Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Grootmaken van en verheugen in mijn Zaligmaker

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Grootmaken van en verheugen in mijn Zaligmaker

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

EN MARIA ZEIDE: MIJN ZIEL MAAKT GROOT DEN HEERE; EN MIJN GEEST VERHEUGT ZICH IN GOD, MIJN ZALIGMAKER; LUKAS 1:46-47

Maria zingt deze woorden nadat ze het huis van Zacharias is binnengegaan. In Lukas 1 lezen we wat er gebeurd is. Maria heeft, net als Zacharias even daarvoor, hemels bezoek ontvangen. De engel Gabriel werd door God in de zesde maand van de zwangerschap van Elizabet gezonden naar het huis waar Maria woonde. Uit zijn mond krijgt ze te horen dat ze genade bij God gevonden heeft. Daarom hoeft ze de hemelse verschijning niet te vrezen. Ze zal bevrucht worden en een Zoon baren. De naam die ze Hem zal geven is: Jezus. Hij is de Zoon van de Allerhoogste! Je proeft in het antwoord van Maria de verwondering: Hoe zal dat wezen, dewijl ik geen man bekenne? De engel Gabriël vertelt haar dat de Heilige Geest over haar zal komen en dat de kracht van de Allerhoogste haar zal overschaduwen, want het Heilige, Dat uit haar geboren zal worden, zal Gods Zoon genaamd worden. Na deze woorden laat Maria horen: Zie, de dienstmaagd des Heeren; mij geschiede naar uw woord.

Na deze ontmoeting maakt Maria alles in gereedheid voor de reis van Nazareth naar het gebergte van Juda. Ze ziet uit naar een ontmoeting met haar nicht Elizabet en haar man Zacharias. En dat is niet zonder reden. De engel Gabriël heeft aan Zacharias bekendgemaakt dat in hun huis een zoon geboren zal worden. Daarbij kreeg Zacharias ook de naam te horen die hij aan zijn zoon moest geven: … en gij zult zijn naam heten Johannes (de Heere is genadig)! We weten het vervolg. Zacharias gelooft het woord van de engel niet waarop de engel Gabriël hem aanzegt dat hij niet zal kunnen spreken, tot het moment dat de dingen gebeurd zijn, die hij tot Zacharias gesproken heeft. Pas na de geboorte van Johannes zal zijn mond opengaan en zal hij God loven. Je ziet in gedachten hoe Zacharias een schrijftafeltje krijgt en daarop schrijft: Johannes (Jochanan) is zijn naam, of: de HEERE is genadig is zijn naam. Terwijl hij de woorden schrijft, wordt zijn mond terstond geopend. Hij gelooft het Woord en zijn ongeloof maakt plaats voor geloof en lofprijzing. Dit laatste is wat niet alleen hij, maar ook Maria samen met zijn vrouw Elizabeth doet. Ze maken de Heere groot en verheugen zich in God, hun Zaligmaker.

We zijn in ons gedeelte getuige van een heerlijke ontmoeting tussen twee vrouwen. Nadat Maria uit de mond van Elizabet een bevestiging van de Heere ontvangen heeft, dat wat de Heere tot haar gezegd heeft ook volbracht zal worden, horen we hoe ze de Heere gaat grootmaken: Mijn ziel maakt groot den Heere, en mijn geest verheugt zich in God, mijn Zaligmaker. Deze taal is herkenbaar voor het geloof! We horen die in het Oude Testament ook. In Psalm 34 doet David het ook. Hij beroemt zich in de HEERE en roept iedereen op om met David de HEERE groot te maken: laat ons Zijn Naam samen verhogen. Hoe vaak hebben wij in de eredienst niet deze woorden gezongen: Komt, maakt God met mij groot, verbreidt, verhoogt, met hart en stem, den nooit volprezen Naam van Hem. Dat is toch wat wij doen, in deze dagen van Advent, en straks bij het herdenken van het heerlijke heilsfeit van de vleeswording van het Woord?! Instemmen met Maria en Elizabet, maar ook Zacharias, Simeon en Anna en allen die de verlossing verwachten door Jezus Christus! Dat is wat de Kerk van alle tijden en plaatsen mag doen. Tot Zijn gedachtenis.

Het tegenovergestelde kan ook! We kunnen de Heere in ons leven ook klein maken. Dat zien we gebeuren tijdens de omwandeling van de Heere Jezus Christus. In het Evangelie van Mattheüs lezen we dat de Heere Jezus zijn vaderstad Nazareth bezoekt. En wat tekent de evangelist van dit bezoek op? We lezen: En Hij heeft aldaar niet vele krachten gedaan, vanwege hun ongeloof. Markus brengt het nog scherper onder woorden als hij schrijft dat de Heere daar geen krachten kon doen.

Proeven we wat het Woord hier tegen ons zegt? Er komen indringende vragen op ons af! Hoe is het in de kleine gemeente van ons huisgezin, als we hiermee gezegend zijn? Maken we samen met Maria de Heere groot? We verheugen ons toch in God onze Zaligmaker?! Of is het tegenovergestelde waar? Spreken we met elkaar over veel dingen, behalve over de ware vreugde die alleen te vinden is in Christus Jezus? Laat dan het Woord ons tot waarschuwing zijn. Ongeloof of het klein maken van de Heere kan tot gevolg hebben, dat de Heere geen krachten kan doen. Paulus schrijft aan de gemeente van Korinthe (2 Korinthe 10:15b): … hebbende hoop, als uw geloof zal gewassen zijn, dat wij onder ulieden overvloediglijk zullen vergroot worden naar onzen regel. Daar waar de lofzang van Maria werkelijkheid wordt in ons leven, in ons gezin, in het geheel van de Kerk, daar mogen we grote verwachting hebben. Niet van onszelf, maar van de Heere. Omdat het alles uitloopt op de verheerlijking van de Naam van de Heere. In de vreugde van Maria wordt God groot gemaakt. Ze buigt onvoorwaardelijk voor het Woord van de Heere. Ze ziet met verlangen uit naar de volbrenging van Gods belofte. Straks zal de Zoon van God geboren worden. Daar twijfelt Maria geen moment aan.

En wij? Bij wie leggen wij ons oor te luister? Bij het woord van de leugenaar, of bij het Woord van de HEERE Die niet liegen kan? Leggen wij ons met Ruth en Maria neer – als een dienstmaagd – onder de vleugels van Hem? Nog staan ze ook voor ons in liefde uitgebreid. Daar alleen wordt de rust geschonken. Het vette van Zijn huis gesmaakt. Een volle beek van wellust maakt, daar in Christus Jezus elk in liefde dronken. Aan Zijn voeten alleen klimt met Maria in verwondering en aanbidding de lofzang in ons hart omhoog:

Mijn ziel verheft Gods eer;
Mijn geest mag blij den HEER’,
Mijn Zaligmaker noemen,
Die, in haar lagen staat,
Zijn dienstmaagd niet versmaadt,
Maar van Zijn gunst doet roemen.

Nijkerk, ds. N.A. Donselaar

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 december 2016

Kerkblad | 24 Pagina's

Grootmaken van en verheugen in mijn Zaligmaker

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 december 2016

Kerkblad | 24 Pagina's