Hoe Calvijn de kinderdoop zag - pagina 10

In Doop èn Besnijdenis wordt de eerste toegang tot G o d aangewezen: de vergeving der zonden. W a n n e e r de Heere verder Abraham gebiedt, i n heiligheid des levens te wandelen, is dat hetzelfde als wat i n de Doop wordt aangeduid als de doding van het vlees en de vernieuwing des levens. V a n d a a r dat M o z e s vermaant, dat het volk de voorhuid des harten moet besneden worden: „Besnijdt dan de voorhuid uws harten, en verhardt uwen nek niet meer", Deut. 1 0 : 1 6 . D a t is geen vrucht van eigen kracht, maar van de genade G o d s : „En de Heere uw G o d , zal uw hart besnijden, en het hart van u w zaad, om de Heere, uwen G o d , lief te hebben met uw ganse hart en met uwe ganse ziel, opdat gij levet", Deut. 30 : 6. Zoals Christus is het fundament v a n de Doop, zo is H i j het ook van de besnijdenis. In beide tekenen zien we: 1. D e Vaderlijke gunste Gods om aan de in Christus verkorenen te schenken de vergeving der zonden en het eeuwige leven. 2. Christus als het fundament der zaligheid. 3. D e uit Christus' verdiensten voortvloeiende kracht tot afsnijding uit de oude stam: A d a m , en de inplanting in dë nieuwe: Christus. Beide sacramenten hebben gelijkgerichte gevolgen: de Besnijdenis was het teken, waardoor de Israëliet was aangenomen te zijn tot „het volk en huisgezin G o d s " ; waarbij hij betuigde en beleed zichzelf tot G o d te begeven; de Doop is het teken, waardoor het kind van G o d betuigt en belijdt te behoren tot het volk des Heeren en zich tot H e m te begeven, Die waardig is gediend en gevreesd te worden. Hoewel er, wat de uiterlijke plechtigheid betreft, verschil is, de verborgenheid, die wordt afgebeeld, is dezelfde. — o — M a a r mag deze Doop (in de zin, hier omschreven) nu aan kinderen worden bediend ? D e Heere heeft de Besnijdenis ingesteld, en daarmee betuigd machtig te zijn, de daarin afgebeelde geestelijke verborgenheden door Z i j n Geest in het hart van Israël te werken. H e t zegel der Besnijdenis verzegelde de beloften des V e r b o n d s : vergeving der zonden en het eeuwige leven. D a t V e r b o n d blijft vast en zeker, want het is in Christus opgericht, met de uitverkorenen, van eeuwigheid. Z o a l s nu onder het O . T . dat V e r b o n d en haar beloften, in Christus aan de Kerk vermaakt, de grond waren van de Besnijdenis, zo is datzelfde V e r b o n d ook de grond voor de Kinderdoop. Bij beiden immers is het fundament Christus ? 10

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen