Vijfde kruiswoord

Het vierde kruiswoord was het diepste kruiswoord. Drie uren lang is Jezus in duisternis geweest. Nu is de zon weer gaan schijnen. Nu voelt Hij Zijn lichaam weer. Nu voelt Hij de dorst. Bij alle kruiswoorden kunnen we wel bedenken waarom Jezus dat uitsprak. Maar bij het vijfde kruiswoord moeten we dieper zoeken. Of gewoon de tekst in de context lezen. Jezus weet dat Hij alles volbracht heeft. Een nieuwe fase is aangebroken. Vier kruiswoorden zijn uitgesproken. Over meerdere uren verdeeld. Drie kruiswoorden moeten nog volgen. Woorden die elkaar snel op zullen volgen. De lijdensfase is overgegaan in de stervensfase.

Kort voordat Jezus gekruisigd werd, wilde men Hem met mirre gemengde wijn te drinken geven. Maar Hij nam die niet. Want deze wijn had een verdovende werking. En Jezus moest bij Zijn volle bewustzijn zijn. Nu heeft Jezus aan Zijn ziel geleden. Nu is Hij van God verlaten geweest. En nu heeft Hij alles volbracht. Nu mag Hij om drinken vragen. In die eerste drie kruiswoorden was Hij er voor de ander. Met het vierde kruiswoord heeft Hij alles volbracht. En nu mag Hij weer zeggen: Ik. Hij moet wel. Want nu voelt Hij wat het Zijn lichaam heeft gekost. Hij is niet alleen geestelijk, maar ook lichamelijk uitgeput. En dat voelt Hij temeer nu die felle oosterse zon weer op Zijn lichaam brandt.

Waarschijnlijk was het tijdens de instelling van het Heilig Avondmaal dat Jezus voor het laatst gedronken had. Daarna is Hij in Gethsémané geweest. Daar heeft Hij druppels bloed gezweten. Hij moest de Via Dolorosa gaan. Urenlang hangt Hij inmiddels aan het kruis. Wat heeft Hij al een bloed verloren. De koorts teistert Zijn lichaam. En dat alles zorgt voor een onmetelijke dorst. En wat dacht u van het zielenlijden dat Hij moest ondergaan? Zijn levenssap is veranderd in zomerdroogten. En dat is niet Zijn, maar mijn schuld. Het lijden is volbracht. Maar nu moet Jezus het sterven nog gaan volbrengen. Daarom heeft Hij wat vocht nodig. ‘Opdat de Schrift zou vervuld worden.’

Zelfs in Zijn sterven wijst Christus ons op de Schriften. Hij laat ons horen dat heel het Oude Testament van Hem getuigt. Hij maakt duidelijk dat het in heel de Schrift om Hem draait. Het vleesgeworden Woord komt tot ons in het Schriftgeworden Woord. In het Oude Testament wordt Hij beloofd en in het Nieuwe Testament is Hij gekomen. God maakt Zich bekend in de Schrift. En dat door Jezus Christus. Hij dient Zich aan als de lang beloofde Heilaanbrenger. In Zijn lijden spreekt Hij vanuit Psalm 22. ‘Mijn God, Mijn God! waarom hebt Gij Mij verlaten?’ Maar ook in Zijn sterven denkt Hij aan deze psalm. Er staat in het 16e vers van deze Psalm: ‘Mijn kracht is verdroogd als een potscherf, en mijn tong kleeft aan mijn gehemelte.’ Maar nog meer zal Hij gedacht hebben aan Psalm 69: ‘Ja, zij hebben mij gal tot mijn spijs gegeven; en in mijn dorst hebben zij mij edik te drinken gegeven.’ In Psalm 69 gaat het niet om een druppel die de dorst doet ophouden, maar om een druppel die het lijden doet verzwaren. Het is niet zo dat de mensen nu eindelijk medelijden krijgen. Dat ze Hem nu eindelijk iets goeds aanbieden. Integendeel. Hierdoor wordt er nog extra met Hem gespot. ‘Laten we proberen Zijn leven te rekken. Zodat Hij nog langer zal lijden.’ Een ander zegt: ‘Houd op, laten we kijken of Elia komt om Hem te verlossen.’ Van de kant van de mens was het een druppel van bespotting. Maar toch liet God daardoorheen iets zien van Zijn aanwezigheid. Van Gods kant was het een druppel van verkwikking.

Met dit vijfde kruiswoord komt Jezus in ons dagelijks leven. Zoals Hij dat ook deed in het derde kruiswoord. En daarmee staan het derde en het vijfde kruiswoord parallel naast elkaar. Met het vierde kruiswoord als het grote centrum. In het derde en vijfde kruiswoord horen we iets van het medelijden dat Jezus kan hebben. Hij heeft lichamelijk geleden om God te verzoenen en de schuld te betalen. Maar Hij heeft ook lichamelijk geleden om mensen die lichamelijk lijden te begrijpen. In het derde kruiswoord lijdt Hij mee met degenen die afscheid moeten nemen en rouwen. In het vierde kruiswoord lijdt Hij mee met degenen voor wie de hemel van koper lijkt. En in het vijfde kruiswoord lijdt Hij mee met degenen die pijn lijden, degenen die honger en dorst hebben en degenen die ziek zijn.

Hij lijdt niet alleen mee, maar wil de dorst ook lessen. Daarom had Hij zo’n dorst. Om dorstigen te drinken te geven. In het eerste kruiswoord wil Hij schenken: vergeving van zonden. In het tweede kruiswoord: gemeenschap met Christus. In het derde kruiswoord: gemeenschap der heiligen. In het vierde kruiswoord: verlossing van de hel. En in het vijfde kruiswoord: het eeuwige leven. Hij lijdt dorst om een overvloedige fontein van levend water voor dorstige zielen te zijn. ‘Die in Mij gelooft, zal nimmermeer dorsten’, heeft Hij gezegd. En ook sprak Hij: ‘Zalig zijn die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid.’ Die hongeren en dorsten naar Christus zullen eenmaal verzadigd worden. Daarom zegt Jesaja: ‘O alle gij dorstigen! Komt tot de wateren, en gij, die geen geld hebt, komt, koopt en eet, ja komt, koopt zonder geld, en zonder prijs, wijn en melk.’

Schiedam, ds. L. Krooneman

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen