Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Samenstemmen in het gebed

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Samenstemmen in het gebed

BIJBEL EN GEBED IN HET PASTORAAT (3)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als we samen gehoord hebben naar het Woord mag er ook gezamenlijk geantwoord worden op het Woord. Wat een zegen is het om met elkaar biddend te komen voor het aangezicht van Hem, Die hoort naar onze woorden en gedachten! Terwijl we zoeken te verwoorden wat we in het gesprek gewaar zijn geworden aan noden en vreugden, vrees en verlangen, maar zo vaak ook de juiste woorden niet vinden kunnen. Of als we al biddend merken dat er geen woorden zijn die kunnen vatten wat in ons omgaat of opkomt. In deze derde bijdrage delen we nog enkele overwegingen ten aanzien van het gebed in een pastorale ontmoeting. Alhoewel bijna elk pastoraal gesprek met gebed besloten wordt, en gemeenteleden dat doorgaans ook van ons verwachten, is het goed om toch altijd om de instemming van de ander te vragen: ‘Zullen we samen bidden…?’ We zoeken immers met de ander Gods aangezicht, we bidden met én namens de ander. Daarvoor is het belangrijk dat we werkelijk samenstemmen in het gebed. Daar komt nog bij dat er zich situaties voordoen, zoals in het contact met mensen die vreemd zijn aan Gods Woord en dienst, waarbij het niet vanzelfsprekend is dat ze het gezamenlijke gebed op prijs stellen. Hoe ‘leeg’ het voor onszelf ook voelt om zo uiteen te gaan.

Aan dit ‘samenstemmen’ zou ik nog een gedachte willen verbinden. Namelijk dat daarvoor ook een zekere afstemming nodig is. En die afstemming kun je versterken door je ervan te vergewissen welke verwachtingen er bij de ander leven. Een voorbeeld kan dit verduidelijken. Ooit bezocht ik een ernstig zieke man in een hospice. Alles wees erop dat zijn levenseinde nabij was. Desondanks vroeg hij me in het gebed de Heere te bidden om genezing. ‘De Heere is immers een God van wonderen’, zo voegde hij eraan toe. Je kunt dan in het gebed, naar woorden zoekend en woorden wegend, bidden om heling op een manier die de ander tevreden stemt én tegelijk Bijbels verantwoord is. Naar mijn besef is dat niet de geëigende weg. In een gebed moeten we niet balanceren op de woorden, maar met heilige vrijmoedigheid en in eenvoud ons tot de Heere richten.

In het geval van deze zieke man heb ik voorafgaand aan het gebed met hem van gedachten gewisseld over zijn verwachting en verlangen. Ik heb hem verteld dat zijn vraag mij wat verraste. De Heere ging deze weg met hem. En bleek uit alle wenken van Zijn hand niet dat zijn aardse bestaan ten einde liep? Uit het korte gesprek kwam naar voren dat hij bang was om te sterven. En we stelden samen vast dat we in het gebed met díe nood zouden beginnen, om het aan de Heere over te laten hoe Hij daarin Zijn uitkomsten geeft. Dit voorbeeld maakt duidelijk hoe goed en nuttig het is om, op een vergelijkbare manier als bij de Schriftlezing, het gezamenlijke gebed ook in te leiden. Met name als we merken dat de ander verwachtingen heeft die we niet zomaar kunnen of mogen bevestigen. Overigens is dat juist wat die ander nog wel eens bij de pastor zoekt: bevestiging van al te geforceerde verwachtingen. Een inleiding tot het gebed kan ook dán heel nuttig zijn als de pastor zelf verlegenheid ervaart, bijvoorbeeld als een gesprek in een scherpe, strijdbare sfeer is verlopen. Ten overstaan van mensen die een hooglopende ruzie hadden, heb ik ook wel eens mijn moeite kenbaar gemaakt om na een dergelijk gesprek de Heere aan te roepen. Tegelijk mogen we ook met die moeite, met de pijn die we elkaar soms aandoen, met de wonden die mensen elkaar kunnen toebrengen en de gebrokenheid die dan zo pijnlijk ervaren wordt, de gevleugelde toevlucht tot de Heere nemen.

Met alle ootmoedigheid en met alle vrijmoedigheid voor Zijn aangezicht komen. Ongekunsteld. Zonder iets te verbergen. Zonder hang naar mooie woorden, maar ook zonder diplomatieke formuleringen. Integendeel, in eenvoud van hart. Een beroep doen op Hem en Zijn ontferming. Het hoogste beroep!

Laten we daarbij wel op die manier goed op onze woorden letten, dat de ander ook mee kan komen in het gebed. Zoals al eerder opgemerkt bidden we immers met én namens hem of haar. In dat verband pleit ik voor eenvoudig taalgebruik, in korte zinnen. Zodat degene met wie wij bidden zich dat gebed kan toe-eigenen. En aan het gebed merkt dat de pastor hem of haar werkelijk gehoord en verstaan en ontmoet heeft. Uiteraard komt het bij dat alles niet in de eerste plaats op ons en onze woorden aan, maar op de werking van de Geest der gebeden. Maar als we iets ondervinden van het stil zijn tot God (Psalm 62) mogen het gouden momenten in het pastoraat zijn. Dan mag, zoals een theoloog het ooit verwoordde, de dialoog een trialoog worden: het tweegesprek wordt een driegesprek. Te weten dat we ons op grond van het Woord tezamen biddend richten mogen tot de Hoorder der gebeden. Niet alleen om te spreken. Maar ook om op te merken.

Sommelsdijk, dr. P.C. Hoek

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 april 2019

Kerkblad | 24 Pagina's

Samenstemmen in het gebed

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 april 2019

Kerkblad | 24 Pagina's