Vervallen Christendom- Verstrooide jeugd - pagina 16

schone gebouwen, en ons hart niet aan de Heere geven, dan geven straks onze kinderen noch hun geld, noch hun hart meer. A l s wij aan het schone gebouw en aan de dienst v o l zuiver Gereformeerd geluid genoeg hebben en net als de mensen in Jeruzalem zeggen: „ W i j zijn verlost" (wat zoveel w i l zeggen als: wij hebben het bij het goede eind, de rest dwaalt her en der), dan houden we ons op de been met een holle leuze, die onze kinderen straks zullen inruilen voor ander genot, werelds en openlijk vijandig tegen al dit hol vertoon. D a t heeft Jeremia al gepredikt in Jeruzalems tempel, waar veel volk was !. (Jer. 7). In hoevele „tempels" zou vandaag aan de dag niet het A v o n d maal worden gevierd, zonder dat de Gastheer aanwezig is ? Dacht U , dat onze jeugd daar blind voor is ? Misschien4s (tot het goed verstaan van elkander) het wel nodig, eens een enkele opmerking hieraan vast te knopen. W e spreken hier over de kerk en de jeugd, over christendomin-verval en verstrooide jeugd. E n we zijn hier maar niet maar zo wat aan het hakken. W e leven midden in alles, wat ons hier beschreven staat. W e leven te midden van de jeugd onzer gemeenten. Pas nog gedurende bijna dag en nacht tussen meer dan honderd jonge mensen, met wie we heel intiem omgingen. D a g aan dag te midden van onze jongeren. H u n critiek is geweldig. V o o r ons soms om door de grond te zakken. Niet op ons werk, maar op onze levenshouding; zij voelen aan, of het tussen G o d en onze ziel i n orde is gekomen en gebleven, of niet. M e t wat uitwendig christendom stellen ze zich niet tevreden, als we hen moeten voorgaan. E n ze hebben gelijk. Z e hebben er recht op, dat we in ons doen en laten eerlijk zijn. Dat mond en hart met elkaar corresponderen. Beseffen we dat, als ouders, als ambtsdragers in Gods kerk ? V o e l e n we.het niet aan, dat W I J de schuld zijn, van alles, wat men de jeugd aanwrijft ? „ W I J zijn van het heilsspoor afgegaan." Bekering hebben we nodig, wij allen, wij; ouderen, allereerst; terwille van onszelf, zeer 'zeker ook terwille van onze jeugd. N u zijn er „herders", die ontzettend veel met de jeugd te doen hebben. Z i j zien de jeugd als „gedoopte" jeugd, als jeugd voor Christus. E n uit dien hoofde beschouwen ze de jeugd als de „jonge kerk", zoals het bijv. staat in de Kerkorde der N e d . H e r v . K e r k : „Krachtens het genadeverbond behoren tot een Herv. gemeente, die rondom W o o r d en sacramenten wordt vergaderd, en mitsdien ' tot de N e d . H e r v . Kerk, gesteld onder haar opzicht en gehouden

16

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen