Liefde tot de naaste - pagina 7
wijken en eigen wegen te gaan bewandelen, want niemand kan' buiten H e m . D e Heere is Israëls G o d , de Heere Zijner Gemeente : Uw G o d . Talloze malen heeft de Heere dit herhaald voor Z i j n Kerk : ,,Ik zal u hun tot een G o d zijn en zij zullen M i j tot een volk zijn". Hiermede getuigt de Heere dus : Ik heb u M i j tot een volk verkoren, niet alleen om u goed te doen in dit leven, maar ook om u te schenken de zaligheid v a n het eeuwige leven. Daarom w i l de Heere, dat dit volk een heilig volk zal zijn, dat Z i j n geboden zal bewaren. M e t recht mag de profeet Maleachi in de N a a m des Heeren getuigen : „Een zoon zal de vader eren en een knecht zijn heer ; ben Ik dan een vader, waar is M i j n eer ? en ben Ik een heer, waar is M i j n vreze ? zegt de Heere der heirscharen tot u, priesters, verachters M i j n s Naams ! M a l . 1 : 6. D e weldaden, welke de Heere hier noemt (verlost uit het diensthuis, uit Egypte) zijn zeer groot. Ondankbaarheid zou een gruwelijke zonde zijn. Israël heeft zijn Verlosser uit slavernij en tyrannie in gehoorzame dankbaarheid en dankbare gehoorzaamheid te dienen. Misschien rijst bij dit al de vraag : is dan toch Gods heilige W e t niet gebonden aan een bepaalde plaats (Kanaan) en aan één bepaald volk (Israël)? O p deze zeer belangrijke vraag zou ik gaarne antwoorden met de woorden van onze grote hervormer Calvijn. H i j geeft U n.1. dit antwoord : „Wanneer de Heere w i l zeggen, dat wij H e m moeten dienen, , Hem alléén, dan noemt H i j Z i c h door Z i j n profeten : de G o d v a n Abraham, Izaak en Jacob, de Heere, D i e tussen de cherubim in Jeruzalems tempel woont. Deze namen binden de Heere niet aan één bepaald v o l k of aan een bepaalde plaats, maar zij worden ons op deze wijze voorgesteld, om de gedachten van de K e r k aller eeuwen te richten op die G o d , D i e door het verbond, dat H i j met Israël heeft gemaakt. Zichzelve zó heeft voorgesteld, dat het niemand geoorloofd is v a n H e m af te wijken. D e Joden werd de verlossing uit Egypte gemeld om hen des te blijmoediger te maken, zich tot de Heere te begeven, D i e recht heeft op hun dienst. W e mogen nooit denken, dat dit ons niet aangaat. D e dienstbaarheid v a n het volk Israël uit Egypte is een voorbeeld geweest van de geestelijke dienstbaarheid, de geestelijke gevangenis, waarin wij allen worden gevangen gehouden, totdat de Hemelse Verlosser ons door de kracht Zijns arms verlosse en ons brenge i n het Rijk der Vrijheid. Daarom, zoals de Heere Z i j n volk destijds uit ondraaglijke dienstbaarheid, waaronder ze gebogen gingen, verlost heeft, toen H i j ze wilde bijeen verzamelen om Z i j n N a a m te dienen, 7
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1955
Koop de waarheid | 23 Pagina's