de eerste plaats is het geloof gericht op het Woord! Bovendien heeft de Heere aan Zijn kerk twee bijzondere tekenen gegeven tot verzekering van het geloof. Ik denk nu aan de Heilige Doop en het Heilig Avondmaal. Let eens op bij de volgende doopdienst. Zoals het water het lichaam reinigt, zo ook het bloed van Jezus Christus. Moet de twijfel in je hart dan niet verstommen? ‘Want deze God is onze God, Hij is ons deel en zalig lot.’ Ook voor jou?

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 2011

Kerkblad | 16 Pagina's

Jongerenpagina

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 2011

Kerkblad | 16 Pagina's